Vergelijking: 9 betaalbare midrange smartphones
Regelmatig krijgen we van vrienden of familie de vraag: “Welke smartphone moet ik kopen?”. Tja, probeer daar maar eens een eenvoudig antwoord op te geven. Iedereen gebruikt zijn smartphone anders, stelt andere eisen of heeft gewoon een andere smaak.
In deze test vermijden we de goedkopere toestellen en elimineren we de allerduurste. Het middensegment van smartphones is het voorbije jaar behoorlijk interessant geworden en maakt het de duurdere modellen bijzonder moeilijk. Daarom: een test!
[related_article id=”158662″]
We gaan op zoek naar een prima middenmoter, met de troeven van duurdere toestellen, maar zonder het prijskaartje uit het oog te verliezen. Daarom vallen alle geteste toestellen tussen 200 en 350 euro.
Acer Liquid E1 (199 euro)
Als goedkoopste Androidtoestel in de test is de Acer Liquid E1 zeker niet moeders mooiste. Een eerste blik op de E1 toont een nogal drukke telefoon met veel franjes. Op het plastic is een patroon gedrukt en achteraan zitten twee dominante luidsprekergrilles. Een stevige klomp dus. Toch is de batterij niet opvallend groot in vergelijking met zijn concurrenten. Met 4,5 inch heeft hij het op één na grootste scherm uit de test. De helderheid valt een beetje tegen, maar de kwaliteit en de kleurreproductie is prima.
Niets doet vermoeden dat je met een budgettoestel rondloopt. Initieel voelt de E1 ook bijzonder snel aan, tot je een heleboel apps installeert. Dan begint de motor wat te sputteren, gelukkig zonder echt storend te worden. Achteraan zijn twee luidsprekers voorzien, en die klinken opvallend goed. De camera maakt meestal scherpe, kleurrijke foto’s, die echter veel ruis vertonen. Een leuke extra bij de muziekspeler is Moodagent: kies je humeur, en de E1 bladert automatisch door je bibliotheek om de gepaste muziek te zoeken.
Pro: prijs/kwaliteit-verhouding, mooi groot scherm
Contra: beperkte helderheid, traag na veel app-installaties
Prestaties: 3/5 l Camera: 3/5 l Autonomie: 4/5
Alcatel One Touch Idol Ultra (299 euro)
Alcatel mag dan misschien niet de bekendste naam zijn op de smartphonemarkt, maar met de One Touch Idol Ultra pakt het wel uit met een mooie telefoon. Het pronkstuk is zonder twijfel het grote 4,65 inch AMOLED-scherm met hoge 720p-resolutie. De zwartwaarden zijn perfect en de kleuren spatten van het scherm. Soms zelfs iets te veel, naar onze mening. In tegenstelling tot de Samsung Galaxy S III Mini kan je het contrast niet wijzigen.
Voor een midrange smartphone ziet de Idol Ultra er enorm sexy uit. De achterkant heeft een rubberachtige textuur en bovendien is het toestel heel dun. De autonomie is meer dan behoorlijk en de camera maakt snelle, scherpe foto’s. Alleen de rode tinten ogen wat flets.
Waar schuilt dan het addertje onder het gras? De prestaties zijn niet consistent. De ene keer rollen de menu’s heel vlot, om daarna schokkende animaties te vertonen. De softwareschil die Alcatel over de Idol Ultra installeerde, lijkt hier de boosdoener. Bizar detail: om oortjes op de Idol Ultra aan te sluiten, heb je de meegeleverde micro-USB-adapter nodig, omdat het toestel te dun is voor een klassieke hoofdtelefoonaansluiting.
Pro: prachtig scherm, premium afwerking
Contra: prestaties zijn niet consistent
Prestaties: 3/5 l Camera: 3,5/5 l Autonomie: 4/5
HTC One SV (349 euro)
Wat meteen opvalt, is hoe goed het toestel aanvoelt. Door de licht gebogen achterkant heb je een perfecte grip en de smartphone is nog net met één hand te bedienen. De One SV reageert snel en voert alle opdrachten zonder problemen uit, dankzij een razendsnelle processor. De relatief lage schermresolutie van 480 op 800 pixels geeft de beeldkwaliteit op het 4,3 inchscherm geen wauw-gevoel. Door de lagere resolutie oogt niet alles even scherp; vooral bij tekst valt op dat de randjes soms wat wazig zijn.
De geluidskwaliteit is wel heel goed en verassend luid, en dit geldt zowel voor de speakers als wanneer je met oortjes of een koptelefoon luistert. De 5 megapixelcamera is snel en handig in gebruik, maar voor dit prijskaartje had de kwaliteit van de foto’s toch net iets beter gemogen.
