Animatiefilm ParaNorman baanbrekend door 3D-printtechniek
De nieuwe stop-motion animatiefilm ParaNorman is mede mogelijk gemaakt door een full color 3D-printer. Via rapid prototyping konden de makers ruim 31.000 onderdelen printen.
Stop-motion is de tijdrovende, maar zeer nostalgisch aandoende, animatietechniek waarbij echte poppetjes van klei of kunststof tot leven worden gewekt. Dit wordt gedaan door een personage in steeds een iets andere houding te fotograferen. Als de foto"s snel achter elkaar worden vertoond komt een personage tot leven.
Vooral gezichten zijn lastig in dit soort films, omdat veel van de emotie van een minieme oogbeweging of een subtiele gezichtsuitdrukking afkomstig is. Productiestudio LAIKA – bekend van de film Coraline – heeft voor haar nieuwste kunststukje ParaNorman daarom de hulp ingeroepen van een kleuren 3D-printer.
[related_article id=”152275″]
Maar liefst 31.000 afzonderlijke onderdelen voor de gezichten van de personages uit ParaNorman zijn afkomstig van een full color 3D-printer (van 3D Systems). Dankzij deze 3D-printtechniek waren de filmmakers in staat om snel en accuraat honderden gezichtsexpressies te maken voor elk van de 62 personages in de film.
"Om de personages de gezichtsuitdrukkingen en emotionele diepte te geven die nodig waren voor zo"n prachtig verhaal moesten we iets baanbrekends proberen. Door een kleuren 3D-printer te gebruiken waren we niet alleen in staat om acteerwerk in gezichten naar een hoger niveau te tillen, maar konden we ook subtiele details in de gezichten verwerken die enkele jaren geleden nog onmogelijk waren", aldus Brian McLean, de Creative Supervisor of Replacement Animation and Engineering bij animatiestudio LAIKA.
De gebruikte printer heeft vijf printkoppen die 390.000 kleuren kunnen printen, waaronder puur zwart. De machine kan accuraat kleurenmodellen reproduceren in een resolutie van 650×540 dpi met een minimale onderdeeldikte van 0,1mm. Ook is de printer voorzien van een volautomatisch poederlaad- en recyclesysteem.
Voor productie begint worden de 3D CAD files eerst ingeladen. Een softwarepakket ‘snijdt" het 3D-model in virtuele plakjes, die naar de 3D-printer worden gestuurd. De printer bouwt vervolgens laag voor laag het model door een laag poeder te spuiten en via een inkjetprinttechniek een bindmiddel toe te voegen. Dit proces wordt herhaald voor iedere laag, tot het model geprint is.