Maak je eigen website

Je hebt een Twitter, een Facebookpagina, een LinkedIn site, Snapchat- en Instagram-accounts en misschien zit je zelfs op Quora. Maar wat als dat niet genoeg is? Wil je voor je ijdele zelf, of voor je zaak of vereniging, een website uit de grond stampen, dan heb je meer keuzes dan ooit tevoren. Zo veel dat je er de kluts van kwijtraakt. Een overzicht.

Laten we beginnen bij de basics. Een website bestaat in principe uit drie dingen. De eerste is de domeinnaam of url. Dit is je webadres. Daarnaast heb je nog webruimte nodig, een aantal mega- of gigabytes op een harde schijf of server, waarop jouw site wordt opgeslagen en aangesproken. En tot slot moet je op die webruimte software draaien die de eigenlijke site toont, bestanden laat downloaden of mensen laat chatten, doorklikken, muziek spelen enzovoort. Klinkt simpel, maar het internet is nu zo uitgebreid dat je voor elk van die dingen een massa aan opties hebt. Hoe begin je daaraan? Alles hang ervan af wat je met jouw website wilt doen.

Je website op een platform

Wil je een eigen website, dan kan je naar een platform stappen zoals Wordpress of Etsy. Dat maakt een en ander makkelijker, omdat je geen html hoeft te kennen en je moet niet zelf op zoek naar hosting, domeinnamen en meer. Vaak zijn die diensten zelfs gratis. Anderzijds hang je dan wel vast. Gebruik je de sitebouwer van Tumblr, dan kan je je inhoud moeilijk in zijn geheel overzetten naar een ander platform. Bij startups heb je bovendien het probleem dat ze al eens worden opgekocht door de groten (Yahoo, Google) om vervolgens te verdwijnen. Vervelend als je er al tijd hebt ingestoken. Zorg dus zeker ook altijd voor back-ups van je werk.

1. Ik wil een visitekaartje

Veel van de vroegste websites waren, in essentie, visitekaartjes. Een plek met jouw naam erop, manieren om je te bereiken en wat foto’s of een cv. Je herkent dit misschien als elk profiel dat je ooit op een sociaal netwerk hebt aangemaakt. Heb je er de moeite (en het geld) voor over om www.elsbellens.be aan te maken en helemaal zelf uit te baten, dan zie je verder in dit stuk hoe je dat aanpakt.

Wil je echter een profiel dat wat professioneler en persoonlijker is dan Facebook of LinkedIn, zonder van nul te beginnen, dan kan je bij, onder meer, deze twee diensten terecht.

About me

Hier kan iedereen een eigen pagina aanmaken, die handig te vinden is via zoekmachines. Gek genoeg fungeert die meestal als een vergaarbak voor al je profielen op verschillende sociale netwerken. Betaal je voor de dienst, dan krijg je je eigen domeinnaam (eindigend op .me), een bijhorend e-mailadres en statistieken over je bezoekers.

Flavors

Deze gaat in ongeveer dezelfde richting als about.me. De gratis versie laat je een eigen pagina aanmaken, tegen betaling krijg je een eigen domeinnaam die je zelf kiest.

2. Ik wil bloggen

Ah, de blog. De plek waar jij je zielenroerselen, speltheorieën, je beste recepten of huisgemaakte kunst neerpoot. Ook deze webvorm bestaat al vrij lang en er zijn ondertussen massa’s platformen die je de vrijheid geven om je eigen pagina aan te maken. Voordeel van zo’n dienst is dat de groten meestal ook al een mobiel platform hebben en je je dus geen zorgen hoeft te maken over hoe alles eruit gaat ziet wanneer iemand je site op zijn smartphone bezoekt.

Wordpress

De klassieker voor wie een eigen blog wilt en een platform dat je heel erg veel zelf laat regelen. Wordpress is enorm en uiterst flexibel. De vele sjablonen die je ter beschikking hebt laten je toe om een tekstblog op maken, een portfolio voor je amateurfotografie, of iets daar tussenin. Ook hier krijg je met een upgrade je eigen domeinnaam. De sociale toets van het platform maakt het bovendien makkelijker om volgers aan te trekken.

Blogger

Met zo’n naam kan je niet anders dan een blogplatform zijn. Dit is een dienst van Google, die uitblinkt in het gemak waarmee je je site naar je hand zet. Je hoeft waarschijnlijk zelfs geen account aan te maken, want ze werkt met Google+ samen.

Tumblr

Begonnen als een blogdienst, maar nu ook steeds meer een sociaal netwerk. Tumblr is heel erg visueel, en ook weer doodsimpel om mee te starten.

3. Ik wil een portfolio

Als beginnende artiest of fotograaf wil je natuurlijk je werk aan de wereld tonen, maar je hebt hier enkele unieke uitdagingen. Beelden zijn zwaarder dan tekst, dus je hebt meer webruimte nodig, en sites als Instagram eigenen zich vaak rechten toe op het werk dat je bij hen publiceert. Ook hier kan een doe-het-zelf site weer een goede oplossing zijn. Doe je het liever op een bestaand platform, dan zijn hier enkele opties.

