Is er écht vraag naar smartphones van 1000 euro?
Is er wel vraag naar dure smartphones? Uit de kwartaalcijfers van Samsung, Apple en Huawei bleek vorige jaar meermaals dat er maar weinig vraag is naar premium smartphones van 1000 euro. Apple gaf aan dat de grootste winst werd geboekt bij de wearables (Apple Watch en Airpods), terwijl Samsung en Huawei de meeste winst haalden uit het middensegment. Zowel de cijfers van iPhone XS-reeks als van de Galaxy S10-smartphones waren laag. Het antwoord op de vraag in de titel is dus een regelrechte “nee”. Tijd om die “nee” even verder uit te leggen en smartphonefabrikanten een paar do’s en don’ts voor smartphones te geven.
Tot bij de sterren en daar voorbij
De prijzen van smartphones zijn in de voorbije tien jaar enorm snel gestegen, waarbij de sterkste stijging de laatste vijf jaar is gebeurd. Plots was de selectie degelijke smartphones van 150 euro enorm klein, terwijl de smartphones van 500 euro en meer steeds vaker verschenen. Voor een gsm betaalden we tien jaar terug ongeveer 50 euro, terwijl smartphones vandaag tot wel twintig keer zoveel kosten. Het lijkt er echter op dat we met de monsterprijzen van meer dan 1000 euro de limiet hebben bereikt, want niet iedereen is bereid om dat bedrag uit te geven aan een smartphone, en dat is nu duidelijk geworden.
Vanwaar de plotse prijsstijging?
Die hogere prijzen hebben een heel simpele oorzaak: er zit meer technologie in smartphones. Smartphones bevatten intussen twee, drie of zelfs vier lenzen achteraan met vooraan nog een enkele of dubbele selfiecamera. Het aantal megapixels in die camera’s loopt op tot 48MP en je vraagt je intussen af of je nu een smartphone of een camera aan het kopen bent, aangezien de software voor die camera’s ook steeds uitgebreider wordt. De displays worden daarnaast steeds groter en hebben een hogere resolutie. Ook binnenin worden de processoren steeds krachtiger en is er steeds meer werkgeheugen, waardoor je in sommige gevallen een laptop op broekzakformaat krijgt.
Volgens mij is dat laatste het “probleem” van de topklasse smartphones vandaag de dag. Smartphones die meer dan 1000 euro kosten zijn razendsnel en evenaren de kracht van laptops. Dat is echter niet iets waaraan de gemiddelde smartphonegebruiker nood heeft. Het is zeker fijn om vliegensvlug tussen apps te wisselen, foto’s/video’s te nemen én te bewerken op je smartphone, te gamen en een prachtige beeldkwaliteit te hebben, maar terwijl de technologie evolueert zijn onze gewoontes blijven hangen. Een fotootje nemen, een filter erop gooien en hem uploaden naar Instagram gaat ook met een smartphone van pakweg 200 à 300 euro. Toegegeven, de foto’s die je met een Huawei P30 Pro kan nemen, kan je niet nemen met een Motorola G7 Play, maar met de juiste hoeveelheid moeite en de juiste omstandigheden, zullen je Instagram-volgers waarschijnlijk geen schokkende verschillen opmerken.
Het plafond van de power-users
Bij de productie van een smartphone denkt het bedrijf altijd na over de doelgroep voor dat model in het bijzonder. De smartphones van 1000 euro zijn voor de zogenaamde power-users die het meeste uit hun smartphone willen halen en een vloeiende ervaring willen. Vandaag de dag zijn sommige smartphones echter zo snel geworden dat power-users prima uit de voeten kunnen met een smartphone van 500 euro, wat nog steeds een redelijk bedrag is. De combinatie van alle functies in een iPhone of Samsung Galaxy S10 zorgt ervoor dat de toestellen in feite hun prijs kunnen verantwoorden. De kans dat eindgebruikers die functies allemaal ten volste gaan benutten, wordt echter steeds kleiner.
Zelfs power-users kunnen alle mogelijkheden van een topklasse smartphone niet meer ten volste benutten.
