Europese privacy-uitspraak niet evenwichtig, zegt Google
Het Europese gerechtshof oordeelde deze week dat individuen het recht hebben om verwijderd te worden uit zoekresultaten. Googles Eric Schmidt stelt nu dat dat vonnis "niet het juiste evenwicht wist te vinden".
"Na de uitspraak, die bindend is, bekeken te hebben, is Google van mening dat het bereikte evenwicht niet correct is", zei Schmidt, toen hij op een aandeelhoudersvergadering naar zijn mening over het proces gevraagd werd.
[related_article id=”158578″]
David Drummond, Googles belangrijkste bedrijfsadvocaat, voegde daaraan toe: "We denken dat het vonnis te ver gaat, en dat het niet voldoende aandacht besteedt aan de impact op het recht op vrije meningsuiting, dat absoluut een mensenrecht is."
Deze uitspraken komen overeen met Googles initiële statement over de uitspraak. Het vonnis, zoals het nu staat, legt vast dat mensen Google of andere online entiteiten kunnen vragen om online zoekresultaten te wissen of te wijzigen, als die resultaten zijn of haar privacy schenden.
Als de zoekmachine weigert, kunnen individuen "de zaak voor de geschikte autoriteiten brengen, waardoor ze, in bepaalde omstandigheden, het verwijderen van een link uit de resultatenlijst kunnen afdwingen", stelt het vonnis. Google noemde het verdict "een teleurstellende uitspraak voor alle zoekmachines en online uitgevers in het algemeen."
"Je ziet hier een botsing tussen het recht om vergeten te worden, en het recht op weten, op informatie", zei Schmidt op de vergadering. "Bij Google vinden we dat een evenwicht gevonden moet worden tussen die twee."
