Grootste wiskundebewijs ooit neemt 200 TB in beslag
Om een wiskundige vraag te beslechten, was een ongeziene 200 terabyte aan geheugenruimte nodig. De supercomputer die het bewijs voorgeschoteld kreeg, deed er twee dagen over om een antwoord te bekomen. Daarmee werd het vorig record van 13 GB absoluut verpulverd. De oorzaak voor die omvangrijke berekening ligt aan het feit dat het bewijs bijna 1 biljard aan mogelijkheden moest overlopen.
Het Booleaanse Pythagorese drietallen-probleem draait om de abstracte vraag of het mogelijk is om nooit een trio in dezelfde kleuren te krijgen mocht je de integralen die een Pyhtagorees drietal uitmaken ofwel rood of blauw kleuren. Het 200 TB-omvattende bewijs heeft die stelling nu negatief beantwoord. Dergelijke indrukwekkende computerberekeningen kunnen eeuwenoude problemen oplossen, maar leveren weinig indicaties op over de reden waarom een wiskundig fenomeen mogelijk is of niet. Dat geven ook de onderzoekers toe achter het recordbrekende bewijs.
Op zich kan ook een consumentencomputer aan de slag met het bewijs – er is zelfs een gecomprimeerde versie van 68 GB voorhanden – maar dan zou je je pc 30.000 uren lang gerust moeten laten.
