Privacycommissie verwerpt voorstel om vingerafdrukken te delen met VS
Minister van Binnenlandse Zaken Jan Jambon stelde op het einde van vorig jaar het “memorandum of understanding” voor: een akkoord tussen de Verenigde Staten en België dat beide landen de toegang zou verlenen tot databanken met vingerafdrukken. Jambon meent dat een dergelijke overeenkomst kan helpen in de strijd tegen terrorisme door bijvoorbeeld illegale immigratie tegen te gaan en het internationaal reizen van terroristen te belemmeren.
Concreet zou het akkoord betekenen dat de Verenigde Staten inkijk krijgt in databanken van de federale politie en van de dienst Vreemdelingenzaken, waarin vingerafdrukken verzameld van asielzoekers, verdachten in een misdrijf of illegale immigranten. Het voorstel kreeg echter een “ongunstig advies” van de Belgische Privacycommissie, meldt De Tijd.
De Commissie is niet opgezet met het document en is van oordeel dat er te weinig “wettelijke basis” is om de uitwisseling van vingerafdrukken te kunnen rechtvaardigen. Ook de gesuggereerde testfase waarin de toegang werd verleend tot drie Belgische databanken gedurende drie maanden werd afgekeurd.
Te vaag
Onder andere zou het voorstel te vaag zijn: de beschreven doeleinden zouden te omslachtig geformuleerd zijn om een sluitende definitie te garanderen. Dat maakt dat de overeenkomst zoals die nu is opgesteld, te flexibel geïnterpreteerd kan worden. Zo wordt niet alleen het doel van ‘Terrorismebestrijding” opgenoemd, maar ook het minder dan duidelijke “Om het even welk doeleinde, mits toestemming van de staat die de gegevens heeft aangeleverd”.
Daarnaast zegt de Privacycommissie dat er niet voldoende grenzen worden gesteld aan de gegevens die uitgewisseld kunnen worden. Omdat de vingerafdrukken worden gekoppeld aan andere persoonlijke informatie, krijgt de VS ook toegang tot andere persoonsgegevens. Bovendien wordt “de deur wijd opengezet” voor het delen van bijkomende biometrische gegevens in de toekomst, en wordt er met geen woord gerept over hoelang zulke gegevens door het andere land mogen worden bijgehouden.
Geen goedkeuring parlement
Ten slotte struikelt de Commissie over het feit dat Jambon het naliet om het voorstel aan het parlement voor te leggen. Volgens de Commissie moeten dergelijke voorstellen gebaseerd zijn op een “wettelijke basis” of een “bilateraal akkoord” dat goedgekeurd moet worden door het parlement.
Met het negatieve oordeel van de Privacycommissie krijgt het memorandum een knauw, maar de Commissie laat wel weten dat ze in de toekomst advies kunnen geven op een herwerkte versie.
//www.smartbiz.be/nieuws/169108/staatssecretaris-privacycommissie-mist-technische-expertise-voor-gdpr-audits/