Behance Pro

Dit is het online platform van Adobe en het is helemaal gemaakt om beeldende kunst aan de wereld en eventuele klanten te tonen. Studenten kunnen op een gratis versie terecht, daarna is er op de Pro-site een maandelijkse bijdrage. Portfolio’s op Behance zien er professioneel uit en betaalde accounts krijgen een domeinnaam, kunnen een ongelimiteerd aantal projecten opladen en zetten hun site helemaal naar hun hand.

Cargo Collective

Nog eentje voor creatievelingen. De gratis versie geeft je hosting, 12 projecten en zo’n honderd megabyte aan ruimte. Voor een maandelijkse bijdrage wordt dat alles opgetrokken naar ‘ongelimiteerd’. Ook deze site heeft een makkelijke site builder aan boord. Leuk is dat je hier ook slideshows kan maken en video’s rechtstreeks op de site kunt uploaden, zonder langs pakweg YouTube te moeten gaan.

4. Ik wil iets anders

Ben je een beetje creatief, of heb je goede connecties met Chinese fabrikanten, dan wil je misschien een eigen webwinkel starten. Of misschien wil je wel een blog combineren met foto’s van je muziekband, demo’s en ene winkeltje om t-shirts en cd’s te verkopen. Zelfs dan kom je nog vrij ver met de volgende diensten.

Etsy

De webwinkel voor beginners. Het platform is er vooral voor de knutselwerkjes, zoals juwelen, kleding, aardewerk enzovoort. Simpel te gebruiken en vrij goedkoop maar het ziet er niet al te professioneel uit.

Weebly

Dit is een zeer uitgebreide blogdienst met heel wat leuke, moderne thema’s. Wie e-commerce aan zijn website wilt toevoegen om bijvoorbeeld prints te verkopen, kan dat rechtstreeks op dit intuïtieve platform.

Squarespace

De professionele versie van het blogplatform. Ook hier hoef je het weer niet bij blogs alleen te houden. Fotografie-portfolio’s, webwinkels, sites met muziekclips voor beginnende bands, het kan allemaal en ziet er met vrij weinig werk al gelikt uit. Je kan de site veertien dagen gratis uitproberen, van dan af is er een maandelijks abonnement.

5. Doe-het-zelf website

Gratis sites zijn handig voor wie gewoon zijn ei kwijt wilt, maar ze zien er spijtig genoeg niet altijd even professioneel uit. Bij de meesten kan je bijvoorbeeld niet zelf je url kiezen, of staat er nog een logo boven je pagina. Wil je voor je eigen zaak een site oprichten, of heb je een idee waarvan je verwacht dat het stevig kan groeien, dan zal je op eigen pootjes moeten staan.

A. Je eigen webdomein

Wil jij bijvoorbeeld de site www.elsisgeweldig.be bezitten, dan zal je voor dat adres moeten betalen, a rato van een tien tot vijftien euro per jaar. Voor een domeinnaam moet je bij een erkende ‘registrar’ zijn, een verdeler van webadressen. Je vindt een lijst van erkende verdelers op de officiele sites van elk domein. Voor .be, .vlaanderen, .brussels is dat bijvoorbeeld www.dnsbelgium.be. Generieke domeinnamen, zoals .com, .info, .net enzovoort, worden door Icann uitgebracht: www.internic.net/regist.html en het Europese domein .eu heeft dan weer www.eurid.eu/nl als baas. Er zijn dus heel wat registrars maar je zal merken dat in de meeste gevallen je host provider (zie verder)  al voor je domeinnaam kan zorgen.

Tips voor je webdomein

1. Maak het makkelijk om uit te spreken

De meerderheid van de mensen komt op internetsites terecht via een zoekmachine, maar ze moeten nog altijd kunnen onthouden wat ze daar intikken. Maak er dus niets te ingewikkelds van.

2. Registreer meerdere namen

Je gebruikt dan wel www.elsisgeweldig.be, maar vaak wil je ook www.elsisfantastisch.be, of versies op .vl, .eu of .com. Zo ben je zeker dat klanten je vinden. Wordt je site echt populair, dan kan je er ook aan denken om bijvoorbeeld fout gespelde domeinnamen te registreren, en zo te vermijden dat verstrooide mensen op louche zwerversites terecht komen.

3. Bedenk alternatieven

Er zijn nu al zoveel websites, dat de kans erin zit dat jouw geweldige naam al bezet is. Zorg altijd voor een plan B.

B. Zorg voor hosting

Hosting is niet meer of minder dan het huren van ruimte. Je krijgt een plekje op een webserver waarop alle bestanden, beelden en verkeer van en naar je website terecht komt. Denk je aan een kleine, persoonlijk website genoeg te hebben, dan heb je in principe dus geen host nodig. Een thuisserver of, voor echt kleine sites, een stevige computer, kan al genoeg zijn. In dat geval heb je alleen een domeinnaam en software nodig, naast een stevige internetverbinding. Hosting vind je ook weer op meerdere plekken.

