Nieuws

Zo ziet de toekomst van onze devices eruit, volgens MIT-professor Pattie Maes

We gaan verkeerd om met onze huidige technologie, volgens MIT-professor Pattie Maes. Ons levensstijl kunnen we niet meer aanpassen, maar de apparaten die we gebruiken wél.

 
“We zijn cyborgs geworden,” poneerde professor Pattie Maes tijdens haar lezing op TedxBrussels. We zijn niet meer weg te slaan van onze elektronica, en voor velen is de smartphone niet meer of minder dan het digitale verlengstuk van hun arm. Maes is professor aan het MIT Media Lab, en bestudeert de manier waarop de mens interageert met digitale toestellen. Ze pleit voor een radicale vernieuwing van die interacties, want, zo legt ze uit, onze huidige omgang met apparaten is minder dan ideaal. Smart Business sprak met haar, vlak na haar lezing.
 

“We zijn cyborgs geworden,” verkondigt MIT-professor Pattie Maes op het podium van TedxBrussels.

“We kunnen niet meer terug”

“We zijn steeds meer afhankelijk van onze apparaten, wat op zich geen ramp is, maar de manier waarop we die apparaten gebruiken, is fout,” verklaart de professor. Smartphones, wearables, laptops en andere soortgelijke toestellen zijn niet ontworpen op maat van de mens. Onder andere het feit dat we onze volledige aandacht moeten besteden aan het apparaat terwijl we ermee bezig zijn, is Maes een doorn in het oog. Vaak zijn we niet alert voor wat er rondom ons gebeurt, omdat onze ogen bijvoorbeeld aan onze smartphone gelijmd zijn, of worden we net onderbroken in onze digitale ervaring omdat we voortdurend worden gestoord door onze omgeving. Conclusie: het ontwerp van huidige apparaten is simpelweg niet efficiënt.
 

We gaan steeds meer richting een wereld waarin mens en machine één worden.

 
Geenszins betekent dat dat we collectief de stekker eruit moeten trekken, en ons digitaal leven op een laag pitje moeten zetten. “We kunnen onmogelijk nog terug, en ik ben daar ook geen voorstander van,” bevestigt Maes. “Maar we gaan wel steeds meer richting een wereld waarin mens en machine één worden.” Anders gezegd, de machine wordt geïntegreerd in het menselijke leven op een manier die tot nu toe ondenkbaar was. Cyborgs in de klassieke zin van het woord – denk chirurgisch ingeplante chips en high-tech protheses – heeft Maes tot nu toe niet voor ogen; zij ziet heil in het heruitvinden van apparaten en interfaces. Drie factoren maken daarbij het verschil.

Leven terugspoelen via AR

“Een nieuwe aanpak vraagt om een systeem dat zich bewust is van de gebruiker en zijn omgeving, een systeem dat altijd actief is, en een systeem dat meer proactief handelt, door bijvoorbeeld relevante informatie aan te reiken, zonder dat de gebruiker daarom moet vragen.” Tijdens haar lezing geeft ze het voorbeeld van een toepassing met behulp van een augmentedreality-bril die de namen van objecten in de omgeving kan vertalen. De gebruiker zelf hoeft weinig tot niets te doen; hij kan nog steeds met zijn omgeving interageren, terwijl het systeem hem de juiste termen aanreikt, via audio of het scherm. Zo wordt het mogelijk om niet alleen je woordenschat in een vreemde taal bij te schaven, maar kan de toepassing ook handig blijken op reis.
 
Een ander project met een AR-bril maakte het mogelijk om je leven ‘terug te spoelen’: via een AR-bril werden de activiteiten van de gebruiker gefilmd en tijdelijk bewaard. De beelden konden daarna worden opgevraagd om opnieuw te bekijken. Dat kan handig zijn tijdens lezingen of wanneer je iemand ontmoet en je zijn naam niet hebt gehoord, legt Maes uit.
[related_article id=”163702″]

De ondergang van Google Glass

AR-brillen lenen zich voor de nieuwe aanpak die Maes in gedachten heeft, maar bleken enkele jaren geleden niet de oplossing waar gebruikers op zaten te wachten. Meest memorabel is de Google Glass: de AR-bril werd in 2013 gelanceerd als een ‘ubiquitous computer’ – een computer die overal en altijd beschikbaar is – maar werd in 2015 alweer van de markt gehaald. Als onze toekomst draait rond altijd aanwezige, proactieve systemen, waarom was de Google Glass dan geen instant succes?

Google’s AR-bril werd in 2013 gelanceerd, maar werd in 2015 alweer van de markt gehaald

“De camera’s vormden het grootste probleem,” aldus Maes. “Het was niet duidelijk voor gebruikers wanneer de bril filmde, en dat maakte gebruikers en omstanders ongemakkelijk.” Het zou beter zijn geweest als de Google Glass uitgerust zou zijn geweest met zichtbare signalen die aangaven wanneer het toestel beelden vastlegde. De privacy-implicaties zijn een niet te onderschatten factor in de adoptie van zulke ‘ubiquitous computers’, en om het te doen slagen zou de gebruiker de volledige controle moeten behouden over zijn data, voegt ze toe.
 
Het mislukte project van Google is volgens Maes echter niet per se indicatie dat de technologie niet welkom is: “Soms faalt technologie, en komt er tien jaar later een iets andere, iets betere vorm van hetzelfde concept op de markt. En dan zie je het wel slagen.”
 
Of het nu in deze vorm is, dan wel een “iets andere”, Maes benadrukt dat we moeten evolueren naar een natuurlijkere, intuïtievere interactie met onze toestellen. “Op dit moment hebben we twee aparte levens: ons fysieke en ons digitale. Uitdaging is nu om die twee zo snel mogelijk te verenigen.”
 
//www.smartbiz.be/achtergrond/168987/hiervoor-wordt-artificiele-intelligentie-de-toekomst-echt-gebruikt/

araugmented realitybusinessdevicefluid interfacegoogle glasshardwareubicompubiquitous computing

Gerelateerde artikelen

Volg ons

Gebruik je ecocheques bij Coolblue

Gebruik je ecocheques bij Coolblue

Producten bekijken