Apple ontkent betrokkenheid bij Prism in open brief
De onderneming uit Cupertino heeft naar eigen zeggen de Amerikaanse overheid toestemming gevraagd om meer helderheid te geven over zijn contacten met veligheidsdiensten. Apple claimt dat het van 1 december 2012 tot 31 mei 2013 tussen de vier- en vijfduizend verzoeken binnen kreeg, die informatie vroegen over pakweg negen- tot tienduizend Apple-toestellen.
“We hoorden voor het eerst over het ‘Prism’-programma van de overheid toen nieuwsorganisaties ons erover vroegen op 6 juni”, stelt het bedrijf. En vervolgt: “We bieden geen enkele overheidsdienst directe toegang tot onze servers en elke overheidsdienst die materiaal van klanten wil opvragen, moet eerst een verzoekschrift bij de rechtbank halen.”
Volgens Apple wordt elk informatieverzoek handmatig gecontroleerd door zijn advocaten en kwam het merendeel van de aanvragen van politiediensten die strafzaken of vermissingen onderzochten. Het bedrijf voegt toe dat het alleen de hoogstnoodzakelijke informatie doorgeeft en in sommige gevallen niet eens in staat is om sommige correspondentie door te spelen.
Gesprekken iMessage, Facetime versleuteld
“Gesprekken die plaatsvinden via iMessage en Facetime zijn beschermd met ‘end-to-end’ encryptie, waardoor niemand, afgezien van zender en ontvanger, ze kan lezen. Apple kan die data niet ontsluiten”, verklaart het. De producent verklaart tenslotte dat het geen geolocatie, Siri-zoekopdrachten of opvragingen bij zijn kaartendienst opslaat (en die dus ook niet kan doorsturen).
[related_article id=”158256″]
Met de mededeling op zijn site maakt Apple onderdeel uit van een groeiend aantal bedrijven dat de Amerikaanse overheid toestemming vraagt meer openheid te geven richting gebruikers. Facebook en Microsoft publiceerden vorige week hoeveel verzoeken zijzelf hadden binnengekregen.