Onderzoek vernietigt de internetanonimiteit

Volgens een nieuw onderzoek van de Amerikaanse Stanford-universiteit zijn we op internet nog minder anoniem dan we denken. Meer dan de helft van de 185 gecontroleerde websites met veel dataverkeer deelt je gebruikersnaam met een andere site.
Uit het onderzoek blijkt dat Google, Facebook, Comscore en Quantcast de meeste gebruikersinformatie ontvangen.
Cyberazzi
Jon Leibowitz van de Amerikaanse toezichthouder Federal Trade Commission zegt dat het onderzoek helpt in de inspanningen voor het behoud van je privacy op het internet. Hij wil paal en perk stellen aan wat hij de cyberazzi noemt: organisaties die informatie over je verzamelen op het internet om zo advertenties op maat af te vuren, net zoals paparazzi beroemdheden stalken.
[related_article id=”158578″]
“Verscheidene cyberazzi en andere dataverzamelaars volgen ons terwijl we surfen. En ze melden iedere actie aan marketingbedrijven, die op hun beurt een angstaanjagend compleet profiel van ons verwerven”, zei Leibowitz gisteren op een privacyforum in de National Press Club.
Vorig jaar al stelde de FTC een do-not-track-optie voor. Die moet het verzamelen van gebruikersinformatie beperken of hopelijk uitschakelen. Leibowitz ziet een systeem dat gemakkelijk in gebruik is en dat alle bedrijven die cyberazzi in dienst hebben moeten respecteren.
Zo werkt het web
Informatielekken zijn een zeer ernstig probleem, zegt Jonathan Mayer, auteur van het recente onderzoek. 61% van de websites die hij aan onderzoek onderwierp lekte een gebruikersnaam of een gebruikers-ID.
“Dikwijls houden ontwikkelaars geen rekening met privacy”, zegt Mayer, een student aan de Stanford-universiteit. “Het is gewoon een feit dat informatie doorlekt naar derden. Ik denk dat we moeten erkennen dat dat de manier is waarop het web werkt.”
De studie toont aan dat de website van publieke zender NBC je e-mailadres na registratie deelt met zeven andere bedrijven. Een advertentie bekijken op de website van een bekende doe-het-zelffirma? Je naam en e-mailadres worden gedeeld met dertien bedrijven.
Keuzemogelijkheid in browsers
Leibowitz is zeer lovend over Microsoft, Mozilla en Apple, die al een volg-me-niet-optie inbouwden in hun browsers. “Hopelijk volgt Google snel”, voegt hij toe.
Leibowitz wil wel benadrukken dat de FTC geen einde wil maken aan persoonlijke advertenties, maar dat de consument meer keuzes en controle moet krijgen over de data die over hem verzameld worden. “Ik geloof dat cyberazzi zich nog steeds kunnen richten op gewillige internetgebruikers, maar dat we tegelijk iedereen de keuze kunnen geven over wat ze met wie delen.”













