Waarom tape niet weg te denken valt
In een tijd waarin videorecorders massaal naar de kringloopwinkel worden gebracht, blijft tape voor bedrijven erg actueel. Een analyse naar aanleiding van ons gratis seminarie over ‘business continuity’ op 17 december.
Traditioneel worden digitale opslagmedia onderverdeeld in twee grote groepen: tapes en schijven (disks). Disk komt al jaren opzetten, en daar zijn goede redenen voor. Maar zowat vijftig procent van alle digitale gegevens ter wereld wordt nog steeds op tape opgeslagen. Het medium is al zowat zestig jaar oud, maar verdwijnen doet het niet. Hoe komt het?
Het grote nadeel van tape is bijvoorbeeld dat gegevens sequentieel worden opgeslagen: in tegenstelling tot bij schijven kan je enkel van voor naar achteren op de tape bewegen, zowel voor het wegschrijven als voor het weer inlezen van de gegevens.
Dit maakt tape uitermate ongeschikt als opslagmedium in een omgeving waar snelle toegang tot de gegevens een must is. Al heeft tape ook enkele troeven.
1. Tape is goedkoper
Het hangt natuurlijk af van specifieke technologie. Maar gemiddeld gesproken is tape twee tot drie keer goedkoper. 1 gigabyte disk kost 10 dollarcent. Terwijl dat bij tape 4 dollarcent is.
Tape wordt sinds jaar en dag gebruikt als goedkoop opslagmedium voor archivering en back-up. Maar voor archivering en als back-up opslagmedium – situaties waar het weer inlezen van opgeslagen gegevens zelden nodig is – biedt tape toch nog vaak de beste prijs/kwaliteit-verhouding, zeker sinds de komst van de LTO-tapetechnologie.
2. Tape gaat langer mee
Waar een doorsnee harde schijf ongeveer vijf jaar meegaat, is de levensduur van tape enkele tientallen jaren. Bovendien staat het medium los van de uiteindelijke drager. Hierdoor kun je tapedrives ook extern bewaren, bijvoorbeeld buiten de bedrijfsmuren.
Gekoppeld aan die gemiddelde levensduur van tape kunnen we de komende twintig à dertig jaar nog steeds tapes in het opslaglandschap zien opduiken bij bedrijven. Misschien steeds verder weg en steeds minder, dat wel, maar ze blijven aanwezig.
3. Tape zit in een breder geheel
Tape wordt meestal gebruikt in combinatie met andere technologie. Het heeft een vaste plaats in de hedendaagse storage-architecturen, met name aan het einde van de keten, waar de duurzaamheid van de gegevens veel belangrijker is dan de snelheid van het recupereren. Met dure woorden wordt dit de archiving of vaulting fase genoemd.
Maar zal toch stilaan wegdeemsteren….
Het wordt steeds gemakkelijker gemaakt om beide types opslagmedia, disk en tape, naast elkaar te blijven houden. Door de opmars van de virtual tape libraries wordt een platform gebouwd dat enerzijds de vertrouwde tape-interface biedt, maar tegelijk de mogelijkheid biedt om tapes stelselmatig te vervangen door disks naarmate de tapes hun natuurlijke levenseinde hebben bereikt.
Tegelijk biedt een virtuele tapelibrary ook de mogelijkheid om tapes efficiënter te gebruiken, zodat het in sommige gevallen ook kan leiden tot nog meer tapes binnen een bedrijf in plaats van minder.
En in België?
Ongeveer de helft van de grotere bedrijven in België (meer dan honderd werknemers) gebruikt tape. Dat blijkt uit een exclusieve analyse van Computer Profile naar aanleiding van ons seminarie over business continuity op 17 december aanstaande.
Toch zet de dalende lijn voor tapestorage bij deze bedrijfsvestigingen zich voort. Zagen we voor 2011 bij de hierboven genoemde locaties een penetratie van bijna 61 procent voor tape, in 2012 was dat al gedaald naar 55 procent van de locaties.
Nu (eind 2013) bedraagt dat nog ruim 47 procent. Een verdere afname met 8 procentpunt dus. Tape zal dus niet meteen verdwijnen, maar forse groei lijkt er ook niet bepaald in te zitten.
Op de site van Business Meets IT vindt u meer info over ons gratis seminarie over ‘business continuity’ op 17-12.
