Reclamewereld klaagt bij Microsoft over ad-blocker
Een belangengroep in de reclamewereld klaagt in een open brief aan Microsoft dat zijn beslissing om de Do Not Track standaard aan te zetten in Internet Explorer 10 een verkeerd signaal afgeeft.
De Association of National Advertisers (ANA) beklaagde zich in de brief rechtstreeks bij Microsoft-topman Steve Ballmer over de werking van Do Not Track. Deze uitvinding voegt een klein stukje code toe aan de HTTP-header van een website met de instructie om geen cookies te installeren die het webbezoek van een gebruiker kunnen volgen.
Verschillende bedrijven, waaronder Twitter en Google, hebben al toegezegd om Do Not Track in hun producten te integreren, maar Microsoft is het eerste bedrijf dat de functie ook echt standaard gaat inschakelen voor alle gebruikers van Internet Explorer 10, de standaardbrowser in het aanstaande Windows 8.
Verkeerde keuze
Volgens ANA, waar Microsoft zelf lid van is, biedt de standaard inschakeling van deze volg-me-niet standaard een verkeerde keuze voor consumenten door ze verplicht te stellen om voor ‘opt-in’ te kiezen.
Als Microsoft zijn voornemen doorzet, zou dat volgens de beroepsorganisatie negatieve gevolgen kunnen hebben voor hun advertentieinkomsten. Grote ondernemingen hebben hun handtekening gezet onder de brief, waaronder Dell, Ford, IBM, Intel en McDonalds.
De ANA voegt toe dat het blokkeren van de vergaring van online surfgegevens een negatief effect kan hebben op de belangen van consumenten, omdat het zou zorgen voor een vermindering van het aanbod en gratis diensten die online beschikbaar zou zijn. De meeste online ondernemingen leunen zwaar op hun inkomsten uit advertenties en Do Not Track zou die inkomsten wel eens in gevaar kunnen brengen.
Impotente bescherming privacy
Daar komt nog eens bij dat Do Not Track (DNT) in veel gevallen simpelweg niet werkt. Zo werd bekend dat twee van de grootste online reclamebureau’s, het Interactive Advertising Bureau en de Digital Advertising Alliance, weliswaar ophouden met het aanbieden van advertenties op een website, maar gewoon doorgaan met het verzamelen van data over een gebruiker.
Niet alleen in de reclamewereld is er verzet tegen Microsofts besluit om Do Not Track standaard aan te zetten in Internet Explorer 10. Roy Fielding, een van de auteurs van de DNT-standaard en onderzoeker bij Adobe Systems, schreef een patch voor Apache-webservers, die Do Not Track standaard uitschakelt als een website wordt bezocht met IE 10.
Sabotage van Apache
Fielding verklaarde de creatie van deze patch als volgt: “De enige reden dat DNT bestaat is om een non-standaardoptie te kunnen geven. Dat is alles wat het doet. Het zorgt niet voor bescherming van de privacy tenzij de ontvangers geloven dat het was ingesteld door een persoon, die een echte voorkeur heeft voor privacy boven personalisatie.”
Volgens Fielding schendt Microsoft bewust de standaard door hem standaard in te schakelen. En dat tewijl ze goed weten dat DNT de privacy van een gebruiker niet echt beter zal beschermen.
Toch geeft Microsoft bij de installatie van Windows 8 een optie om DNT in- of uit te schakelen. Maar omdat de meeste mensen in contact zullen komen met het besturingssysteem na de aankoop van een nieuwe laptop of tablet zullen zij die keuze waarschijnlijk niet te zien krijgen.
Valse goodwill
Hoewel Microsoft op het eerste oog zijn gebruikers een dienst bewijst met de standaard inschakeling van Do Not Track, zal er in werkelijkheid weinig verbetering zijn voor de privacy. Bovendien jaagt het bedrijf de reclamewereld tegen zich in het harnas en werkt de standaard bovendien niet op ongeveer de helft van alle websites, omdat die draaien op een Apache-webserver.
Al met al heeft het weinig te winnen met het doorzetten van deze stap, al is de kans klein dat het nog wijzigingen zal doorvoeren aan Windows 8 zo kort voor de lancering.
