Het eerste sms’je werd 25 jaar geleden verstuurd
De kalender gaf 3 december 1992 aan toen de ingenieur Neil Papworth het allereerste ‘short message service’-berichtje stuurde van zijn computer naar een gsm. Het berichtje was bestemd aan de toenmalige directeur van Vodafone, Richard Jarvis, die op een kerstfeestje werd begroet met de warme boodschap ‘Merry Christmas’. Deze kerstwens bleek het startschot voor een razend populair communicatiemiddel, die pas sinds enkele jaren zijn pluimen verliest aan chatdiensten zoals WhatsApp en Telegram.
Het zou wel nog even duren vooraleer de sms de wereld veroverde. Niet iedereen was overtuigd dat een berichtje van 160 tekens, getypt op een ontoegankelijk klaviertje, populair zou worden. In 1995 werden er amper 0,4 berichten per maand per gsm verzonden, maar in 2010 steeg dat aantal naar 193.000 berichten per seconde. De sms bleek een eenvoudig en betrouwbaar middel om mee te communiceren, in tegenstelling tot het telefoongesprek dat niet in elke context gewenst is.
LOL!
Naarmate meer mobiele telefoons over de toonbank gingen, werden er meer tekstberichtjes verstuurd. De sms werd zo populair dat het een sterke invloed had op ons taalgebruik. Afkortingen en acroniemen zoals ‘hvj’ (ik hou van je), ‘ajb’ (alsjeblieft) en ‘wtf’ (what the fuck) deden de ronde. In 2011 voegde de Oxford Dictionary het acroniem ‘lol’ (laughing out loud) zelfs toe aan zijn woordenboek. Hoewel de technologie vandaag sterk beperkt is, is de dienst nog altijd niet op pensioen. Telecomproviders proberen nog steeds klanten te versieren met een hoog aantal sms’en in een abonnement.
In 2011 kwamen er kapers op de kust. Het bericht met 160 tekens is vandaag bijna volledig voorbijgestreefd door chatdiensten zoals WhatsApp, Telegram en Facebook Messenger. Een berichtje naar het buitenland versturen bleek goedkoper met één van deze apps. Bovendien maken deze diensten het mogelijk om je berichtjes op te leuken met foto’s, emoji’s, gif’jes en andere cosmetische speeltjes.
Is de sms stervende?
Dat betekent niet dat de sms vandaag helemaal verdreven is. Volgens de cijfers van het BIPT stuurde de Belg in 2016 nog 155 sms’jes per maand. Niet iedereen heeft al een app geïnstalleerd (of is in het bezit van een smartphone) en soms is een berichtje via WhatsApp gewoon te informeel. Bovendien kan je altijd terugvallen op een klassieke sms wanneer de dataverbinding stokt. Ook is er een zakelijk nut voor de berichtjes: zo gebruiken postbedrijven sms’jes om updates te versturen over de bezorging van een pakketje. Ook sturen websites en onlinediensten authenticatie-sms’jes met een code om in te loggen, ook al blijkt dit niet erg veilig te zijn.
[related_article id=”218704″]Zijn tegenhanger, de ‘multimedia messaging service’ of mms, kon nooit hoge toppen scheren. Een dergelijk multimediaberichtje (die je kon verrijken met audio, video of foto’s) kon nooit aan de populariteit van zijn oudere broer tippen en blijkt vandaag overbodig door WhatsApp en consorten.
Zeg binnenkort niet SMS, maar UP
Ondertussen werkt de koepelorganisatie GSM Association aan de opvolger van de SMS, die de naam Universal Profile draagt. Hiermee moet het mogelijk worden om te chatten, bestanden door te sturen en locaties te delen. Wanneer de dienst geïntroduceerd zal worden, is nog niet duidelijk. Bovendien is het afwachten geblazen of mensen zullen overstappen van hun trouwe chatapplicatie.