'Phenix project kent geen impasse'
Het Phenix systeem, dat de dertien verschillende informaticasystemen van Justitie moet omvormen tot een geïntegreerd geheel, is wel degelijk testwaardig. Dat laat Yvan Verougstraete, voorzitter van het Hof van Cassatie, weten in een reactie op de rampberichten die CD&V-kamerlid en voormalig minister van Justitie Tony Van Parys dinsdag de wereld instuurde. Zo zouden de applicaties voor politieparketten, politierechtbanken en collectieve schuldenregeling effectief worden uitgetest. Unisys België zegt, via een persmededeling, te betreuren dat zijn expertise en jarenlange inzet van zijn medewerkers in twijfel wordt getrokken.
Yvan Verougstraete, zowat de aartsvader van het Phenix project, erkent dat ook de vernieuwde planning werd bijgestuurd (zie ook IT Professional nr. 6). Na de publieke bevestiging, in 2005, dat de test van het Phenix programma bij de politierechtbank in Turnhout in de soep draaide, besloten het beheerscomité en de firma Unisys, die de overheidsopdracht binnenhaalde, om de planning te vernieuwen. Toch is er volgens Verougstraete ook nu nog geen man over boord: “We willen gewoon zeker spelen. Wij nemen geen genoegen met een applicatie die alleen goed zou werken in kunstmatige omstandigheden. Als goede huisvader gaan wij niet over één nacht ijs en noch de FOD Justitie, noch de leden van de Rechterlijke Orde wensen risico’s te nemen.” Volgens Verougstraete is die vertraging voor een deel te wijten aan de moeilijkheid om de volledige werking van het gerechtelijk apparaat in kaart te brengen: “Nog elke dag ontdekken we bijkomende aspecten waaraan onvoldoende aandacht was besteed”, klinkt het. Zolang die onzekerheid blijft, wil Verougstraete het Phenix systeem niet laten proefdraaien in de parketten en de rechtbanken. Wel wijst de voorzitter van het Hof van Cassatie er op dat lang niet alle facetten van het project vertraging opliepen, zoals de infrastructuur, de ontwikkeling van de database van rechterlijke beslissingen of de wetgevende aspecten. “Maar om in productie te gaan moet uiteraard alles klaar zijn.”
Parlementaire onderzoekscommissie
Het voorstel van oud-minister van Justitie Tony Van Parys, om via een parlementaire onderzoekscommissie uit te zoeken wat er precies misgelopen is bij het Phenix project, bekijkt Verougstraete met enige vebazing: “Het zou mij verwonderen dat het voorstel menens is. Parlementaire onderzoekscommissies hebben wettelijk niet tot doel de uitvoering van overheidsopdrachten te evalueren naar hun efficiëntie”, aldus Verougstraete, die eraan toevoegt dat het stuurcomité, op vraag van het parlement, al verscheidene keren verslag heeft uitgebracht over de vooruitgang van het project, “Wat we ook in de toekomst zullen blijven doen.”
De suggestie van Van Parys om ook via een externe audit het project door te lichten, wijst Verougstraete niet af. “Op voorwaarde natuurlijk dat wij hierdoor geen tijd verliezen, want alle energie gaat nu naar het in productie brengen en niet naar contractuele discussies.” Verougstraete vreest dat uit een audit zou blijken dat dit project niet overhaast mag gerealiseerd worden en dus meer tijd moet krijgen. “Dat zou de druk verminderen en dat wil ik niet.”
