Mogelijk buitenaards leven blijkt excentrieke kometenzwerm te zijn
Een maand geleden ontstond oproer onder ruimtewetenschappers: observaties van een ster wezen op één van de sterkste vermoedens van buitenaards leven in tijden. Die waarnemingen blijken nu naar alle waarschijnlijkheid niet het gevolg van de bedrijvigheid van buitenaardse maatschappijen, maar eerder een combinatie van toeval en een excentrieke kometenzwerm.
Telescoop Kepler pikte rare lichtsignalen op van KIC 8462852, wat sommigen ertoe aanzette om de theorie van Freeman Dyson boven te halen. Dyson theoretiseerde over de behoeftes van geavanceerde buitenaardse beschavingen, waarvan hij dacht dat die waarschijnlijk hun energie zouden moeten onttrekken aan sterren via grote ruimtestructuren. Die megastructuren, Dyson spheres gedoopt, zouden het lichtpatroon dat we normaal waarnemen van sterren in de war schoppen: iets zoals wat wetenschappers dus hadden vastgesteld bij KIC 8462852.[related_article id=”160903″]
Een studie die gepubliceerd zal worden in het tijdschrift Astrophysical Journal Letters legt de verklaring van de rare lichtsignalen echter bij een iets beter geboekstaafd fenomeen: kometen. De kometentheorie was onder wetenschappers al de voornaamste theorie die de waarnemingen verklaarde, ondanks de astronomisch kleine kans ervan, maar er is nu extra bewijs voor verzameld via de Spitzer ruimtetelescoop.
Met behulp van infrarood speurden de onderzoekers naar aanwijzingen van warmte rond de ster, wat zou kunnen wijzen op bijvoorbeeld asteroides die op elkaar botsten of snorrende megastructuren, die warm stof of puin zouden uitstoten. Die tekenen pikten ze niet op, waardoor de theorie van koude kometen die in een atypische baan rond de ster draaien nog meer op de voorgrond komt als verklaring. Om het rare lichtpatroon aannemelijk te maken, zou dan een grote komeet aan de kop van de zwerm juist gepasseerd zijn en het licht gedempt hebben toen Kepler in 2011 de ster waarnam. De onderzoekers van de studie stelden echter dat voor een echte bevestiging nog meer onderzoek nodig is.
