Reviews

Nothing Phone (3) review: alleen de prijs is echt high-end

Nothing Phone (3)
© Nothing
Voordelen
Helder oledscherm
Vlotte, zij het relatief hete, chipset
Fijne Nothing OS-software
Nadelen
Essential Key is er weer
Tegenvallende batterijduur
Geen variabele beeldverversing
Aanbevolen prijs: €849
Waar te koop?
Totaalscore 7
De Phone (3) moet Nothings eerste echte vlaggenschiptelefoon worden, maar in de praktijk schiet de Britse fabrikant zijn doel volledig voorbij. Alleen de prijs van de Nothing Phone (3) doet denken aan een vlaggenschipmodel.

Iets minder dan twee jaar na Nothings eerste vlaggenschiptelefoon, de Phone (2), waagt de fabrikant opnieuw een poging. Ditmaal is het hun eigen visie op wat een vlaggenschiptelefoon zou moeten zijn. Eén detail hebben ze alvast goed afgekeken van de concurrentie: het prijskaartje. Met een vanafprijs van 849 euro (256 GB) is de Phone (3) de duurste Nothing tot nu toe en bijna net zo duur als de Samsung Galaxy S25+. Die is qua formaat identiek aan de Phone (3), maar, zoals later zal blijken, rijker uitgerust. Is dat de achilleshiel van de Nothing Phone (3)?

Nothing, waar is je Glyph?

Klinkt misschien als een bijzondere vraag, maar de Glyph Interface was tot voor kort een van de unique selling points van Nothing-toestellen. Tot en met de Phone (3a) voorzag het Britse merk zijn toestellen van meerdere ledstrips op de achterkant. Daaraan kon je bijvoorbeeld zien of je een notificatie had ontvangen. De ledstrips fungeerden ook als indicator voor het mediavolume en apps als Uber konden er zelfs ritgegevens aan koppelen. Best handig, maar dat hoofdstuk sluit Nothing dus af met de Phone (3). Gedeeltelijk dan toch: het concept leeft voort in de zogeheten Glyph Matrix op de nieuwe vlaggenschiptelefoon.

De ledstrips zijn verdwenen en in de plaats daarvan heeft Nothing een klein matrixscherm toegevoegd met voorlopig negen functies, of, zoals het merk ze noemt, Glyph Toys. Heel bijzonder zijn ze niet. Zo biedt het display directe toegang tot de tijd, het batterijpercentage en een stopwatch. Handiger is de Glyph Mirror-functie, waarmee je selfies kunt maken met de primaire (50 MP) hoofdcamera van de Phone (3). Gewoonlijk moet je bij selfies met de hoofdcamera gokken of je goed in beeld bent, maar deze ‘spiegel’ maakt dat net iets eenvoudiger. Veel meer dan je positie in het kader kun je er overigens niet uit opmaken: het scherm toont alleen zwart-witbeelden en dan nog in de vorm van ‘stipjes’.

Nothing Phone (3) Glyph Matrix

Je zou kunnen stellen dat de Glyph Matrix meer functies biedt dan de oude Glyph Interface, en dat klopt. Maar ook waar is dat de oude vorm juist eenvoudiger en daardoor soms effectiever was. De ledstrips droegen bovendien bij aan het unieke uiterlijk van Nothing-telefoons. Niet dat de Phone (3) er nu uitziet als een dertien-in-een-dozijnmodel, maar het merk levert wel in op een van de elementen die zijn voorganger geliefd maakten. Of het nieuwe ontwerp je net zo aanspreekt als dat van de Phone (2), blijft een persoonlijke kwestie. De transparante behuizing is in elk geval behouden, evenals de kenmerkende Nothing-designtaal.

De bovenste helft van de achterkant oogt in dat opzicht wat rommelig, met links de camera’s en rechtsboven het Glyph Matrix-scherm. Het lijkt alsof twee teams verantwoordelijk waren voor het ontwerp, maar elkaar niet mochten spreken. Dat gevoel verdwijnt zodra je de Phone (3) vasthoudt: het metalen frame is aan zowel de voor- als achterkant licht afgerond en ligt prettig in de hand. Zonder hoesje is het toestel wel relatief glad, waardoor het al meerdere keren van onze bank is gegleden. Gelukkig levert Nothing een hoesje mee dat voor meer grip zorgt, al is het zo’n transparant exemplaar dat na enkele weken gebruik al geel kan worden. Tot slot is het goed te vermelden dat het toestel een IP68-classificatie heeft voor stof- en waterbestendigheid. Je kan het dus zonder zorgen meenemen naar het strand of laten vallen in een plas zoet water.

