Eén USB-kabel om alle te regeren
De vertrouwde universal serial bus-aansluiting gaat al sinds de jaren ’90 mee, al ontstonden er de afgelopen jaren veel variaties op het thema. Je hebt de klassieke USB-kabel, de aansluiting voor de printer, die voor je smartphone… Er is slechts één constante, je steekt het ding altijd eerst ondersteboven in de poort.
Dat kan beter, en dus kunnen we uitkijken naar USB 3.1 type-C. Type-C wordt ontwikkeld als vervanger voor alle hedendaagse kabels. De aansluiting is een stuk kleiner dan de klassieker die we bij computers terugvinden, maar net iets groter dan de smartphonevariant. De grootte moet de kabel compatibel maken met vrijwel alle elektronica. De aansluiting zal aan weerskanten dezelfde zijn en het wordt onmogelijk om het ding verkeerd in de poort te wringen, aangezien er geen gedefinieerde boven- of onderkant bestaat.
De aansluiting wordt 8,3×2,5 millimeter groot. Bij het inpluggen mogen we een hoorbare klik verwachten. Ben je fan van het klikgeluid, dan kan je de kabel tienduizend keer insteken en terug uittrekken alvorens hij er de brui aan mag geven. De ontwikkelaars dachten aan de toekomst: de kabel moet met nog snellere overdrachtssnelheden overweg kunnen dan het relatief nieuwe USB 3.1. Natuurlijk wordt stroomtoevoer nog steeds ondersteund.
In juli klaar
De nieuwe standaard moet in juli klaar zijn, zodat de eerste apparaten vergezeld van de kabel tegen de kerstperiode in de rekken kunnen liggen. Gezien de enorme hoeveelheid toestellen die gebruikmaken van de dan oude USB-aansluiting zal de overgang niet van de ene dag op de andere gebeuren. Hoogstwaarschijnlijk komt er een overgangsperiode, waarbij laptops van beide poorten voorzien zijn. Zo krijg je nog even de tijd om je data van een oude naar een nieuwe USB-stick over te hevelen.