Opinie: is gezichtsherkenning een inbreuk op de privacy?
Gezichtsherkenning is niet nieuw, maar de technologie heeft de laatste jaren wel flinke sprongen vooruit gemaakt, waardoor de betrouwbaarheid ervan alleen maar gestegen is. Steeds meer bedrijven beginnen gezichtsherkennende software dan ook aan te bieden aan allerlei actoren en ook wij als consumenten kunnen er niet meer om heen. Zowel Apple als Google bieden nu bij sommige smartphones de mogelijkheid om je toestel te ontgrendelen met je gezicht. Daar komen dan nog eens alle sociale media bij die allerlei gekke filters aanbieden die men over zijn/haar gezicht kan leggen. Facebook gaf gebruikers sinds 2019 ook de kans om mensen in hun foto’s automatisch te taggen, tot het bedrijf vandaag aankondigde deze technologie stop te zetten.
- Lees ook: Facebook stopt met gezichtsherkenning
Het verzet tegen de nieuwe technologie is omwille van privacyredenen echter groot en ook overheden weten niet goed hoe ze ermee aan de slag moeten. Er blijven berichten binnenkomen over de manieren waarop de Chinese overheid gezichtsherkenning in zijn land wil implementeren en de term ‘dystopisch’ is nooit veraf. Het land zou gezichtsherkenning gebruiken om de Oeigoerse minderheid te discrimineren, boetes uit te delen of sociale kredietscores toe te kennen aan zijn bewoners. Of deze informatie altijd overeenstemt met de waarheid, is een andere vraag, maar het toont wel de angst en afkeer die velen hebben van de technologie. Europa blijft zijn tanden stukbijten op het dossier.
Voor- en nadelen van gezichtsherkenning
Als er over gezichtsherkenning wordt gepraat, dan worden de meeste gesprekken van een negatieve connotatie voorzien. Dit is natuurlijk niet geheel onterecht. De technologie bevindt zich in een moeilijk vaarwater waar privacy-inbreuken om de hoek loeren. Veel mensen zijn bang dat hun individuele privacy geschonden wordt en dat ze daarmee hun eigenheid verliezen. Gezichtsherkenning zou ook gebruikt kunnen worden om bepaalde bevolkingsgroepen te discrimineren, al dan niet bedoeld. Daarnaast draait het nog steeds om een stuk software, en ook dat is niet onfeilbaar. De gezichtsherkenning kan soms nog steeds omzeild worden. Ook de databases met de gezichtsinformatie van gebruikers kunnen nog steeds getroffen worden door hackers. Als de foute mensen toegang krijgen tot deze gegevens, dan kan je niet meer zomaar even je wachtwoord resetten. Ondanks alle recente ontwikkelingen staat de technologie (zeker in combinatie met kunstmatige intelligentie) nog steeds in zijn kinderschoenen. Opsporingen met de technologie kunnen foute resultaten geven en onschuldige mensen kopzorgen geven.
Alle nadelen ten spijt, hangen er voor bedrijven ook wel enkele voordelen vast aan de gezichtsherkenningstechnologie. De biometrische data kan gebruikers wel in staat stellen om zich op een veilige, snelle en eenvoudige manier in te loggen op hun toestellen. Hiermee krijgen zo weinig mogelijk mensen onrechtmatige toegang tot hun gegevens. Ook binnen bedrijven krijgen werknemers zo enkel de gegevens te zien die voor hun ogen bestemd zijn. Daarnaast zou het positieve effecten kunnen hebben op de productiviteit van werknemers. Zij zouden zo minder afgeleid zijn en bij het thuiswerken bijvoorbeeld niet geneigd zijn zomaar hun bureau voor lange periodes te verlaten. Werkgevers krijgen hiermee een zicht op wat hun werknemers overdag doen. Winkels kunnen bijvoorbeeld gezichtsherkenning gebruiken om bepaalde terugkerende klanten eerder gekochte producten opnieuw aan te raden. Gebruikers zouden hun gezicht ook aan bepaalde winkelapps kunnen koppelen, zodat ze na het winkelen hun gezicht kunnen laten scannen. Daarna verschijnt de rekening gewoon op hun account of wordt ze meteen van hun balans afgetrokken. Een interessant voorbeeld zien we in de metro van Moskou, waar je je ticket sinds kort met je gezicht kan betalen.
Reactie van Europa
Het Europese standpunt rond gezichtsherkenning is ingewikkeld en vooral eentje dat nog niet vaststaat. Rond augustus van 2019 kwam de Europese Commissie met een voorstel van gezichtsherkenning op publieke plaatsen. Daarmee zette het een van zijn eerste grote stappen rond de problematiek. In januari van 2020 overwoog de Europese Unie om voor een periode van vijf jaar een verbod op te stellen voor het gebruik van gezichtsherkenningssoftware. Ze zouden dan van deze periode gebruik willen maken om de impact van de technologie te bestuderen en de nodige aanpassingen door te voeren. Enkele weken na de aankondiging kwam het daar al volledig op terug. Rond juni van dit jaar eiste de European Data Protection Board (EDPB) dat Europa elke vorm van gezichtsherkenning gewoon verbiedt. In een eerder wetsvoorstel van de Europese Commissie zou de EU de deur wel open willen laten voor het gebruik van gezichtsherkenning bij terrorisme. Volgens de EDPB zou dat niet voldoende zijn en te veel ruimte overlaten om burgers te bespioneren. Zij vragen dat de Europese Unie de verzameling van alle biometrische data een halt toeroept. Het is onduidelijk of de EU een volledig verbod goed zal keuren.
Het lijkt dat de EU zelf goed weet wat alle nadelen zijn, maar ook nogal weigerachtig is om zomaar alles te verbieden, gezien de voordelen op vlak van beveiliging. Het is goed om te zien dat Europa zich hiermee bemoeit, maar de vraag is of het dat wel efficiënt doet. De technologische wereld evolueert sneller dan het wetgevende orgaan van de Europese Unie, waardoor ze achter de feiten aan lopen. Dit kan andere regio’s een commercieel voordeel geven, maar dat zullen we dus nog even moeten afwachten.
Aftasten
Het ziet er echter niet naar uit dat we snel een antwoord zullen krijgen op alle huidige vraagstukken rond gezichtsherkenning. De kans is bovendien zeer groot dat we in de nabije toekomst nog meer obstakels tegenkomen die de gesprekken nog meer zullen polariseren. De techniek is en blijft potentieel zeer gevaarlijk en bovendien nooit zonder falen. We moeten ons echter ook wel bewust zijn dat biometrische data zeer handig zijn bij beveiliging en dat ze voor interessante oplossingen zorgen voor zowel bedrijven als klanten. De privacy van de individuele gebruikers moet wel steeds op de eerste plaats komen en we hopen dat zowel de legislatoren als de ontwikkelaars en kopers van de software dit in hun achterhoofd houden.