SAS gelooft rotsvast in het SaaS-model

SAS is bezig om in versneld tempo meer van zijn producten in een hosted en software-as-a-service-model onder te brengen. "Er is een duidelijke vraag van de markt voor dat model, en het opent ook nieuwe wegen naar minder kapitaalkrachtige klanten", verklaart Jim Goodnight, stichter en CEO van SAS, de strategiewending.

Ondanks – of misschien juist dankzij – de economische crisis blijft SAS goed boeren: in het voorbije boekjaar haalde het bedrijf een omzet van 2,26 miljard dollar, een groei van ruim 5%. En België deed het zelfs nog beter met een stijging van 14% in euro’s en 23% in dollars. Het feit dat SAS producten levert die door betere besluitvorming concurrentiële voordelen kunnen opleveren, zal daar zeker niet vreemd aan zijn.

De voorbije maanden heeft SAS zijn horizon nog verbreed met de aankondiging van nieuwe hosted en SaaS-oplossingen. Vooral op aanvraag van de klanten, verklaart Jim Goodnight: "Zo is de vraag naar onze SAS drug development-oplossing die we in januari gelanceerd hebben in een SaaS-model, bijzonder groot".

Vorig jaar leek u nochtans niet zo’n fan van SaaS, wat heeft u van gedacht doen veranderen?
Goodnight: Wel, er was de groeiende omzet uit die drug development-oplossing, plus het feit dat we in augustus vorig jaar IDeaS overnamen, een bedrijf dat software voor revenue management in de hotelsector levert. Het is een heel succesvolle en snelgroeiende onderneming, met meer dan 1.400 klanten over heel de wereld – en in een SaaS-model. We zijn ook niet blind voor het feit dat er heel wat kleinere bedrijven op de markt zijn die het uitstekend doen via zo’n SaaS-model. Daarom lanceren we nu ook SAS campaign management in SaaS-vorm, nadat we het eerder al gewoon onder licentie en als een op maat gemaakte hosted oplossing hadden aangeboden. Het voordeel van SaaS is dat de kapitaalinvestering voor een bedrijf minimaal is terwijl je toch zeer snel de vruchten van de oplossing kan plukken.

Waar trekt u de lijn tussen on demand, hosted en SaaS?
Ik heb onze mensen duidelijk gemaakt dat het bij Software-as-a-Service voor 100 procent de gebruiker zelf is die het opstart, gegevens invoert en er rapporten uit haalt. Wij komen niet tussenbeide. In een hosted oplossing doen wij veel meer: we starten alles op, zorgen ervoor dat de gegevens regelmatig bijgewerkt worden en dat er altijd iemand beschikbaar is voor bijstand, eventueel zelfs om te helpen bij de analyses. Ik denk bijvoorbeeld aan onze anti-money laundering-oplossing: daar moeten wij de rapporten klaarmaken en terugsturen naar de betrokkenen zodat zij de volgende dag al met hun onderzoek kunnen beginnen.
 

Is die nieuwe oriëntatie ook de reden waarom u 70 miljoen dollar gaat investeren in een cloud computing center?
Eigenlijk waren daar twee redenen voor. Op de eerste plaats moesten we dringend ons datacenter uitbreiden, want we zaten echt tegen de maximale capaciteit aan. De jongste jaren groeide onze hostingbusiness bovendien met 30 tot 40% per jaar, en het ziet ernaar uit dat die lijn doorgetrokken wordt. En met de snellere internetverbindingen krijgen we nu ook de gelegenheid om onze oplossingen in een Software-as-a-Service-model aan te bieden. In totaal praten we over zo’n 3.500 m2 die hier op onze campus in Cary gebouwd worden. De eerste serverfarm moet midden volgend jaar operationeel worden.

Krijgen we ook gelijkaardige initiatieven in Europa en het Verre Oosten?
Absoluut. We hebben nu al verzoeken van meerdere klanten uit Groot-Brittannië voor cloud computing centers, want zij willen hun data niet naar de Verenigde Staten exporteren. En sommige van de Europese privacywetten beperken ook de beweging van gegevens tussen verschillende landen. Vermoedelijk komt er een in Marlow, alleen is het probleem dat we daar maar één access provider hebben en veel van onze service-akkoorden vereisen er minstens twee. We hebben ook een tijdje een locatie in Duitsland gezocht, maar nu kijken we eerder naar Nederland of België. We zouden de servers in de kapel van ons kasteeltje in België kunnen zetten, daar zou er niemand aan durven te prutsen (lacht).

Vanwaar de recente verschuiving in klemtoon van business intelligence naar business analytics?
De term ‘business intelligence’ werd eigenlijk steeds meer misbruikt voor louter query en reporting, terwijl het zoveel meer inhoudt. Daarom wilden we beklemtonen dat het eigenlijk analytics is dat echt het onderscheid kan maken op de markt. Bedrijf na bedrijf realiseert zich plots dat het over een massa gegevens beschikt waar het niks mee doet, en onze stelling is dat je die moet gebruiken om processen te optimaliseren en betere voorspellingen voor de toekomst te doen. Niet kijken naar wat er gebeurd is in het verleden, maar naar wat er morgen te gebeuren staat en daarop voorbereid zijn. En zoiets kan je perfect met analytics.