LinkedIn lanceert in China, met censuur
Jeff Weiner, de CEO van LinkedIn, kondigde maandag aan dat zijn bedrijf een versie van zijn dienst heeft uitgegeven in vereenvoudigd Chinees. Dat maakt van LinkedIn één van de grootste Amerikaanse sociale netwerken in een land dat bekendstaat om zijn internetcensuur.
“De nieuwe website in vereenvoudigd Chinees zal onze reikwijdte vergroten naar de meer dan 140 miljoen Chinese professionals, die momenteel grofweg een vijfde van de kenniswerkers in de wereld uitmaken”, schrijft Weiner in een artikel op de LinkedIn-website.
Censuur
Weiner negeert ook de olifant in de kamer niet: de Chinese overheid. Het bedrijf, zegt hij, weet dat het zal moeten voldoen aan de voorwaarden van de overheid om te blijven werken, en heeft die beslissing weloverwogen genomen.
“Het uitbreiden van onze dienst naar China bracht een aantal moeilijke vraagstukken met zich mee, maar voor ons is het duidelijk dat we de juiste beslissing hebben gemaakt”, zegt Weiner.
Hoewel het nog niet helemaal duidelijk is hoe LinkedIn de overheidsrestricties zal afdwingen, belooft Weiner alvast drie dingen: om de restricties op content alleen maar toe te passen waar ze verplicht zijn, om transparant te zijn over zijn betrekkingen met China, en om de rechten en data van zijn gebruikers te beschermen.
Opschudding
LinkedIn kan op dit moment uitpakken met 227 miljoen gebruikers en wil professionals overal ter wereld met elkaar verbinden. “Wij geloven dat mensen in de VS, China, en daarbuiten hun voordeel zullen kunnen doen als ook Chinese professionelen connecties maken met elkaar en met LinkedIn-leden in andere delen van de wereld.”
Toch zal deze beslissing zeker de nodige opschudding veroorzaken in Silicon Valley, waar censuur een gevoelig onderwerp is. Facebook, Twitter, Google en vele andere internetdiensten blijven geblokkeerd op het Chinese vasteland.
Op het Mobile World Congress liet Facebookbaas Mark Zuckerberg maandag nog weten dat China een uitdaging blijft en dat zijn sociaal netwerk de dichtbevolkte regio zelfs met zijn internet.org-initiatief niet zou kunnen infiltreren.
