Britse spionnen achter DDoS-aanval op Anonymous
De Britse spionagedienst GCHQ zette DDoS-aanvallen in om de communicatie tussen Anonymous-leden te verstoren. Dat meldt de Amerikaanse omroep NBC op basis van documenten van klokkenluider Edward Snowden.
De DDoS-aanval (distributed denial-of-service) is onder cyberactivisten zelf een geliefkoosde methode om online aanvallen uit te voeren tegen financiële instituten, bedrijven en overheidsinstellingen. Vooral nadat PayPal en enkele banken weigerden om nog betalingen voor Wikileaks af te handelen, werd deze methode geregeld ingezet.
De aanval op PayPal maakte deel uit van Operation Payback, een anticopyrightcampagne die begon nadat de Zweedse torrentsite The Pirate Bay in 2010 uit de lucht werd gehaald. Als wraak volgden toen DDoS-aanvallen tegen onder meer de Motion Picture Association of America, de Recording Industry Association of America en de U.S. Copyright Office. Na hun weigering om nog voor Wikileaks te werken, kwamen daar Bank of America en Visa en Mastercard bij.
[related_article id=”161920″]
Infiltratie in IRC
De leden van het GCHQ infiltreerden ook in de chatdienst IRC. Zo konden ze achterhalen wie vertrouwelijke informatie had gestolen van websites. Een hacker, de Brit Edward Pearson, belandde op die manier in de gevangenis voor de diefstal van acht miljoen accounts bij PayPal.
De documenten die Snowden lekte, waren PowerPoint-presentaties voor een NSA-conferentie in 2012, Sigdev genaamd. Naast Anonymous blijken ook Lulzsec en de Syrian Cyber Army een geliefkoosd doelwit te zijn voor DDoS-aanvallen door de overheid.
“Geautoriseerd, noodzakelijk en proportioneel”
GCHQ weigert alle commentaar op het nieuws, maar onderstreept wel dat het werkt binnen de grenzen van de Britse wetgeving. “Al het werk van GCHQ wordt uitgevoerd binnen een strikt juridisch en politiek kader. Zo zijn onze acties geautoriseerd, noodzakelijk en proportioneel en wordt er rigoureus op toegekeken”, aldus een woordvoerder.
