Megaupload-data nog twee weken veilig
Even zag het ernaar uit dat bestanden die op de website Megaupload stonden komende donderdag verwijderd zouden worden. Dat is niet het geval: je bestanden zijn nog minstens twee weken veilig.
Nu bestandendeeldienst Megaupload offline werd gehaald en oprichter Kim Dotcom wordt beschuldigd van piraterij, kan Megaupload Carpathia Hosting en Cogent Communications, de bedrijven die Megauploads data hosten, niet meer betalen. Er werd gevreesd dat Carpathia en Cogent vanaf donderdag data zouden beginnen verwijderen.
Managers van beide bedrijven zijn echter overeengekomen dat ze het materiaal nog minstens twee weken behouden, zegt Ira Rothken, de Amerikaanse advocaat van Megaupload. “De hostingbedrijven zijn zo vriendelijk extra tijd te geven, zodat we een overeenkomst met de overheid kunnen sluiten.”
Arrestatie
Op 19 januari viel de Nieuw-Zeelandse politie het huis van Megaupload-oprichter Kim Dotcom (geboren als Kim Schmitz) binnen. Zij arresteerde hem voor piraterij, het witwassen van geld en racketeering. De klachten werden ingediend in de VS.
In een klacht van 5 januari werd Megaupload beschuldigd: dankzij de site konden miljoenen mensen van over de hele wereld illegaal tv-shows en films up- en downloaden. Gebruikers konden die bestanden dan talloze keren delen met vrienden en familie, of met anderen op het internet. Mediabedrijven zeggen dat ze op die manier miljoenen mislopen in verkoop- en advertentiecijfers.
Inbeslagname
Dotcom en de zijnen ontkennen echter dat ze iets verkeerd hebben gedaan. Dotcom kon niet op borgtocht vrijkomen, maar twee van zijn medewerkers konden dat wel. Rothken beweert dat informatie die cruciaal is voor Megauploads verdediging wel eens tussen de data kan zitten die mogelijk verwijderd worden. Om bewijsmateriaal en gebruikersinformatie bij te houden moet een oplossing gevonden worden, zegt hij.
Maar dat zal geld kosten. De Amerikaanse overheid nam het merendeel van Megauploads activa in beslag, waaronder geld, kunst, auto’s en andere eigendommen. In de aanklacht staat dat Amerikaanse autoriteiten 175 miljoen dollar schadevergoeding eisen.
