Tien vreselijke buzzwords en hun oorsprong
1. Cloud computing
Eric Schmidt, toenmalig CEO van Google, noemde in 2006 hun nieuwe businessmodel cloud computing. Het woord is echter een decennium ouder: in 1996 beschreven George Favaloro en Sean O’Sullivan een idee dat sterk op de moderne cloud geleek en gebruikten daarvoor dezelfde term.
2. Crowdsourcing
Van deze term weten we de etymologie exact: Jeff Howe lanceerde ze als de titel van een manifest dat hij in 2006 in Wired publiceerde. Er hoorde een hele marketingcampagne bij, inclusief een boek en een blog.
3. The Internet of Things
Kevin Ashton werkte in de late jaren 1990 voor Proctor & Gamble en stelde voor om RFID te gebruiken om de supplychain van het bedrijf op te volgen. Als titel van een presentatie over dit onderwerp gebruikte hij ‘Internet of Things’ omdat internet toen iets nieuws was. De term begon echter een heel eigen leven te leiden.
4. Bleeding edge
Vroeger had ‘bleeding edge’ nog een negatieve connotatie, als antoniem van ‘leading edge’. Het werd bijvoorbeeld gebruikt in een artikel in de New York Times van 1983 als beschrijving van een reeks falingen van harde schijven in een bank. Tegenwoordig beweert elk bedrijf echter bleeding edge technologie te gebruiken.
5. Phablet
Dan Warren, ondertussen directory of technology bij de GSM Association, vond de term phablet uit voor de apparaten die halfweg tussen een smartphone en tablet zitten. Jaren werd de term amper gebruikt, tot deze productcategorie plots populair werd.
6. Big data
John Mashey, de chief scientist van Silicon Graphics in de jaren 1990, gaf in de late jaren 1990 een reeks presentaties in Silicon Valley over de opkomende explosie van gegevens. De term ‘big data’ staat al op zijn eerste slide.
7. Eating your own dogfood
Acteur Lorne Greene stond erom bekend dat hij in reclame voor hondeneten van Alpo zei dat hij het zo goed vond dat hij het zijn eigen honden gaf. In 1988 stuurde Paul Maritz van Microsoft een e-mail aan de testmanager van LAN Manager met het onderwerp ‘Eating your own Dogfood’ om het team ertoe aan te sporen hun eigen software te gebruiken.
8. Hacktivism
Omega, een van de leden van de activistische hackergroepering The Cult of the Dead Cow, gebruikte de term ‘hacktivist’ voor het eerst in een e-mail aan de groep in 1996. In 1999 ontstond er een subgroep met de naam Hacktivismo.
9. Growth hacker
Deze term werd in 2010 met veel fanfare gelanceerd door Sean Ellis op zijn Software Marketing blog. Een growth hacker is iemand die heel hard — en vaak op onorthodoxe manieren — werkt om het aantal klanten of gebruikers van een dienst te doen toenemen. Eigenlijk is het gewoon marketing.
10. Disruptieve innovatie
Clayton Christensen beschreef de term ‘disruptieve innovatie’ in 1995 in een artikel en in 1997 in een boek. Ondertussen is het een leeg begrip geworden en houdt Christensen seminaries over hoe u alles disruptief kunt maken.
In samenwerking met InfoWorld.com.