iPhone 15 Pro Max is ‘significant duurder’ om te maken
Nikkei onderzoekt jaarlijks de componentkosten van iPhones: ofwel de BOM (Bill of Material). Vergeleken met de uitgaande iPhone 14 Pro Max zijn de componentkosten van de iPhone 15 Pro Max met ruwweg 12 procent gestegen. Met name de nieuwe A17 Pro-chipset en titanium behuizing zorgen voor een stijging in de BOM.
Volgens Nikkei is de A17 Pro 27 procent duurder dan de A16 Bionic uit de iPhone 14 Pro (Max). Ook het titanium frame doet de kosten rijzen; de fabricage- en materiaalkosten van dit frametype liggen 43 procent hoger dan die van het roestvrij stalen frame op de 14 Pro-serie. De grootste stijging lijkt afkomstig van de nieuwe telefotocamera op de Pro Max. De onderzoekers claimen dat deze sensor 280 procent duurder is dan de 3x telefotocamera op de iPhone 15 Pro en 14 Pro-serie.
Alles bijeen zou Apple ongeveer 558 dollar kwijt zijn aan materiaalkosten van de Pro Max. Goed om te weten: dat is exclusief fabricage-, personeels- en verzendkosten. Voor Apple betekent de stijging ook dat de cost-to-price-ratio is gewijzigd – in het nadeel van de technologiegigant. De BOM beslaat ditmaal 47 procent van de (Amerikaanse) verkoopprijs; een stijging van één procent tegenover de 14 Pro Max.
Duurdere componenten
Een deel van die stijgingen zijn ook simpelweg te herleiden aan de wereldwijde inflatie. TSMC, dat voor de chipproductie instaat, ziet zich hierdoor genoodzaakt een hogere prijs door te rekenen. Wat eveneens meeweegt in de gestegen kosten is Apple’s besluit om naar TSMC’s hoogstaande 3nm-productieproces over te stappen. Titanium is bovendien altijd al duurder geweest dan roestvrij staal.
Consumenten lijken zich alvast niet te laten weerhouden door het hogere prijskaartje. Eerder gaf Apple-analist Ming-Chi Kuo nog te kennen dat de Pro Max ‘verrassend goed’ presteert. Klanten lijken steeds vaker de voorkeur te geven aan grotere schermen én zien voldoende meerwaarde in de gloednieuwe telefotocamera.