Overheid kan niet zonder Web 2.0
E-government in België moet dringend een antwoord vinden op de on demand eisen van de nieuwe generatie internetgebruikers. Dat stelde Peter Hinssen, topman van het software dienstenbedrijf Porthus, tijdens zijn keynote speech op het e-government congres in Brussel. Hinssen riep in een adem op tot de oprichting van een e-gov-denktank.
De jeugd van tegenwoordig is niet gediend met het huidige e-gov-aanbod, stelde Hinssen onverbloemd. ‘Jazeker, ons land doet het ten opzichte van de buitenwereld lang niet slecht, maar dan louter vanuit een Web 1.0-mentaliteit.’ Een aanpak die volgens de Porthus voorzitter de dienstverlening vergat centraal te zetten. ‘Vergelijk het met de beginjaren van de mobiele telefonie’, gaat Hinssen verder, ‘de dekking was dan wel gegarandeerd, maar de kwaliteit liet te wensen over.’ En die kwaliteit, aldus Hinssen, laat zich vandaag best vertalen volgens het Web 2.0-model.
Wake-up call
Het Web 2.0 is de hype al lang ontgroeid, pareert Hinssen de vaak gehoorde kritiek als zou het om een nieuwe zeepbel gaan. Daarbij fungeert Google als lichtend voorbeeld: ‘Opnieuw staat niet de software, maar wel de dienst centraal.’ De nieuwe generatie internetgebruikers wil daarom ook dat de overheid op die manier opereert, aldus Hinssen. ‘Een veertienjarige wil geen dagen wachten op een e-mail-antwoord, maar wil onmiddellijk kunnen chatten met een ambtenaar. In die zin is de 2.0-klant veel veeleisender.’ Het is, volgens Hinssen, daarom cruciaal dat de overheid naast een consistente aanpak over alle communicatiekanalen heen, ook de back en front end naadloos weet te integreren.
B2Gov
Hinssen verwacht dan ook dat de elektronische uitwisseling van gegevens tussen bedrijven en overheden aanzienlijk zal stijgen. ‘Vandaag gebeurt nog 70 procent van de B2B manueel en slechts 30 procent puur elektronisch. In de toekomst keert die verhouding ongetwijfeld om.’ Ook Frank Robben, chef van de Kruispuntbank voor de Sociale Zekerheid en een van de grondleggers van het Belgische e-government, ziet een grote toename van B2B: ‘In de toekomst moeten we nog meer werken met service integratoren die niet noodzakelijk overheidsinstellingen zijn. Tussenpersonen die geïntegreerde diensten kunnen leveren over de verschillende overheidsdomeinen heen.’
Procesdenken
Volgens Robben – zelf ambtenaar – heeft de ambtenarij vandaag echter nog te veel de neiging om te denken in termen van bevoegdheden en te weinig in termen van de toegevoegde waarde voor de eindgebruiker. ‘Nog belangrijker dan het Web 2.0-verhaal is dan ook de politieke wil en de wil van de top van de administraties om dat denken te laten primeren. En af en toe ook eens het denken in functie van de eigen bevoegdheid achterwege te laten.’ Volgens Robben is dat vandaag dan ook de grootste uitdaging voor het e-government in België.
In die zin lijkt het alvast veelbelovend dat tijdens het congres de verschillende ministers van e-government in ons land een resolutie ondertekenden ter uitvoering van een geïntegreerd e-government. Een van de punten waaronder de ministers hun schouders beloofden te zetten is het gezamenlijk opstellen van gemeenschappelijke functionele specificaties voor de nog te ontwikkelen ‘public e-procurement componenten’ (elektronisch aankoopsysteem) en te onderzoeken in hoeverre de door de federale overheid ontwikkelde componenten ook door de andere gemeenschappen en gewesten zouden kunnen worden gebruikt.
