Sleutelen aan omgevingsvariabelen

Wie nog nooit van omgevingsvariabelen heeft gehoord zal ook weinig boodschap hebben aan een tool als Rapid Environment Editor. Die doet namelijk precies wat de naam suggereert: het makkelijk maken de variabelen van je Windows-omgeving op te vragen en te bewerken.
Windows zelf laat je natuurlijk ook wel toe de omgevingsvariabelen op te vragen (voer bijvoorbeeld het commando ‘set’ uit op de opdrachtregel) en te bewerken (via Computer, Eigenschappen, Geavanceerde systeeminstellingen, Omgevingsvariabelen). Maar Rapid Environment Editor maakt een en ander overzichtelijker én flexibeler.
[download_file]
Meteen na de opstart lijst het programma alle variabelen op in twee kolommen: links de systeemvariabelen, rechts de gebruikersvariabelen. Roodgekleurde items verdienen meteen je aandacht: die blijken niet (langer) correct te zijn, in de meeste gevallen wegens een foutief pad. Merk teven op dat sommige items vetgedrukt zijn en andere grijs: deze laatste blijken ‘read only’ te zijn en kan je dus niet zelf aanpassen. Verder zijn er nog wel een paar speciale symbolen; voor tekst en uitleg kan je terecht op het tabblad Legenda.
[related_article id=”160534″]
Vanuit het contextmenu kan je dan allerlei bewerkingen op een geselecteerde variabele uitvoeren. Je kan die verwijderen, maar ook aanpassen of er een waarde aan toevoegen. Ook het type van de variabele laat zich wijzigen en van een lang pad kan je een kort maken, of omgekeerd (een voorbeeld: c:Program Files (x86) wordt dan c:PROGRA~2, en vice versa).
Rapid Environment Editor heeft bovendien een back-upmogelijkheid ingebouwd (in het menu Bestand). Alle waarden worden dan in een registerbestand (.reg) opgeslagen, zodat je die met een dubbelklik kan doorvoeren.
Het mag duidelijk zijn dat deze tool geen plaats zal veroveren in je dagelijks gebruikte software, maar mocht je ooit willen sleutelen aan de omgevingsvariabelen dan is het een absoluut handig programma.














