ADO Air 20 review: naar het werk met een elektrische vouwfiets
De slimme mobiliteitsoplossingen springen als paddenstoelen uit de grond: deelsystemen voor (al dan niet) elektrische scooters, steps, fietsen, auto’s… Voor woon-werkverkeer zijn we afhankelijk van de fiets, het Belgisch spoorwegennet en de klassieke benenwagen. De ADO Air 20, een elektrische vouwfiets, zorgt er echter voor dat we onze schoenen niet meer vuil moeten maken.
Met de ADO Air 20 bestond het wekelijkse traject naar kantoor uit een ritje elektrisch fietsen, de trein nemen en dan weer elektrisch fietsen. Op zich ging dat goed, al hebben we in tussentijd wel forse spierballen gekweekt.
E-bike op de post
Net zoals de vorige e-bike die we van ADO testten, de ADO Air 28, kwam ook deze fiets in een grote kartonnen doos bij ons aan. Bij het openen ervan hadden we echter minder werk dan bij zijn grotere broer. Na het stuur te monteren, de trappers te bevestigen en de spatborden aan het frame te hangen, waren we eigenlijk al bijna klaar om de Air 20 op de baan te nemen. We moesten dan nog enkel het zadel op de fiets steken, aangezien de batterij in de zadelpen zit, en daarna alles aansluiten en aanzetten.
De Air 20 was dus iets minder werk als de Air 28, al werd bij dit kleine fietsje wel wat meer gezucht. Spatborden zijn sowieso niet de leukste stukken om op een fiets te zetten: vaak heb je te weinig plaats om alle bouten en moeren deftig vast te houden. Dat was ook hier het geval. Daar komt bij dat de spatborden op de Air 20 niet van de beste kwaliteit zijn en aanvankelijk niet echt op het frame lijken te passen: pas nadat we de bevestigingsbeugels wat verwrongen, paste alles netjes.
Bouwkwaliteit
We zeiden het bij onze review van de ADO Air 28 al: dit merk weet over het algemeen wel waarmee het bezig is. Het bouwt geen high-end fietsen, maar betaalbare modellen. Een fiets á la Gazelle kan en mag je dus niet verwachten, maar over de kwaliteit van de Air 20 zelf, los van de spatborden, hebben we eigenlijk niet te klagen. Het frame vertoont geen mankementen en voelt, met uitzondering van het stuur, stevig aan. Het stuur, dat je kan inklappen om de fiets op te bergen, voelde tijdens onze tests iets losser aan. Het mechanisme om de batterij en het zadel vast te zetten voelt bijzonder stevig, waardoor je soms wat moet wringen om de batterij er goed in te krijgen.
Opvouwen
Opvouwen ging zoals je dat zou verwachten: je trekt aan een hendel, waarna je de fiets kan samenplooien. Je krijgt zo’n hendel aan het stuur en in het midden van het frame, waardoor de fiets in drieën gevouwen kan worden. Met magneetjes, die apart te verkrijgen zijn, kan je ervoor zorgen dat het gevaarte dichtgevouwen blijft – zonder magneetjes valt de fiets namelijk continu open. Opvouwen lijkt ons vooral handig voor wie de fiets wil opbergen zonder dat die te veel plek in beslag neemt, bijvoorbeeld in de kofferbak of garage. Voor onderweg lijkt het ons alvast geen ideale oplossing: behalve de fiets onder je arm te nemen, heb je eigenlijk geen goede optie om hem te vervoeren. Het frame, zonder batterij, weegt bovendien zo’n 16 kilo. Dat lukt wel, maar toch met een flinke zucht.
Bij het openvouwen van de fiets kan het bovendien al eens gebeuren dat de bekabeling tussen het frame komt te zitten. Door die even terug in het frame te proppen, kan je de fiets wel normaal openvouwen.
Rijervaring
Ook al reden we kort voordien nog op de ADO Air 28, de Air 20 wist ons toch nog te verrassen. Om het met dieren te zeggen: deze pony ging harder dan het paard dat de 28 is. We zetten de elektrische plooifiets meteen in de hoogste stand en begonnen te trappen: meteen 25 kilometer per uur. Normaal gezien moet je harder trappen naarmate je wielen kleiner worden. Daar merkten we op deze fiets niet echt iets van: zelfs zonder ondersteuning konden we vlot blijven fietsen, zonder daarbij zeer aan de knie te krijgen.
Zoals eerder aangehaald werd: de fiets weegt 16 kilogram. Dat is flink wat om te dragen, maar eigenlijk niets voor een fiets met kleine wieltjes die 37 Nm koppel voortbrengt met een achterwielmotor. Ons advies is dan ook om niet te blijven trappen als je een drempel of heuveltje neemt: je voorwiel steekt sneller in de lucht dan je denkt. Zo’n ‘wheelie’ is heel knap als je naar de X-games aan het kijken bent, maar toch iets minder aangenaam als je onderweg bent naar het werk.
Actieradius
Wellicht wil je niet de hele tijd op de hoogste versnellingsstand trappen: de fiets is dan na een kleine 30 kilometer al leeg. Of liever: echt leeg is hij niet, maar hij springt net zoals de Air 28 in een onnozele besparingsmodus waarin je nog amper trapondersteuning krijgt. Hier is dat gelukkig minder een probleem, aangezien je niet waanzinnig hard moet trappen om verder te geraken. Hoe dan ook: de 100 kilometer actieradius die ADO aan deze fiets toeschrijft? Misschien als je vijf keer de Mont Ventoux bergaf rijdt. Anders zal je daar, net zoals de Air 28 die grotere wielen heeft, gewoon niet aan geraken. Reken hier dus ook op zo’n 60 kilometer, tenzij je daadwerkelijk de Mont Ventoux meerdere keren afbolt.
De afwijking is zo groot, dat we eigenlijk denken dat er een fout is gebeurd met de maateenheden: we vermoeden dat ze, bij het omzetten naar kilometers, het verschil tussen de reguliere en Chinese inch in de wind hebben geslagen. Wissel je de Chinese inch en gewone inch om? Dan scheelt de uitkomst zo’n 20 kilometer, wat de afwijking al flink verkleint.
Bediening
Dat de ADO Air 20 uit dezelfde schuur komt als de ADO Air 28, dat valt eraan te merken: de batterijen zijn bijvoorbeeld verwisselbaar en hebben dezelfde capaciteit: 345,6 Wh. Verder merk je ook duidelijk dat ADO heel wat aandacht besteedt aan het display, dat ook hier weer zeer duidelijk af te lezen valt. Daarbij hoort natuurlijk ook de bediening, die toch een tikkeltje aangenamer is dan op de Air 28. De knoppen, waarmee je tussen de drie ondersteuningsniveaus wisselt, zijn hier veel aangenamer om in te drukken.
Conclusie
Of de ADO Air 20 een goede elektrische fiets is om in huis te halen? Dat zal vooral van je eigen situatie afhangen. We wonen relatief dicht bij het treinstation en tot het kantoor is het een dikke tien minuutjes stappen na de treinrit. Dat is iets te kort om een fiets van 16 kilogram mee te sleuren. Vind je echter dat je net te ver moet fietsen of wil je die busrit tussen station en kantoor vervangen met een fietsrit? Of bevindt je werk zich in een lage-emissiezone, maar mag je auto daar niet binnen? Dan lijkt een elektrische plooifiets zoals de ADO Air 20 meer dan een goede keuze. De kostprijs van 1399 euro is dan ook gepast voor deze fiets. ADO is bovendien niet vies van een paar percenten korting, wat het aanbod van de AIR 20 eigenlijk alleen maar interessanter maakt.