Als je 1000 euro neertelt voor een smartphones, dan wil je natuurlijk het maximum eruit halen eens je hem in je handen hebt. Vier cameralenzen zijn leuk, maar als je alleen de hoofdcamera gebruikt, betaal je voor drie lenzen zonder ze te gebruiken. Functies zoals 4K-video-opname en slow-motion-opname bij 120 fps zijn leuk, maar als je al je video’s met Instagram maakt, dan maakt het weinig uit of je een topklasse of middenklasse smartphone gebruikt, het eindresultaat is quasi identiek. Games hebben heel wat rekenkracht nodig, maar als je niet van plan bent om te gamen met je smartphone, is er ook geen reden om daarvoor extra te betalen. De gebruikersprofielen waar de high-end smartphones op richten, zijn eenmaal zodanig specifiek en zeldzaam dat weinig mensen die smartphones “nodig hebben”.
Vergrijzing bij de elite
Door smartphones steeds sneller te maken, schieten producenten in feite in hun eigen voeten. Er mag dan wel elk jaar een nieuwe iPhone, nieuwe Samsung Galaxy S-reeks én Note-reeks, Huawei Mate-reeks en P-reeks verschijnen, maar de kans dat de modellen van het jaar daarvoor nog steeds prima werken, is zo goed als 100%, tenzij je ze kapot laat vallen natuurlijk. Als producent mag je niet verwachten dat iedereen bereid is om zijn smartphone van 1000 euro elk jaar te upgraden, zeker als hun huidige model nog steeds snel is en alle apps kan draaien.
Bij Apple is de smartphonevergrijzing het ergste, aangezien alle iPhones nog zeker drie of vier jaar iOS-updates zullen krijgen. De kans dat een middenklasse Android-smartphone voor eeuwig op dezelfde Android-versie blijft zitten, is enorm hoog, waardoor Android-gebruikers sneller de noodzaak voelen om hun toestel te vervangen. Met de verschijning van betaalbare Android One-smartphones die gegarandeerd drie jaar lang updates zullen ontvangen, duurt het ook langer voor die toestellen aan vervanging toe zijn.
Hoe sneller de smartphone, hoe minder snel hij aan vervanging toe is en hoe minder snel de consument een nieuw model gaat kopen.
Kijken we een paar prijssegmenten lager, dan zien we dat die smartphones sneller aan vervanging toe zijn omdat ze apps niet meer snel kunnen draaien en de algemene ervaring niet meer vloeiend is. De groep mensen die om de twee jaar een smartphone van 250 euro koopt, geeft op acht jaar tijd in totaal 1000 euro uit aan smartphones. Als power-users die 1000 euro aan een smartphone uitgeven even vaak hun toestel upgraden, dan zitten zij na acht jaar aan een totaal van 4000 euro. Laptops van 1000 euro zijn na een jaar niet aan vervanging toe en voor smartphones geldt hetzelfde. Als alles naar behoren blijft werken, dan is het niet nodig om een nieuw toestel te kopen. Het feit dat er een nieuwe versie is met enkele kleine upgrades, is geen reden voor consumenten om hun huidige toestel aan de kant te gooien en hun spaarrekening te plunderen om het nieuwste van het nieuwste in huis te halen.
Op de redactie passeren er jaarlijks ongeveer 25 smartphones de revue in allerlei prijssegmenten en vaak merken we dat sommige extra functies in de high-end toestellen gewoon niet gebruiken in onze dagelijkse routines. Sommige gebruikers zullen qua prestaties het verschil tussen een smartphone van 1000 euro en 300 euro mogelijk niet eens merken, omdat ze die extra functies niet nodig hebben.
Competitiedrang
Dit laatste stuk gaat deels gerecycleerd zijn uit mijn artikel over hoe snel de technologie in smartphones evolueert, maar is hier meer dan ooit van toepassing. Bedrijven lijken een onderlinge competitie te voeren om de beste smartphone ooit te maken, maar verliezen daarbij de consument uit het oog. 90% van de mensen heeft geen smartphone van 1000 euro nodig voor de zaken die ze ermee doen. Consumenten vragen ook niet naar smartphones met 5 camera’s, vouwbare smartphones, pop-upcamera’s… Het mag dan wel mogelijk zijn om een smartphone vol te proppen met de nieuwste technologische innovaties, maar als het eindproduct uiteindelijk niet verkocht raakt, dan eindigt heel het project in mineur. Zowel Apple als Samsung merken dat nu bij hun nieuwste vlaggenschepen die ze sterk in de spotlights hebben gezet.