Nvidia kijkt neer op hardware PlayStation 4
Nvidia is niet onder de indruk van Sony’s PlayStation 4. De chipfabrikant vergelijkt de spelconsole met een low-end tot mid-range gaming pc en noemt het geen echt next-generation toestel.
Tony Tamasi, SVP voor content en development bij Nvidia, zei tegen TechRadar dat de specificaties van de PlayStation 4 – die werd gebouwd rond de processor en grafische technologie van Nvidia’s rivaal AMD – veel te wensen over laat.
[related_article id=”160734″]
“In vergelijking met gaming pc’s, liggen de specificaties van de PS4 in de buurt van een low-end CPU en een low-end tot mid-range GPU,” zei Tamasi.
“Wanneer de PS4 uitkomt in december, zoals Sony heeft aangegeven, zal hij maar ongeveer half zo krachtig zijn als de GTX 680 GPU, die anderhalf jaar eerder in maart 2012 werd gelanceerd.”
Er zijn een aantal interessante zaken op te merken en vragen te stellen over Nvidia’s luidruchtigheid rond de PlayStation 4.
- Nvidia heeft het gemunt op de PS4. Het is niet duidelijk of het bedrijf zich bedreigd voelt door de console of écht denkt dat het een slechte koop is, maar het blijft een vreemd gedrag.
- Zal Nvidia de next-generation Xbox op dezelfde manier aanvallen als haar hardware niet in de doos aanwezig is? Nvidia hangt sterk af van Microsoft, dus de chipfabrikant zal de kritiek dan misschien toch voor zich houden.
- Nvidia heeft het contract voor de PS4 verloren van AMD, naar verluidt omwille van de prijs. Wou Nvidia een betere, maar duurdere, console bouwen?
- Had Nvidia echt ambitie om in de PS4 te zitten, of was het bedrijf meer geïnteresseerd in het voortzetten van de eigen Project Shield-console?
- Te weten dat de relevantie van GPU’s gedaald is tijdens de afgelopen jaren, denk ik niet dat de consumenten er nog veel om geven op welke hardware hun console draait.
- Nvidia probeert consumenten bezorgd te maken over de levensduur van de PS4, hoewel de huidige generatie consoles het erg lang heeft volgehouden, langer dan een pc dat zou kunnen.
- Nvidia legt de nadruk op de GPU’s in de pc, maar de beweging van de consument naar mobiele toestellen moet verontrustend zijn. Is het bedrijf zich aan het voorbereiden op de onvermijdelijke verschuiving naar het “post-pc tijdperk”?
