Frankrijk en Duitsland willen encryptie kunnen omzeilen

Aanslagen in Parijs, Brussel, Nice, Ansbach, München,… De lijst kent stilaan geen einde meer. Veiligheidsdiensten spenderen elke dag, elke minuut aan het opsporen van nieuwe verdachten en het ondermijnen van nieuwe plannen. Duitsland en Frankrijk zeggen nu dat ze in die strijd niet genoeg middelen hebben, en ze vragen Europa toestemming om berichtendiensten te dwingen mee te werken.

Steeds meer van de populairste berichtendiensten als Whatsapp, Facebook Messenger en Telegram gebruiken sterke encryptie. Daardoor hebben veiligheidsdiensten het almaar moeilijker om berichten te onderscheppen, iets waar onze buurlanden nu tegenin willen gaan.

Meewerken of ophoepelen

[related_article id=”182216″]Vorige week lanceerde minister van Binnenlandse Zaken Bernard Cazeneuve nog het idee om de bedrijven achter die diensten te dwingen om achterpoortjes te installeren. Vorig jaar opperden andere politici nog het idee om medewerking af te dwingen door de diensten te verbieden als ze weigerden. Manoeuvres die vooralsnog worden tegengehouden door Europa.

Experts aangesteld door de Europese Commissie stelden namelijk dat encryptie zoveel mogelijk aangeraden of zelfs verplicht moet worden. Een punt dat nog gevoeliger ligt na de inbraken van de NSA bij onder andere Angela Merkel. Toch argumenteert ook Duitsland nu voor achterpoortjes.

Amerikaans voorbeeld

Het debat lijkt zo te zijn overgewaaid uit de Verenigde Staten, waar de FBI nog steeds hengelt naar een manier om gegevens van iPhones te kunnen grijpen, mochten ze dat nodig vinden. Ook Apple houdt voorlopig het been stijf en weigert, met het argument dat ‘als een regering het kan, hackers het ook kunnen’.