Everyware

Ooit zal de computer het volledige leven koloniseren als een onstuitbare sprinkhanenplaag van nullen en enen. Adam Greenfield bedacht er de sprankelende term everyware voor.

In het legendarische onderzoekscentrum van Xerox, het Palo Alto Research Centre (PARC), werd in de jaren zeventig van de vorige eeuw een groot aantal belangrijke computeruitvindingen gedaan. De bekendste zijn de laser printer, Ethernet, de Graphical User Interface en last but not least: het workstation. Het is genoegzaam bekend dat Xerox zelf nauwelijks commerciële munt kon slaan uit al die wetenschappelijke bravoure. Minder bekend is dat Mark Weiser er in 1988 het zogenaamde Ubiquitous Computing (UC) heeft bedacht. In de parade van computer buzzwords wordt UC door velen, niet enkel Weiser zelf, beschouwd als het derde computerparadigma; na respectievelijk het tijdperk van de mainframe computer (het eerste paradigma) en dat van de personal computer (het tweede paradigma).

UBIQUITOUS COMPUTING
Ubiquitous Computing betekent volgens de Microsoft Computer Dictionary dat computers ten langen leste zodanig verstrengeld (embedded) zullen raken met ons dagdagelijkse leven dat ze bij wijze van spreken als vanzelf onzichtbaar worden. In de oorspronkelijke woorden van Weiser gaat het om ‘a computing that does not live on a personal device of any sort, but is in the woodwork everywhere.’ Met andere woorden: het gaat wel degelijk om computertechnologie, maar niet zozeer ‘in every place’, dan wel ‘in every thing’. Voor de goede orde: UC, waarvoor nu de betere term everyware is bedacht, wordt soms ook wearable computing genoemd, of nog: augmented reality , locative media, near-field communication, en zelfs body area network.

WIJSHEID
Maar waar haalt Greenfield de wijsheid vandaan dat de door hem tot everyware omgedoopte UC enige kans van slagen heeft? Weiser heeft zijn voorspelling tenslotte al in 1988 gedaan. Wat hebben we daar tot nu toe al van gezien? Greenfield wijst erop dat het onderwerp leeft bij een aantal van de meest vooraanstaande onderzoekslaboratoria en bedrijven van dit moment. Universiteiten van het kaliber MIT, Berkely of Stanford bij voorbeeld, en bedrijven zoals Intel, Philips, Samsung, LG en NTT DoCoMo. Greenfield blijkt bovendien zeer goed op de hoogte te zijn van wat daar allemaal bekokstoofd wordt. In zijn visie kan everyware niet anders dan doorbreken omdat net iets teveel toonaangevende partners net iets teveel geld investeren in de wegbereidingen ervan.

LOW LEVEL
Bovendien: low level UC bestaat al! Voorbeelden ervan zijn de computeronderdelen in magnetrons, in DVD-spelers, de autonavigatiesystemen, diverse set-top boxen en natuurlijk de mobiele telefoon, smart of niet smart. Ook de RFID-tag mag in dit verband niet ongenoemd blijven. Kortom, de voorwaarden voor deze zeer aanzienlijke nieuwe groeispurt in de computerrevolutie zijn volop aanwezig. Greenfield heeft de ambitie willen waarmaken om als seismograaf van dit fenomeen op te treden. Dat is hem ook zeer goed gelukt. Everyware is een zeer aanstekelijk boek geworden. Het is geschikt voor iedereen die grip wil krijgen op de grote tournure die ons in deze wereld inzake computertechnologie te wachten staat.

Adam Greenfield, Everyware, the dawning age of ubiquitous computing, Uitgeverij New Riders, 267 pagina’s, ISBN 0 321 38401 6, €27,89