Big Brother is overal

 

De bescherming van de persoonlijke identiteit en privacy is steeds moeilijker geworden. De overheid houdt graag een vinger aan de pols van onze communicatie. In onze digitale wereld heeft die controle inmiddels buitensporige proporties aangenomen.

Het Orwelliaanse schrikbeeld van de totalitaire overheid als alomtegenwoordig controleorganisme van de burger is probleemloos uitgegroeid tot Nederlands belangrijkste exportproduct op het vlak van televisie-entertainment.

‘Big Brother’ is de mediagenieke antiutopie waaraan vrijwillig wordt meegewerkt door tal van gretige would-be sterren die hun levenshoop hebben ingezet op hun vijftien minuten roem en wat prijzengeld. Dat zij intussen hun persoonlijke vrijheden en privacy prijsgeven ten voordele van de nieuwe tv-miljardairs zal hen een zorg wezen. Maar inmiddels geldt voor vrijwel de hele maatschappij dat zij zichzelf in de loop der jaren zonder veel tegenspartelen heeft onderworpen aan de strikte wetten van staatscontrole en aan de commerciële boekhouding van bonuskaart en airmiles. Big Brother is werkelijk overal!

In ‘Privacy on the Wire’ stellen de auteurs Whitfield Diffie en Susan Landau dat het knap lastig wordt om een maatschappelijk thema te vinden dat fundamenteler ingrijpt in onze hedendaagse geschiedenis dan de migratie van de menselijke communicatie van de puur fysieke, face-to-face contacten naar de virtuele wereld van de elektronische of digitale telecommunicatie.

‘Eén van de kritische vragen die door deze transformatie wordt opgeroepen, is welk effect een en ander heeft op onze privacy en veiligheid. De digitalisering van de wereld heeft de vanzelfsprekende privacy van de intermenselijke relaties gedegradeerd tot een zaak uit het verleden, terwijl tegelijkertijd een vorm van spionage mogelijk werd op een mondiaal niveau zoals we die nog nooit eerder hebben meegemaakt.’ Met andere woorden: als we niet uitkijken, dan zullen we nog meemaken dat onze technologieën ons opsolferen met een sociale orde die het individu onderwerpt aan de belangen van de instellingen die ze ontworpen hebben. Technologie dicteert de wetten!

De eerste editie van het boek ‘Privacy on the Wire’, verschenen in 1998, werd geschreven op een moment dat er een pittige politiek-ideologische discussie woedde over de vraag of burger en commerciële organisaties het recht hadden om hun eigen correspondentie te versleutelen om ze te beschermen tegen digitale luistervinken, dan wel of de overheid het alleenrecht had op cryptografie.

Het pleit is intussen beslecht: de overheid kan het alleenrecht op versleuteling niet claimen, maar maakt er wel massaal gebruik van, de burger vrijwel niet. Het zijn niet toevallig twee commercieel actieve cryptografen die dit boek geschreven hebben, al zijn het bepaald niet de eersten de besten. Whitfield Diffie geniet een ijzersterke reputatie als bedenker in 1975 van het concept van ‘public key cryptography’, een historisch belangrijke bijdrage aan zijn eigen onderzoeksgebied.

Diffie werkt nu als chief security officer bij Sun Microsystems. Ook zijn coauteur Susan Landau werkt voor Sun Microsystems, zij het als distinguished engineer. Hun boek mag inmiddels doorgaan voor een klassieker in het genre die vooral uitblinkt door helder taalgebruik en een verademende toegankelijkheid. Dat onderwerp, nationale veiligheid en privacy, persoonlijke vrijheid en cryptografie, wordt niet enkel vanuit een technisch oogpunt benaderd, maar ook op grond van de politiek gevoelige kwestie die ermee gepaard gaan. Een meesterwerk.

Whitfield Diffie & Susan Landau, Privacy on the Line, The Politics of Wiretapping and Encryption (Updated and Expanded Edition), 472 pagina’s, Uitgeverij MIT Press, ISBN (10) 0 262 04240 1 & ISBN (13) 978 0 262 04240 6, €24,98

itprofessionalnieuws

Gerelateerde artikelen

Volg ons

Bekijk de huidige aanbiedingen bij Coolblue

Bekijk de huidige aanbiedingen bij Coolblue

👉 Bekijk alle deals