De autonomie van de One SV is prima. Zelfs als je je smartphone zwaar misbruikt, kom je nog makkelijk de dag door. De SV is dan ook zeker geen slechte keuze, maar qua prijs/kwaliteit zijn er betere toestellen beschikbaar, met recentere specificaties. Een meer uitgebreide review van dit toestel kan je hier nalezen.
Pro: ligt goed in de hand, NFC
Contra: duur, lage beeldresolutie
Prestaties: 4,5/5 l Camera: 2,5/5 l Autonomie: 3,5/5
HTC 8S (259 euro)
De HTC 8S heeft een opvallende gekleurde ‘sik’ aan de onderzijde, waarin de SIM-kaart en de microSD-geheugenkaartsleuf verborgen zitten. Daarmee springt de telefoon meteen in het oog. Groot nadeel is de beperkte interne opslag van 4GB. Aangezien het besturingssysteem daar een flinke hap van opeist, schiet er nog maar 1,1GB opslagruimte over. En als je de opslag uitbreidt met een geheugenkaartje, laat het toestel je niet toe om apps te bewaren op het verwisselbare geheugen.
Hoewel dit geen geoliede machine is die als een flits door applicaties schiet, kunnen we deze telefoon nauwelijks op haperingen of crashes betrappen. De HTC 8S is voorzien van een prima batterij die het zelfs bij intensief gebruik vlotjes meer dan een dag uithoudt.
Ook wat de camera betreft krijg je waar voor je geld, met een eenvoudig bedienbare 5 megapixelcamera die je bedient via de sluiterknop aan de zijkant van het toestel. Jammer dat er geen camera aan de voorzijde van de 8S zit. Videogesprekken via Skype kan je dus vergeten. Een uitgebreide review van de HTC 8S kan je hier nalezen.
Pro: opvallend ontwerp, prima scherm
Contra: geen NFC, beperkt intern geheugen
Prestaties: 3,5/5 l Camera: 3/5 l Autonomie: 3,5/5
Huawei Ascend W1 (199 euro)
"Made in China" wordt bij ons niet echt geassocieerd met degelijkheid, maar Huawei wil daar verandering in brengen. De Ascend W1 is een stevig rechthoekig blok dat degelijkheid uitstraalt. De achterkant voelt zacht aan en geeft een goede grip. Het 4 inch aanraakscherm is verrassend scherp, zeker voor deze prijsklasse. Het scherm is groot genoeg om aangenaam te kunnen typen, en valt toch nog vrij makkelijk met één hand te bedienen.
Er worden geen snelheidsrecords gebroken, maar toch voelt de Windows Phone nooit traag aan. Dankzij een fysieke cameraknop kan je zonder omwegen foto"s maken, zelfs vanuit het lockscreen. De 8 megapixelcamera is niets speciaals, maar de kwaliteit van de foto"s is voor een mobiele camera zeker voldoende. De Ascend W1 beschikt over een straffe batterij die bij intensief gebruik probleemloos de dag doorkomt. Buiten de prijs-kwaliteit en de batterijduur blinkt hij echter nergens echt in uit, al doet hij ook niks verkeerd. Een uitgebreide review van de Huawei Ascend W1 kan je hier nalezen.
Pro: degelijke afwerking, autonomie
Contra: hardnekkige vingerafdrukken
Prestaties: 3,5/5 l Camera: 3/5 l Autonomie: 4,5/5
LG Optimus L7 II (249 euro)
Het valt meteen op dat de Optimus L7 II van Zuid-Koreaanse makelij is. Net als Samsung maakt LG bij smartphones veel gebruik van plastic. Op het eerste gezicht ziet deze smartphone er een beetje vreemd uit. Hij heeft een groot 4,3 inch aanraakscherm, maar is zelf niet zo heel groot. Dat maakt hem ideaal om met één hand te bedienen. LG legt zijn eigen functionele schil over Android, en je kan ook kiezen uit vier eigen LG-skins om heel je telefoon te personaliseren.
De L7 II is niet bepaald dun, en daar is de flinke batterij verantwoordelijk voor. Die zorgt er wel voor dat de autonomie met voorsprong het beste is van alle geteste toestellen. De camera-app is uitgebreid en gebruiksvriendelijk, en maakt ook prima foto’s. De filmkwaliteit is helaas belabberd. Ondanks de zwakkere specificaties vergeleken met de andere toestellen merk je dat niet echt aan deze smartphone. Opvallende afwezige: een lichtsensor. Je moet de helderheid manueel aanpassen, wat eigenlijk niet meer van deze tijd is.
