Drones houden Nederlanders in de gaten
De Nederlandse Tweede Kamer keurt unaniem wetgeving goed die het gebruik van drones voor cameratoezicht toestaat. Binnenkort kan je dus overal op Nederlands grondgebied bekeken worden. Vroeger was dat enkel mogelijk met vaste camera’s op vooraf goedgekeurde locaties.
De wetgeving staat burgemeesters toe mobiele camera’s in te zetten om bijvoorbeeld protesten of groepjes amokmakers in het oog te houden. Onder mobiele camera’s verstaat de Nederlande wetgever niet alleen drones maar ook camera’s in helmen en andere variaties. De politie mag al gebruikmaken van die helmcamera’s, maar met deze wetgeving wordt dat recht uitgebreid naar de gemeentes.
De wet op mobiele camera’s betekent geenszins het einde van de statische camerabewaking. Op pleinen en andere publieke ruimtes zullen de mensen in het blauw, net als nu, via de klassieke weg een oogje in het zeil blijven houden.
[related_article id=”158578″]
Weinig verwonderlijk bracht het stemmen van de nieuwe wetgeving vragen over de privacy van de man in de straat met zich mee. Daarom dient er opgemerkt te worden dat de regelgeving een duidelijk onderscheid maakt in de soort mobiele camera’s. Waar de helmcamera voor de dagelijkse ordehandhaving mag ingezet worden, kunnen drones alleen gebruikt worden wanneer er een reëel gevaar voor de veiligheid van de bevolking dreigt. Verder is er een maximum geplakt op de perimeter waarin de vliegende ogen actief mogen zijn.
Daarmee zijn alle privacyzorgen allesbehalve van de baan. Ivo Opstelten, de minister van Veiligheid en Justitie, wil immers niet beloven dat er nooit software voor gezichtsherkenning op de drones zal worden geïnstalleerd. Die software bestaat al, en een upgrade van de bestaande onbemande vliegtuigjes zou niet zo moeilijk zijn.
