Intel lanceert Atom-processor voor Edge-computing
Intel ververst zijn Atom C line-up. De Atom C3000-processors vervangen de C2000-cpu’s als zuinige krachtpatsers voor de rand van het netwerk. De Atom C3000 is bedoeld voor slimme routers en andere toestellen die data kunnen verwerken of versleutelen voor die vanop een on-premise-locatie naar een datacenter gaat. Dergelijke Edge-toestellen kunnen gegevens bijvoorbeeld comprimeren of grof analyseren, zodat alleen nuttige gegevens worden doorgestuurd naar de cloud en schaarse bandbreedte bespaard wordt. Andere toepassingen Voor de Atom C’s zijn bijvoorbeeld firewalls, cold storage-toepassingen en VPN-hardware.
De Atom C3000 cpu’s hebben 2 tot 16 kernen, met een verbruik van 9 watt tot 32 watt. In totaal lanceert Intel 15 nieuwe cpu’s onder de C3000-vlag. Wat adviesprijzen betreft begint het aanbod aan zo’n 30 euro, en loopt het tot meer dan 340 euro.
De Atom-chips zijn tot 3,4 keer sneller dan hun equivalenten uit de Atom C2000-reeks. Die dateert al van 2013: een eeuwigheid in processorjaren. De nieuwe cpu’s komen er op een moment dat edge-computing steeds belangrijker wordt. Het internet der dingen zorgt voor zo’n geweldige stroom van data dat het niet meer efficiënt is om alle gegevens naar een centrale locatie te sturen voor verwerking. Idealiter gebeurd een deel van het rekenwerk aan de rand van het lokale netwerk: de Edge. Gezien de leeftijd van de vorige Atom-cpu’s is een verfrissing van Intels aanbod dan ook welkom.
Voor de techneuten
De Intel Atom C3000-cpu’s zijn volledig gericht op servergerelateerde toepassingen. Intel bakte ze gebruikmakend van zijn 14 nm-proces, wat significant efficiëntere chips mogelijk maakt dan de 22 nm C2000-cpu’s. De gespecialiseerde rol van de Atom-chips is duidelijk in de technische specificaties. De processors hebben over het algemeen vrij veel rekenkernen aan boord, die zelf eerder eenvoudig zijn. Het cache-geheugen is enorm vergeleken met klassiekere cpu’s. Al naargelang het type processor krijg je tot 16 MB L3. VT-x en VT-d zijn aanwezig, net als natuurlijk de AES-instructieset. Intel QuickAssist zorgt dan weer voor een efficiënte compressie.