Oledscherm

Wat de Phone (3) voor sommige gebruikers minder aantrekkelijk zal maken, is z’n toch wel forse formaat. Het oledscherm meet 6,67 inch en is daarmee aan de grote kant. Over dat scherm gesproken: Nothing belooft een piekhelderheid van 4.500 nits en een adaptieve verversingssnelheid van 120 Hz. Dat zijn specificaties die we vaker op high-end telefoons zien, al is de praktijk iets minder overtuigend. De 120Hz-verversing is weliswaar adaptief, maar niet in de zin dat het scherm variabel van 1 tot 120 Hz kan schakelen. Het Britse merk koos voor een goedkoper LTPS-oledpaneel in plaats van een LTPO-oledscherm, zoals we ze op veel high-end modellen zien. De adaptieve verversing gebeurt dus via software, waardoor de batterijbesparing minimaal is.

Desondanks oogt het scherm altijd vloeiend dankzij de 120Hz-verversing. Ook is de helderheid in de praktijk ruim voldoende om content probleemloos af te lezen, zelfs in de Belgische zomerzon. De kleurweergave is eveneens prima: zelfs onder een schuine kijkhoek zien de kleuren er goed uit, al zijn ze standaard iets verzadigd. Onder de Display-instellingen (Colours) in Android kan dit naar wens worden aangepast, zoals bij de meeste Android-toestellen. Handig voor ’s avonds is dat het scherm ver terug te dimmen is.

In het scherm bevindt zich natuurlijk ook nog de vingerafdrukscanner. Nothing kiest opnieuw voor een optische scanner, die meestal snel en probleemloos werkt. In deze prijsklasse hadden we echter een ultrasone scanner verwacht, zoals Samsung al jaren toepast in de Galaxy S-serie en zoals ook OnePlus dit jaar heeft overgenomen. Zulke scanners zijn merkbaar sneller, betrouwbaarder, veiliger én geven geen licht af, wat prettig is bij het ontgrendelen in een donkere slaapkamer.

Prestaties en batterijduur

Net als bij het oledscherm heeft Nothing ook op de processor bespaard. In tegenstelling tot veel high-end telefoons zit er in de Nothing Phone (3) geen Snapdragon 8 Elite, maar Qualcomms goedkopere 8s Gen 4-chipset. Diezelfde processor vinden we ook terug in de Poco F7 van Xiaomi, een toestel van nog geen 450 euro. Je krijgt bij de Phone (3) standaard 12 GB RAM, maar dat geldt ook voor de Poco. Enigszins teleurstellend dus. Of je daar in de praktijk iets van merkt, hangt sterk af van hoe je de Phone (3) gebruikt.

Nothing Phone (3) kleuren

Voor alledaagse taken zoals e-mail, sociale media, webbrowsen en fotografie is de Snapdragon 8s Gen 4 meer dan snel genoeg. Pas bij zwaardere toepassingen zoals gaming kan duidelijk worden dat deze chipset trager is dan de 8 Elite. Belangrijker nog: op de langere termijn zal de 8s Gen 4 waarschijnlijk sneller verouderen. Apps worden immers steeds veeleisender, en de Elite is daar beter op voorbereid. Bovendien beschikt de Elite over een ingebouwde NPU voor het lokaal draaien van AI-modellen, iets wat ontbreekt bij de 8s Gen 4. Momenteel maakt dit weinig verschil, lokale AI-functies zijn er (nog) niet op de Phone (3), maar het betekent ook dat dit ook in de toekomst niet mogelijk zal zijn.

Het voelt wat wrang om de Phone (3) af te rekenen op zijn prestaties, want op dit moment voelt het toestel net zo vlot aan als onze Galaxy S25+ met de Snapdragon 8 Elite. De vraag is alleen hoelang dat zo blijft. Feit is dat de 8s Gen 4 onder de streep de tragere chip is. Ook voor de Phone (2) koos Nothing al voor een minder snelle processor, maar toen was dat nog te verklaren door het lagere prijskaartje. Ditmaal ligt de prijs echter zo hoog dat de fabrikant zich daar niet meer achter kan verschuilen.

We hadden nog gehoopt dat de minder krachtige chipset een positief effect zou hebben op de batterijduur, maar dat blijft uit. Die is zelfs minder indrukwekkend dan je zou verwachten van een accu van 5.150 mAh. Ja, het toestel haalt het einde van de dag, maar moet dan wel meteen aan de lader. De Galaxy S25+ gaat duidelijk langer mee, en hetzelfde geldt voor vrijwel alle andere high-end toestellen van 2025 in deze prijsklasse – sommige zelfs met een kleinere batterij. Snel opladen is mogelijk, mits je beschikt over een 65W-oplader. Die wordt helaas niet meegeleverd, waardoor we dit niet hebben kunnen testen. Verder ondersteunt het toestel draadloos opladen tot 15 watt, maar Qi2 ontbreekt.

