Van centralisatie naar wildgroei: waar zit de logica?
Lijden bedrijven aan schizofrenie, of zijn er andere verklaringen? Wij vroegen het enkele ervaringsdeskundigen.
“Voor elk toestel dat je weghaalt in de back-end, komen er twee in de front-end bij”, zo verwoordt Tom Vallons, EUC Partner Business Developer voor VMware Benelux & Nordics de twee tegenstrijdige trends. Beide trends zijn natuurlijk al langer aan de gang. Nog voor Cisco in 2009 zijn unified computing technologie voorstelde, waarbij server, storage en netwerk in één enkele doos moesten belanden, was de weg naar minder servers – mede dankzij de virtualisatietechnologie van VMware al ingezet.
Meer met minder
Eerst werden de toestellen gecentraliseerd om nadien te worden geconsolideerd. Dit werd eenvoudiger gemaakt door een massale overschakeling naar hetzelfde type (meestal Intel) servers enerzijds en de toenemende doorbraak van virtualisatietechnologie anderzijds. Zo slaagde de IT-afdeling er vele jaren na elkaar in om meer te doen met minder. Zo vaak dat het haast een evidentie, ja zelfs een mantra werd.
Aan de client-zijde vond net de omgekeerde evolutie plaats. Gedreven door spannende nieuwe technologieën – smartphones, tablets, en recent ook draagbare ‘clients’ zoals smart watches en slimme brillen – in de consumentenmarkt wilden steeds meer werknemers ook deze technologie in hun professioneel leven kunnen gebruiken. Zo ontstond de trend van BYOD (bring your own device), waarbij iedereen zijn eigen toestel mocht meebrengen en de IT-afdeling zijn uiterste best deed om dit alles te ondersteunen. “De eindgebruiker moet altijd centraal staan”, zo luidt het devies van Henk Heylen, business development manager bij Getronics, “en wij moeten alles in het werk stellen om hen te ondersteunen en om hen efficiënter te laten werken.”
Front-end en back-end uiteentrekken
Maar valt dit wel te rijmen, die wildgroei aan client-zijde met een zo uniform en gecentraliseerd mogelijke architectuur aan server-zijde? “Toch wel”, antwoordt Henk Heylen: “we trekken gewoon front-end en back-end letterlijk los van elkaar. Klinkt eenvoudig, maar is het dat ook? Zowel Heylen als Vallons vinden van wel: dankzij de komst van de cloud voor standaard apps (zoals mail, Office of andere veelgebruikte software) en onder meer desktopvirtualisatie voor het beveiligd gebruik van bedrijfskritieke business apps kan elke bedrijfssoftware op zowat elk toestel worden ingezet.
“Het is eigenlijk een beetje zoals telefonie”, vergelijk David Steppe, division manager workplace solutions bij Realdolmen: “als jij een telefoongesprek voert, hoef je je ook niet te vragen of je dat gesprek op een Apple, Samsung of een vast toestel voert, je verwacht gewoon dat het gesprek kan plaatsvinden.”
Voorwaarden
Om dit te realiseren, zijn er wel een aantal voorwaarden waaraan de ICT-infrastructuur moet voldoen, waarschuwen onze experts. Zo moet er voldoende intelligentie worden ingebouwd in de applicaties om elk type client te bedienen, waarschuwt David Steppe: “Maar daar zijn intussen al voldoende standaarden zoals HTML 5 voor beschikbaar.” En de toepassingen moeten op elk moment kunnen worden gebruikt. “Daarvoor kan je datasynchronisatie-oplossingen voor gebruiken, zoals bijvoorbeeld Microsoft OneDrive of EMC Mozy”, geeft Henk Heylen als mogelijke oplossing aan.
Maar op termijn moeten we evolueren naar een serveromgeving die voortdurend bereikbaar is, zodat lokale opslag niet meer nodig is, meent ook David Steppe: “Nu hebben we nog vrij veel opslag op onze toestellen, en is dat ook nog een vereiste, maar hoe beter en betrouwbaarder de verbindingen, hoe minder belangrijker dat wordt. De data en de intelligentie moeten volledig aan serverzijde zitten, en dan kan je client device eigenlijk zo goed als leeg zijn en toch perfect werken. Kijk maar naar Google Chrome: dat heeft zelfs geen OS meer, het is gewoon een laag waarop naar de server kan worden gegaan. En dan kan ik net zo goed op jouw toestel als op het mijne verder werken aan mijn documenten.”
Datacenters als ecosysteem
Dit vereist een intelligente, flexibele en robuuste back-end, maar ook een nieuw concept van beveiliging, waarbij identiteits- en toegangsbeheer een centrale rol krijgen. Dit leidt Pedro Ribeiro, engagement manager bij unisys België, tot de volgende opmerking: ”De datacenters van vandaag zijn niet alleen de plaats waar de back-end opdrachten worden uitgevoerd en alle data worden opgeslagen, ze zijn als het ware een ecosysteem dat de juiste diensten moet leveren aan de juiste gebruikers op de juiste plaats en tijd.”
De heterogene wereld van de client devices zal dus niet meteen verdwijnen, maar met de juiste intelligentie, virtualisatie en beveiliging aan de serverzijde hoeft dat voor niemand een probleem te zijn.