Pro: straffe autonomie, duidelijke interface
Contra: geen lichtsensor, goedkope afwerking
Prestaties: 2/5 l Camera: 3/5 l Autonomie: 5/5
Nokia Lumia 620 (259 euro)
Op het eerste gezicht zou dit toestel niet misstaan in de plaatselijke speelgoedwinkel. De glibberige behuizing van hard plastic is uitgevoerd in verschillende felle kleurtjes. Over kleuren gesproken: die komen uitstekend tot hun recht op het 3,8 inch ClearBlack-aanraakscherm dat Nokia in de Lumia 620 heeft gestopt. Een kleiner scherm betekent helaas ook een kleiner virtueel keyboard. Mensen met grote handen zouden wel eens problemen kunnen hebben.
Het kleinere formaat zorgt uiteraard ook voor een kleine batterij. Toch zouden we niet zover willen gaan om het batterijleven slecht te noemen.
Je kan niet alles hebben in het leven, en daarom is de 5 megapixelcamera een eerder middelmatig exemplaar. De kleurechtheid in de foto’s is redelijk en de ruisvorming is beperkt, maar verwacht niet dat je hier in het oog springende opnames mee gaat maken.
Pro: stevig, vloeiende gebruikerservaring
Contra: middelmatige camera, glibberig
Prestaties: 4/5 l Camera: 2,5/5 l Autonomie: 3/5
Samsung Galaxy S III Mini (299 euro)
Met de Galaxy S III Mini bouwt Samsung verder op het succes van de megapopulaire Galaxy S III. De toevoeging ‘mini’ staat niet alleen voor een kleiner formaat, maar ook voor lagere specificaties, waardoor dit toestel in het middensegment van de markt belandt.
Toch mag je deze S III Mini echt wel als een volwaardig lid van de Galaxy S-reeks beschouwen. Zowat alle softwaresnufjes die de Galaxy S III typeren, zijn ook in dit kleinere broertje terug te vinden. Een leuk voorbeeld is ‘Quick mute’, waarmee je een oproep weigert of het geluid op stil zet door de telefoon om te draaien met het scherm naar beneden.
Het knappe 4 inchscherm maakt gebruik van de AMOLED-technologie, vergelijkbaar met de Alcatel One Touch Idol Ultra. Bij voldoende licht zijn de foto"s goed, maar ruis en scherpte nemen snel af als het licht niet meezit. Een volle batterij houdt het twee dagen uit bij licht gebruik, daarna is het tijd om te herladen.
Pro: mooi AMOLED-scherm, trucjes van de Galaxy S III
Contra: plastic afwerking, schermresolutie
Prestaties: 4/5 l Camera: 3/5 l Autonomie: 3,5/5
Sony Xperia P (299 euro)
Voor deze test stuurde Sony de Xperia P op, een opvallende keuze omdat het toestel al een jaar beschikbaar is. Als resultaat is de hardware niet echt up-to-date, met een relatief trage processor. De menu’s rollen niet vloeiend genoeg, maar traag durven we de Xperia P zeker niet te noemen. Hij ziet er aantrekkelijk uit, met een metalen achterkant en een doorzichtig ‘tussenstuk’. Sony benadrukt dat de Xperia P dankzij een nieuwe schermtechnologie het helderste scherm heeft van allemaal, maar in de praktijk merken we daar niet veel van.
Waar de Xperia P wel hoge ogen mee gooit, is met zijn camera. De foto’s zien er prachtig uit en hij kan zelfs in Full HD filmen. Dat maakt van de Xperia P de ideale smartphone wanneer je regelmatig foto’s maakt. Omdat deze smartphone al een jaar oud is, staat er nog het oude Android 4.0 op. Het is niet bekend of de Xperia P een upgrade zal krijgen naar het allernieuwste Android 4.2, wat dit toestel op slag een pak interessanter en beter zou maken.
Pro: sublieme camera, metalen behuizing
Contra: oude hardware, Android 4.0
Prestaties: 3/5 l Camera: 5/5 l Autonomie: 2,5/5
Keuze van de redactie
Na een zware deliberatieronde roepen we de Alcatel One Touch Idol Ultra uit als "Keuze van de redactie". Hij ziet eruit als een premium toestel, heeft een indrukwekkend AMOLED-scherm met HD-resolutie en is ook nog eens flinterdun. Op vlak van prestaties is er ruimte voor verbetering, maar daar is Alcatel grotendeels zelf verantwoordelijk voor met hun eigen softwareschil over Android. Ondanks het dunne profiel scoort de Idol Ultra bovendien prima op het vlak van autonomie. Nu alleen nog een kortere naam kiezen Alcatel, want One Touch Idol Ultra is toch wat te veel van het goede.
