Chinese kinderen mogen nog maar drie uur per week gamen
De Chinese overheid heeft een nieuwe regulering aangekondigd rond online gamen. Minderjarigen zullen voortaan nog maar drie uur per week mogen gamen, stond te lezen in de staatskrant Xinhua (via Bloomberg). Aanbieders van online games kunnen enkel op vrijdagavond en in de weekends tussen 8 en 9 uur ’s avonds hun servers openzetten. Er wordt een toegeving gedaan voor feestdagen die tijdens de week vallen. De maatregel past in een programma van de overheid om gameverslavingen bij jongeren aan te pakken. Sinds 2019 was de toegelaten online gametijd al ingeperkt tot 1,5 uur per dag.
De overheid heeft al controlemiddelen klaar om in de gaten te houden of de gameplatformen zich wel aan de regels houden. Zo moeten zij hun servers linken aan een systeem van de overheid en komt er een verbod op het gebruik van nicknames tijdens het gamen. Verder zullen de speeltijd en in-app-aankopen gecontroleerd worden.
Klap voor mobiele gameindustrie
Analisten zien de maatregel ook wel passen in een breder plaatje dan louter het beschermen van de bevolking. Antitrust is ook in China een actueel politiek debat. De Chinese overheid probeert haar techreuzen in het gareel te laten lopen en schuwt daar geen drastische maatregelen voor. Door een beperking te leggen op gamen hebben zij een stok achter de deur bij bedrijven zoals Tencent, dat naast eigenaar van de populaire berichtenapp WeChat ook een van de grootste aanbieders van mobiele games is in China.
Er wordt dan ook verwacht dat het beleid de gamingindustrie flinke schade zal toebrengen, de sector van mobiele games op kop. Als jongeren nog amper mogen gamen, zullen ze logischerwijs ook minder games kopen en ook in-app-aankopen zullen erop achteruitgaan. Al zou de directe schade voor de echte reuzen zoals Tencent uiteindelijk nog wel meevallen gezien kinderen nog maar een klein deel van hun afzetmarkt uitmaken sinds de vorige regulering inging. De beurzen toonden echter geen genade voor Chinese entertainmentbedrijven deze ochtend.