Camerasysteem

Van het camerasysteem van de Nothing Phone (3) moet je ook niet extreem veel verwachten. Op papier oogt het indrukwekkend: een 50MP-hoofdcamera, een 50MP-groothoekcamera en een 50MP-zoomcamera (periscoop, 3x optische zoom). In de praktijk vallen de resultaten echter wisselvalliger uit dan de specificaties doen vermoeden.

Eerst de 50MP-hoofdcamera. Die maakt in veel gevallen scherpe foto’s met voldoende contrast en een nette kleurweergave. Toch zijn er te vaak uitzonderingen: regelmatig kregen we overbelichte of onscherpe beelden. Opvallend is dat de camerasoftware schaduwen vaak extra oplicht. Dat kan meer details naar voren brengen, maar oogt soms minder natuurlijk. Of dat storend is, blijft overigens meer een kwestie van smaak.

Nothing Phone (3) design

De groothoekcamera laat een vergelijkbaar beeld zien. Soms zijn foto’s prima, maar regelmatig raken ze overbelicht of onscherp. Verwacht geen extreme scherpte: vooral objecten aan de randen of op grotere afstand missen detail. Een groothoekfoto van een gebouw kan daardoor tegenvallen, en in natuuropnames lopen bladeren al snel in elkaar over. Dit probleem is niet uniek voor Nothing, maar in vergelijking oogt de groothoek van de Galaxy S25-serie wel scherper en natuurlijker.

Op zoomgebied draait de vergelijking zich om. Hier presteert de Phone (3) duidelijk beter dan Samsungs vlaggenschip. Hoewel beide toestellen driemaal optische zoom bieden, levert de periscoopmodule van Nothing merkbaar scherpere beelden op, mede dankzij de 50MP-sensor. Foto’s bevatten meer detail en bij avondopnames worden pixels samengevoegd tot scherpere beelden met natuurgetrouwere kleuren. De Galaxy S25 heeft ’s avonds de neiging kleuren te verzadigen. De scherpte van de Nothing valt vooral op bij tekst: die is vaak goed leesbaar, terwijl het bij Samsung eerder een twijfelgeval is.

Software en Essentials-knop

De software van de Phone (3) is grotendeels gelijk aan die van eerdere Nothing-toestellen. De interface oogt verfijnd en rustig, maar is soms misschien ook wat té eenvoudig. Zo is er in de camera-app wel een expertmodus aanwezig, maar die is beperkt in mogelijkheden; een histogram ontbreekt bijvoorbeeld. Ook voor de Glyph Matrix zijn er geen uitgebreide instellingen beschikbaar. Bovendien blijft het opmerkelijk dat Nothing geen optie biedt om de AI-knop een andere functie te geven. Deze zogeheten ‘Essential Key’ opent standaard de Essentials Space, maar wie de knop liever voor iets anders wil gebruiken, heeft pech. Tijdens de testperiode viel de plaatsing bovendien op: hij zit vlak onder de aan/uit-knop, waardoor we hem geregeld per ongeluk indrukten.

Los van deze kritiekpunten heeft Nothing een prima Android-schil ontwikkeld die soepel en responsief aanvoelt. Leuke accenten zijn de Nothing-widgets en de eigen apps van de fabrikant, die samen een opvallend consistente vormgeving bieden. Minder sterk is de Android-ondersteuning vergeleken met merken als Samsung en Google. Nothing belooft vijf jaar Android-updates en zeven jaar beveiligingspatches. Dat is een forse stap vooruit ten opzichte van eerdere Nothing-modellen, maar het blijft achter bij de absolute koplopers.

Eindoordeel

Nothing presenteert de Phone (3) als een vlaggenschip, maar in de praktijk is het vooral een te dure middenklasser. De specificaties liggen op veel punten in lijn met toestellen die minder dan 500 euro kosten. De software-ondersteuning is wel meer vergelijkbaar met die van echte vlaggenschipmodellen, maar dat rechtvaardigt de hoge prijs niet. Een prijs van rond de 599 euro, vergelijkbaar met de Phone (2), zou in dat opzicht realistischer zijn. We kunnen dan ook niet anders concluderen dan dat het Nothing met de Phone (3) niet is gelukt om een volwaardig vlaggenschip te lanceren. Misschien dat het met de Phone (4) wél lukt?

mobielNothingnothing phone (3)

Gerelateerde artikelen

Volg ons

Bekijk de huidige aanbiedingen bij Coolblue

Bekijk de huidige aanbiedingen bij Coolblue

👉 Bekijk alle deals