MIT wilt in de toekomst robots besturen met je handen en hersenen
Robots worden elke dag een beetje slimmer, mede dankzij de snelle groei van AI (artificiële intelligentie) en Machine Learning. Onderzoeksbureau MIT ziet daarbij voor ons in de toekomst een nieuwe toepassing, het besturen van een robot met het gebruik van signalen uit je hersenen en handgebaren. Daarmee komt deels een einde aan een van de grote nadelen van een robot, de ‘onmenselijke’ interactie.
ErrPS
In het brein gaan er, zonder dat wij dit zelf opmerken, duizenden processen rond. Een van deze processen is de ErrPs. Oftewel, Error related Potentials. Het proces ontstaat zodra een mens een fout ziet ontstaan, in dit geval van een robot. Met een harnas welke de gebruiker draagt wordt dit proces herkent, vervolgens zal de robot tot stilstand komen. Daarbij krijgt de gebruiker dan de mogelijkheid om de fout van de robot te herstellen door hem in de juiste positie te brengen. Dit laatste gebeurd niet handmatig, maar met handgebaren.
In een filmpje welke verscheen over deze nieuwe uitvinding gebruikte het MIT een robot genaamd ‘Baxter’. Deze robot is afkomstig van Rethink Robotics, en is in samenwerking met het MIT zo ontwikkeld om met de technologie om te kunnen gaan. Met succes, want het aantal fouten is drastisch gedaald. Waar de robot voorheen slechts 70% van alle acties juist uitvoerde, kwam dit met menselijke invloed uit op ongeveer 97%.
Wat belangrijk is om te vermelden is dat de robot zich direct aan jou aanpast. Waar technieken voorheen tijd nodig had om de ‘gebruiker’ te leren kennen, is dat nu niet meer van belang. Tevens verloopt communiceren met de robot meer menselijk. Voorheen waren er bepaalde manieren waarop je met de robot moest communiceren om het contact goed te laten verlopen, dat is nu niet meer het geval.
Toekomst
Deze techniek mag dan misschien geen toepassing vinden in de industrieën, maar er zijn wel veel andere toepassingen. Ouderen zouden bijvoorbeeld gemakkelijker met zo’n robot om kunnen gaan, deels omdat deze nu ook makkelijker te corrigeren is. Daarnaast is het communiceren voor de oudere ook gemakkelijker te begrijpen, er hoeft weinig nieuws voor geleerd te worden.