Je provider

Een van de makkelijker oplossingen voor een website kan je vinden door eens langs te gaan bij je telecomprovider. De meeste providers bieden, zeker voor hun zakelijke klanten, een of ander pakket aan waarmee je snel een professioneel ogende website of zelfs webwinkel opricht. Vaak zit daar een domeinnaam en een stuk webruimte in, maar vaak kan je ook mailadressen met je nieuwe url krijgen of software om de site effectief te bouwen.

Gratis webhosts

Hoewel de meeste gratis hosting in een of ander platform zit, zoals Wordpress, kan je ook ‘pure’ webhosts vinden die je geen geld aanrekenen. Uiteraard zijn er altijd addertjes. Meestal heb je met een gratis webhost geen eigen webdomein, of moet je reclame plaatsen. Het idee achter gratis webhosting is vaak dat het een opstapje vormt naar betalende hosting, dus je hebt vaak maar weinig ruimte of bandbreedte.

Commerciële webhosts

Toegewijde webhosts, zoals bijvoorbeeld Combell of One, baten een serverpark uit waarop ze ruimte verhuren voor websites. Hier kan je vaak pakketten samenstellen of uitkiezen naargelang je behoefte: kleine site of grote, simpel systeem of iets uitgebreids met webwinkels en fora. Je kan hier ook kijken naar het soort scripts dat je kan en mag gebruiken, de hoeveelheid verkeer die je wilt aankunnen, enzovoort. Voor echte commerciële of professionele sites is dit vaak de beste oplossing.

Tips voor webhosting

1. Maak een lijstje van wat je site moet kunnen

Bekijk voor jezelf, of samen met je webdesigner, wat die site moet doen. Heb je bepaalde scripts nodig? Wil je webwinkels opzetten, fora beheren?

2. Hoeveel ruimte en bandbreedte heb je nodig?

Ook hier maak je best eerst een schatting: hoeveel volk verwacht je, en hoeveel beelden en inhoud wil je op die website kwijt. Denk je te groeien, dan wil je misschien ook weten hoe makkelijk het is om extra ruimte en bandbreedte aan te vragen. Check ook altijd even wat er gebeurt als je over de limiet komt omdat je filmpje op een dag viraal gaat. Veel webhosts hebben een systeem waarbij een overdaad aan verkeer of bandbreedte een pak duurder is dan het basistarief.

3. Vraag garanties

Heb je een webwinkel of professionele site, dan kan die niet zomaar een paar uur plat liggen voor een panne of server update. Garanties voor ‘uptime’ kan je in een contract laten zetten.

3. Web bouwers

Ok, je hebt je naam en je host, nu moet je die site nog effectief bouwen. Dat is spijtig genoeg ingewikkelder geworden met de uitbreiding van het web. Een beetje moderne surfer verwacht meer dan enkele html-frames en een gif van een draaiende mailbox. Ook hier hangt een en ander weer af van wat je met je site wilt doen.

Wix

Een gratis webbouwer die met templates werkt, zodat je vrij makkelijk een goed uitziende site in elkaar steekt. In de visuele designtool kies je zelf de plek en kleur van elk element op je site. Die templates zijn best uitgebreid, en de betaalde versie heeft onder meer webwinkelsoftware aan boord. Goed voor een simpele professionele website of een klein winkeltje, zeker wanneer je net start en eens een en ander wilt uitproberen.

CoffeeCup

Deze html editor komt ook weer in gratis en betaalde versie. De gratis versie mist enkele extra’s zoals FTP uploads of CSS menu’s, maar dat is niet meteen spul dat je als beginnende webbouwer nodig hebt. Leuk is dat je hier van een bestaande website kan beginnen om hem aan te passen aan je eigen inhoud. Voor een gratis tooltje is dit verder best krachtig, en de nodige Helpbestanden en sjablonen moeten je heelhuids door het html-gebeuren loodsen.

Dreamweaver

Dit moet zowat de populairste webbouwer zijn op de markt vandaag. Zoals je van een Adobe product mag verwachten, is Dreamweaver prijzig, krachtig en zit hij propvol knopjes waarvan je geen idee hebt wat ze horen te doen. Dit is niet echt een programma voor beginners, dus. Wil je er de tijd voor nemen, dan is het wel het programma om een moderne site te maken, inclusief snufjes zoals JavaScript, Cold Fusion en meer. Er zit bovendien een tooltje in voor mobiel webdesign, wat vandaag de dag niet onbelangrijk is.

Shopify

Een webbouwer speciaal voor kleinere webwinkels. Deze is bijvoorbeeld handig voor je KMO die ook online enkele producten wilt aanbieden. De software biedt allerlei apps en thema’s aan om je site naar je hand te zetten en heeft uiteraard een krachtig platform aan boord voor online winkelkarretjes en eommerce. Je betaalt een maandelijkse bijdrage van zo’n € 27, maar krijgt wel help van Shopify’s experts bij het opzetten van je winkeltje.