Is G-cloud de toekomst voor de overheid?
De overheid wordt vandaag de dag geconfronteerd met verregaande besparingen voor zowel personeel als middelen. Tegelijk moet ze een publiek bedienen dat veeleisender en mondiger is geworden. De traditionele "top-down"-dienstverlening lijkt steeds minder geschikt om in de snelle digitale wereld aan de noden, eisen en vragen van iedereen te voldoen. G-cloud, een cloud specifiek voor overheidsdiensten, kan zowel burgers als de overheidsdiensten zelf heel wat voordelen opleveren.
Overheden krijgen met G-cloud de kans om een uniforme dienstverlening te bieden, wat tot nu toe altijd moeilijk bleek. De interne werking van verschillende diensten kan verschillen, maar de contactpunten met de burger kunnen dankzij de G-cloud veel beter gestroomlijnd worden. De overheidsdiensten kunnen zo flink wat geld besparen, terwijl burgers documenten veel sneller en eenvoudiger kunnen opvragen of inleveren.
Een goed voorbeeld van een werkende G-cloud is het iPool-systeem in Nederland: een grote informatiepoel die ingeschakeld wordt bij noodgevallen en rampscenario’s. Dankzij iPool kunnen stukjes nieuwe informatie ‘on the fly’ gedeeld worden tussen verschillende diensten. De succesvolle implementatie van dit systeem toont aan dat de G-cloud werkt én dat cloudsecurity mogelijk is.
Natuurlijk zijn er nog wel wat praktische hoofdbrekers: welke applicaties en diensten bestaan al binnen de organisatie? Hoe beveiligen we de data? Welke cloudservices moeten we gebruiken en op welk niveau? Hoe kunnen verschillende technologische platformen samenwerken?
De G-cloud is ongetwijfeld de toekomst, maar er is nog werk aan de winkel: zowel op technologisch vlak als om politici en ambtenaren te overtuigen van de meerwaarde van de cloud voor de overheid. Maar dat zal wel lukken. Uiteindelijk betekent G-cloud niets meer of minder dan de digitalisering van het officiële leven, wat ons allemaal een hele hoop papier en administratief werk zal besparen. En wie is daar nu tegen?