Vivo V15 Pro officieel: 32 MP pop-up camera gecombineerd met microUSB
Randen verwijderen van een smartphone was aan het begin vrij gemakkelijk: verwijder de knoppen en werk aan de aansturing van het scherm. Inmiddels zijn de randen al enorm dun. Zo dun, dat een notch niet meer weg te denken is van een smartphone. Tijdens het Mobile World Congress in 2018 wist de Chinese fabrikant echter te overtuigen met een nieuwe oplossing, de pop-up selfiecamera. Het idee was niet alleen voor de beurs, maar de Vivo Nex is inmiddels ook in de Benelux aan te schaffen. Woensdag is voor Vivo blijkbaar de juiste dag om een volgende telefoon met pop-up selfiecamera uit te brengen, de Vivo V15 Pro. Het is een midrange smartphone, maar toch liggen de specificaties nogal verspreid.
Camera’s, en nog meer camera’s
Vivo heeft besloten om de mechanische onderdelen vanuit de Vivo Nex-serie over de plaatsen naar de midrange Vivo V15 Pro. In het schuivende mechanisme zit een 32 MP-camera die werkt met pixel-binning, waardoor er daadwerkelijk foto’s in 8 MP worden geschoten. Aan de achterkant gaat het feest ook nog verder, met drie camera’s. Allereerst is er een 48 MP-sensor, wederom met pixel-binning. Ook is er een ‘wide-angle’ en een dieptesensor aanwezig in de V15 Pro. Vivo heeft er wel voor gekozen om de camera’s direct achter de bewegende selfiemodule te plaatsen. In de praktijk leidt dit tot een behoorlijke ‘camera bump’ – typen terwijl de telefoon vlak ligt zal zeker geen pretje zijn, hoe mooi het er ook uit ziet.
Gezien de camera weggewerkt zitten, blijft de voorkant relatief ‘saai’. Er is een 6,4-inch OLED-paneel aanwezig uit de fabrieken van Samsung, met een resolutie van 1.080 x 2.360. Niet al te verrassend, is de in-display vingerafdrukscanner ook terug te vinden bij de Vivo V15 Pro. Al met al spreekt Vivo over een screen-to-body-ratio van 85,9 procent. Intern laat Vivo weinig aan de verbeelding over voor een midrange smartphone, zo is de Qualcomm Snapdragon 675 SoC aanwezig. Dat is een processor die sneller zou zijn dan de huidige Snapdragon 700-series SoC’s. Dat komt onder andere door de Cortex-A76 cores, die ook in de Snapdragon 855 terug te vinden zijn. Verder laat Vivo de gebruiker ook niet vallen als het gaat om interne opslag. Er is de keuze uit 6 of 8 GB RAM met 128 GB-opslaggeheugen.
Vivo, waarom in 2019?
Voordat ik een spreekwoordelijke schop onder de kont van Vivo geef, eerst nog even praten over de capaciteit van de batterij. Deze is met 3.700 mAh namelijk behoorlijk groot voor een midrange smartphone, waardoor deze vermoedelijk met gemak de dag door kan komen. Is de batterij leeg, dan moet je deze opladen via, jawel, een microUSB-poort. Het kan nog in 2019, of eigenlijk: het kan niet meer in 2019, maar toch gebeurt het. Opladen met USB-C gaat niet alleen sneller, het scheelt je ook de kopzorgen over het juist aansluiten van de kabel. Natuurlijk is het moeilijk om te oordelen welke reden Vivo heeft om microUSB te behouden … maar het blijft zonde. Toch blijft het mooi om te zien hoe het midrange segment snel in weet te spelen op nieuwe innovaties, zoals de pop-up cameramodule.