De aantrekkingskracht van negen nullen
Tech start-ups met duizelingwekkende bedrijfswaarderingen: het is al lang geen unicum in Silicon Valley en daarbuiten. Investeerders en fondsen zijn meer dan ooit bereid om geld te pompen in startende bedrijven, in de hoop op het nieuwe Apple of Google te zitten. Die evolutie komt de oprichters echter niet altijd ten goede.
Mythisch
Start-ups die op meer dan 1 miljard dollar worden gewaardeerd, noemt men in het jargon ook wel “eenhoorns”. De eenhoorn is een mythisch dier, beroemd omdat het zo moeilijk te vangen was. In het domein van de tech start-ups vind je er echter meer en meer, maar er zit een addertje onder het gras.
Het is niet moeilijk om te begrijpen waarom startende bedrijven een zo hoog mogelijke bedrijfswaardering willen vergaren. Het helpt hen bij het aantrekken van toekomstige investeerders, partners en getalenteerde werknemers. Bovendien kunnen ze door hun directe investeerders hun beursgang grotendeels zelf bepalen en hoeven ze niet meteen winsten uit te keren voor aandeelhouders. Maar deze voordelen komen met een prijs.
Fabeltje
“Veel entrepreneurs zijn te gefocust op hun bedrijfswaardering,” zegt de Amerikaanse durfkapitalist Heidi Rozen. “Ze ruilen contractvoorwaarden in voor een hoog cijfer.” Rozen schetste op haar blog een ontluisterend voorbeeld van wat er kan gebeuren als zoiets fout loopt. Zo goed als alle eenhoorndeals bevatten clausules die de initiële investeerders beschermen tegen het verlies van de som die ze hebben ingelegd. Dat stelde een Amerikaans advocatenbureau vast dat 37 contracten van dergelijke overeenkomsten napluisde. In geval van een verkoop, krijgen die investeerders als eerste hun geld terug. Dit is zeker geen nieuwe praktijk, maar stelt de ondernemers wel bloot aan risico’s. Zij zouden wel eens met niets kunnen overblijven als hun bedrijf goedkoop van de hand wordt gedaan.
Het is een scenario dat bovendien niet zo abnormaal lijkt. Een start-up met een hoge bedrijfswaardering zal moeilijker een koper vinden, privé of met een beursgang, die zijn geschatte waarde wil betalen. Zeker als de toekomst van dat bedrijf onduidelijk is. Bovendien zien kenners momenteel in de sector zowel een daling in het aantal overnames als in het percentage eenhoornfirma’s die naar de beurs trekken. Veel van die eenhoorns zouden dus wel eens een fabeltje kunnen blijken.