De toekomst van de computer volgens Microsoft, HP en Intel

De CEO"s van drie van "s werelds grootste technologiebedrijven hebben woensdag gepraat over hun visie op de toekomst van computergebruik, en wat er moet gebeuren om op dat punt te arriveren.

Thomas Friedman, columnist voor de New York Times, stelde vragen aan Hewlett-Packard-directeur Meg Whitman, Intel-directeur Brian Krzanich en Microsoft-directeur Satya Nadella tijdens HP"s Discover-conferentie.

[related_article id=”161452″]

Internet der dingen
De eerste set vragen van Friedman gaat over het internet der dingen (IdD), wat het betekent voor elk bedrijf en hoe ze omgaan met alle data die voortkomen uit de miljarden nieuwe intelligente IdD-apparaten.

HP"s Whitman stelt dat de “explosie van data” al over twee of drie jaar plaatsvindt, niet pas over tien jaar. “Vanwege de explosief toenemende hoeveelheid gegevens kunnen we niet doorgaan met het gebruiken van computers zoals we dat nu doen. Mensen denken dat we ons daar nog geen zorgen over hoeven te maken, omdat het nog jaren duurt voordat het zover is. Het gebeurt echter sneller dan iedereen verwacht.”

Whitman legt uit dat The Machine, een volledig nieuwe architectuur ontwikkeld door HP voor computers in de toekomst, ontworpen is om op een efficiënte manier met de data-explosie om te gaan. The Machine kan enorme hoeveelheden data veel sneller verplaatsen en verwerken dan de huidige computerarchitectuur. Dat is tenminste het idee erachter.

Het onbekende onbekende
Intels Krzanich voorziet dat meer dan vijftig miljard apparaten met het internet verbonden zijn tegen het einde van dit decennium. En het is het onbekende onbekende – de onverwachte dingen die gaan gebeuren die we nu nog niet weten – dat wellicht het interessantst is. 

“Het onbekende onbekende. Dat is waar we dingen gaan leren over de verbonden dingen in ons leven die we tot nu toe nog niet begrepen. We kunnen bijvoorbeeld een probleem oplossen waar we tot dan toe geen vat op hadden totdat alle verbonden apparaten ons een manier laten zien om het aan te pakken”, zegt Krzanich.

Intel wil de data verwerken door alles intelligent te maken. “We proberen iets te ontwerpen dat past in zo ongeveer elk apparaat of item kan dat je kunt bedenken, om het slim te maken. Je hebt die sensoren en een bepaalde mate van intelligentie nodig om de data met de rest van de wereld te delen”, gaat Krzanich verder.

Nog persoonlijker
Microsofts Nadella denkt dat het van belang is om de data zo veel mogelijk te rationaliseren om het “menselijker” te maken. “Je wil je ervaring niet beperken tot slechts één app of apparaat”, stelt hij. “Wanneer ik een vergaderzaal in loop moet het grote scherm dat daar hangt mij en anderen in de ruimte herkennen en ons automatisch inloggen. Wanneer ik gebruikmaak van het whiteboard en dan mijn tablet pak, moeten de notities al overgezet zijn. Hetzelfde geldt voor wat we gezegd hebben, spraakherkenning is belangrijk. Het systeem moet in staat zijn logisch om te gaan met al je gegevens. Dat is de vooruitgang die computergebruik nog persoonlijker maakt.”

Leren
Nadella praat verder over “diepgaande leertechnieken” om enkele van de pittigste uitdagingen en de bijbehorende ontwrichtende technieken op te lossen.

“Neem bijvoorbeeld spraakherkenning voor Skype. Daarin hebben we drie elementen samengebracht. Eentje is het herkennen van spraak, de tweede is het vertalen van de tekst en het derde is spraaksynthese”, legt Nadella uit. “Je voegt die drie niet simpelweg samen, maar je bouwt een zenuwstelsel om de menselijke taalbarrière te slechten.”

Nadella zegt dat deze doorbraken in input en output voor de meeste ontwrichting zorgen na de muis en het toetsenbord.

Beperkte ruimte en kracht
Whitman focust op technologie die effectief om kan gaan met de groei van de wereldpopulatie van zeven miljard nu naar negen miljard in de toekomst.

“De wereldpopulatie groeit en steeds meer mensen willen de levensstijl van de middenklasse. De druk die dat geeft op energie en ruimte is bijna niet voor te stellen”, zegt Whitman. “Elke keer worden we iets efficiënter, maar dan komen er ook weer nieuwe mensen bij, waardoor je nooit een voorsprong opbouwt.”

Als resultaat wordt de vereiste rekenkracht voor de cloud zo groot dat dit ten koste kan gaan van het elektriciteitsnet. Whitman: “Als je de cloud qua energieverbruik vergelijkt met land dan zou de cloud het vijfde grootste land ter wereld zijn. Vandaag de dag gebruiken datacenters ongeveer twee procent van alle energie. Als dit ongehinderd doorgaat, groeit dat naar 25 procent.”

Wederom geeft Whitman aan dat een van de antwoorden van HP The Machine is, een compleet nieuw systeem dat de chips, de hardware en de infrastructuur opnieuw ontwerpt om beter om te gaan met de data-explosie.