Interview Ferdi van der Zwaag (Kingston Benelux): Innovatie in het datacenter

Met de public cloud (Google Cloud, Microsoft Azure, AWS) die tegenwoordig de plak zwaait in serverland, lijkt de nood voor een lokaal datacenter af te zwakken. Waarom zouden bedrijven nog een lokaal datacenter moeten overwegen?

Het moet gezegd worden dat Kingston zich op de infrastructuurlaag van het verhaal bevindt en dus minder betrokken is bij eindgebruikers en hun beslissingsproces. Toch komen we er regelmatig mee in aanraking, dus we hebben wel inzichten over de huidige situatie. Tegenwoordig zien we meer en meer een hybrid cloud-model waarin een deel van de toepassingen van een bedrijf in de public cloud draaien en een deel op het lokale datacenter. Welke toepassingen precies waar terechtkomen, hangt sterk af van het businessmodel van de startup. Een toepassing die heel privacygevoelig is en dus een sterke beveiliging nodig heeft, draai je beter op een eigen datacenter. Verder heb je bij de public cloud ook andere knelpunten zoals de hoge kosten en latency-gerelateerde problemen.

Je zegt dat Kingston zich op de infrastructuurlaag bevindt, wat is dan precies de rol van Kingston in het datacenter?

Kingston houdt zich inderdaad bezig met de infrastructuur van de datacenters, concreet vertaalt dat zich in het voorzien van opslaggeheugen en werkgeheugen. Kingston neemt echter ook een heel actieve rol op om mee te luisteren naar de wensen van de klant en na te gaan hoe we daar precies bij kunnen helpen. Voor deze persoonlijke touch met klanten werken we met experts die steeds de juiste oplossing kunnen aanreiken. Er komen namelijk vele vragen kijken bij het beheren van een eigen datacenter. Kingston helpt om het vraagstuk rond opslag mee te helpen oplossen voor de klant.

Een toepassing die heel privacygevoelig is, houd je beter binnen je eigen datacenter.

Over welke klanten hebben we het dan precies?

Eigenlijk bieden we onze diensten aan voor iedereen die een datacenter wil of zijn bestaande datacenter wil verbeteren. Of het dan gaat om een kleine speler met één rack of een grote cloud provider met duizenden servers, maakt helemaal geen verschil. Een uitzondering zijn de telecomproviders, daarmee komen we niet in aanraking. Helaas kan ik je geen namen geven van klanten.

Ik kan me voorstellen dat een van de grootste vragen van klanten security-gerelateerd is. Is dit ook een taak voor Kingston of is de beveiliging puur een taak voor de systeembeheerder?

Bij Kingston voeren we security door in al onze producten. In al onze schijven zit er bijvoorbeeld 256-bit AES-versleuteling. De drive is dus geëncrypteerd en dat geldt ook voor server SSD. Deze beveiligingslaag voegt verder geen latency toe, dus qua prestaties moet je niet inboeten. Verder zal de beveiliging hoofdzakelijk inderdaad een taak zijn voor de systeembeheerder.

Waarom is die encryptie op schijven nodig als de schijven zich toch in een goed beveiligd datacenter bevinden?

Het gaat dan voornamelijk om consistency. De schijf moet doen waarvoor hij ontworpen is voor een lange tijd. Quality of service is een heel belangrijk gegeven. Zeker in een datacenter moet alles continu zijn. Daarom simuleren wij altijd de levensduur van een bepaald product, zodat we met zekerheid een product kunnen afleveren dat gewoon doet waar hij voor ontworpen is.

Heeft elk hedendaags datacenter de traditionele HDD vervangen door flashopslag? Is er überhaupt nog een toekomst voor de spinning disks?

Als je puur kijkt naar opslag, dan wordt er nog steeds naar de prijs per gigabyte gekeken. Vanuit dat opzicht is een traditionele HDD beter. Als je echter kijkt naar compactheid en je ecologische voetafdruk, dan bereik je veel meer met een full flash oplossing dan met een rack met spinning disks. In de praktijk worden spinning disks voornamelijk nog gebruikt voor cold storage; bestanden die niet vaak worden opgeroepen. Het gaat dan bijvoorbeeld om archieven. SSD-geheugen wordt dan gebruikt voor hot storage.

Als je kijkt naar compactheid en ecologische voetafdruk, bereik je veel meer met een full flash oplossing dan met een rack met spinning disks.

Waar zit er nog ruimte voor innovatie op het vlak van datacenters?

Wat we nu voornamelijk zien, is dat er nog veel geoptimaliseerd kan worden en dan voornamelijk op het gebied van virtualisatie. De redundantie van een groot datacenter kan omlaag. Stel dat je honderd servers hebt en daarvan maar de helft gebruikt voor het grootste deel van de tijd, dan kunnen de andere servers in principe worden uitgeschakeld. Virtualisatie maakt dit mogelijk. Voorts kan er altijd verder geoptimaliseerd worden op het vlak van compactheid. Een low profile memory module is bijvoorbeeld het halve formaat van een normale memory module. Op het gebied van form factors is er veel in ontwikkeling.

Ook op het vlak van koeling is er nog veel mogelijk, voornamelijk op het vlak van liquid cooling. Er is nog geen standaard bepaald. Door het 5G-gegeven dringt innovatie zich ook verder op. De hele backbone moet namelijk opnieuw worden ingericht. Er zitten dus meer dan genoeg interessante ontwikkelingen in de pijplijn.