Microsoft maakt betaalmodel voor 'cloud on-premises' bekend
Deze week werd de derde preview van Azure Stack voorgesteld, de oplossing ongeveer een jaar geleden het licht zag. Met Azure Stack wordt het mogelijk om Microsofts clouddiensten in het eigen datacenter te draaien, waardoor klanten gebruik kunnen maken van Azure’s IaaS en PaaS-diensten, terwijl ze de controle behouden over de infrastructuur waarop de cloud draait.
Samen met de kersverse preview onthult Microsoft ook eindelijk het betaalmodel achter de dienst. Net zoals Azure, gaat ook deze ‘on-premises cloud’ bekostigd via een pay-per-use-model, zonder licentiekosten op voorhand. “Dit betekent dat je niets betaald voor software tot je een dienst gebruikt,” verduidelijkt Microsoft in een FAQ. Anders gezegd worden klanten dus enkel gefactureerd voor de diensten die ze inschakelen, zoals virtuele machines, opslagruimte, en andere Azure-diensten. De abonnementskosten van Azure Stack zullen meestal iets lager uitkomen dan die van Azure, omdat het onderhoud en de kosten van de infrastructuur hier niet in rekening worden gebracht, maar Azure blijft evenwel goed voor de laagste ‘total cost of ownership’ (TCO), beweert Microsoft.
Naast de abonnementskosten zullen klanten wellicht ook moeten investeren in een nieuwe infrastructuur. Vorig jaar werd bekend dat Azure Stack slechts op de hardware van een aantal fabrikanten zou draaien, die geselecteerd werden door Microsoft zelf. De beslissing kon rekenen op de kritiek van klanten, maar was volgens Micosoft-programmeur Vijay Tewari noodzakelijk om de levenscyclus van Azure Stack te kunnen verlengen. “Voorlopig moeten we starten met systemen die we kennen,” aldus Tewari.