Pestkoppen vinden cyberpesten normaal
Klasgenoten pesten via het net of met de smartphone hoort er volgens Vlaamse jongeren tussen de 10 en de 17 jaar bij. Dat wijst onderzoek van de Universiteit Antwerpen, waarbij onderzoekster Sara Pabian 2.000 jongeren twee jaar lang opvolgde, uit. Pabian peilde de mening van studenten in 23 verschillende Vlaamse scholen en kwam tot de conclusie dat pesters er van overtuigd zijn dat hun vrienden en klasgenoten cyberpesten goedkeuren. Sterker nog: jongeren gaven aan dat er soms zelfs van hen verwacht wordt dat ze cyberpesten.
Mensenkennis
Cyberpestkoppen zijn jongeren met in de regel een gezonde dosis mensenkennis. Dat meldt De Standaard op gezag van het onderzoek. Wie zich aan de digitale vorm van pesten waagt is goed in het inschatten van wat het doelwit denkt, doet en voelt. Daders van het pestgedrag zijn volgens Pabian vlot in de omgang met andere jongeren, terwijl slachtoffers dat meestal niet zijn. Met leerkrachten hebben deze pesters van het digitale millennium dan weer veelal een slechte relatie. Volgens het onderzoek gaat Cyberpesten vaak hand in hand met andere vormen van probleemgedrag.
Het probleem blijft wijdverspreid: Eén leerling op tien gaf volgens het onderzoek aan onlangs het slachtoffer te zijn geweest van cyberpesten. Het laatste jaar lager onderwijs lijkt het populairst voor dergelijk pestgedrag, met een afname van de praktijk naarmate de leerlingen ouder worden. Dat is ergens opvallend: technisch gezien mogen kinderen van 11 a 12 jaar geen profiel op een sociaal netwerk hebben en ook met een smartphone kunnen ze nog niet zo veel aanvangen. De grens van 14 jaar voor lidmaatschap van bijvoorbeeld Facebook lijkt in dat opzicht goed gekozen. Zes procent van de jongeren gaf toe andere mensen online of via de telefoon te pesten, maar mogelijks ligt dit cijfer hoger.
Het onderzoek toont aan dat verdere sensibilisering van jongeren noodzakelijk is. De jaarlijkse week tegen pesten draagt daar zeker aan bij. ZDNet kon vorig jaar al vaststellen dat kinderen zich wel degelijk bewust zijn van de gevolgen van cyberpesten. Ze beseffen dat traditioneel pesten op de speelplaats ophoudt wanneer de schoolbel gaat, maar cyberpesten de klok rond blijft voortduren. Dat traditioneel pesten met 15 procent van de ondervraagden als slachtoffer volgens het onderzoek nog steeds populairder is, is in dat opzicht slechts een magere troost.