Opinie: het hoofdpijndossier van de frontcamera

Desalniettemin is de cameralens aan de voorzijde al jaren kwalitatief minderwaardig aan de reguliere camera’s aan de achterzijde, en in de toekomst wellicht ook overbodig.

In het smartphonelandschap van 2020 zijn diverse trends te spotten. Zo zijn drie of vier camera’s tegenwoordig eerder regel dan uitzondering, en wordt er door fabrikanten steeds meer aandacht gevestigd op midrangers. De meest belangrijke trend is zonder meer die van de frontcamera. Of beter gezegd: waar laat je die lens? We zijn van een grove iPhone-achtige notch inmiddels aanbeland bij een regendrupnotch, cameragat en een waar pop-up-mechanisme. Geen van de fabrikanten durft vooralsnog  de inferieure frontcamera voorgoed gedag te zeggen.

Verwar dat laatste echter niet met het feit dat selfies snel uit de mode zullen raken; de Instagram-generatie begint nog maar net op stoom te geraken, waardoor jouw tijdlijn de komende jaren vast en zeker nog gevuld zal zijn met mensen die zelfportretten delen en maar wat graag laten zien hoe fantastisch hun leven wel niet is. Nee, het op te lossen probleem zit hem in het feit dat er op termijn geen secundaire camera-opzet meer nodig hoeft te zijn voor zelfportretten, omdat de technologie inmiddels zo geavanceerd is dat één camera-opzet voldoende is.

Begin en ontwikkeling frontcamera

Laten we beginnen bij het begin: echt mainstream is de frontcamera pas enkele jaren, toen we van klaptelefoons overstapten naar de eerste slimme telefoons. Denk aan de Samsung Galaxy S1 of de HTC Wildfire, om maar even twee iconen te noemen. Hoewel niemand erom had gevraagd, kregen we ineens te maken met een tweede, ietwat mindere lens aan de voorzijde. Je zou kunnen stellen dat voor veel consumenten deze lens jaren na dato nog altijd overbodig is, maar de mainstreamgewording van selfies zal de kleine selfie-centred doelgroep niet willen laten vallen.

Dat de frontcamera door een select groepje actief wordt gebruikt, zorgt bij smartphonefabrikanten overduidelijk voor kopzorgen. Waar Samsung in 2017 de trend startte van dunnere randen rondom het display, pakte Apple het rigoureus anders aan en introduceerde de notch aan het grote publiek. De theorie hierachter is dat de er nog wat schermruimte rondom de plek waar de frontcamera en andere sensoren vrij wordt gemaakt, waardoor je als gebruik relatief meer scherm hebt.

De notch is inmiddels gekrompen tot een klein gaatje bij veel smartphonefabrikanten. Fabrikanten lijken nu echter de frontcamera te verplaatsen ‘om het verplaatsen’. Zoals Samsung wellicht gevoeld heeft bij de minieme designupgrade van de S8 naar de S9, kan een minieme designverandering funest zijn voor de verkopen. Zo krijgt de Galaxy S11 waarschijnlijk een gecentreerd cameragat. Voor veel consumenten staat een vernieuwd design vermoedelijk gelijk aan een beter model. De enige die deze vernieuwingsdans al jaren weet te ontspringen is Apple.

“De enige die deze vernieuwingsdans al jaren weet te ontspringen is Apple.”

Fabrikanten zoals OnePlus en Xiaomi pakten het dit jaar iets anders aan en introduceerden telefoons met een pop-up-mechanisme voor de frontcamera; het display blijft zo vrij van onderbrekingen, wat de beleving ten goede komt. Desalniettemin zit er nog altijd een beter presterende camera-opzet aan de achterzijde, en dan laten we het kostenplaatje voor dit unieke mechanisme voor het gemak ook nog achterwege.

Waar je ook waarschijnlijk (vrijwel) niets over hebt gelezen, is de mogelijkheid om een frontcamera werkend te krijgen onder het display. Enkele Chinese fabrikanten experimenteren achter de schermen met deze technologie, maar een concrete aanwijzing dat deze feature binnenkort het levenslicht gaat zien, is nog niet gespot. Bovendien kun je zo je twijfels hebben over deze implementatie; wat als het scherm net voor de frontcamera is beschadigd? Hoe goed kunnen deze foto’s kwalitatief zijn?

Vreemde eend Asus

Een telefoon waar je wellicht nog nooit iets over gehoord hebt, pakte het rigoureus anders aan dit jaar. De ASUS Zenfone 6 (en de meer recente Asus Zenfone 7 Pro) beschikt over een primaire lens en een groothoeklens, maar een frontcamera ontbreekt. De truc? De camera-opzet aan de achterzijde was via een speciaal mechanisme naar voren te buigen, waardoor je naast reguliere selfies ook selfies met een groothoekcamera kunt maken (lees: groepsselfies).

Hoewel het hele apparaat vrij zwaar en log oogt, wist Asus er top specificaties en een uitmuntende accucapaciteit in te stoppen, en dat allemaal voor ongeveer 600 euro. Door een samenloop van omstandigheden is de Zenfone 6 echter niet helemaal van de grond gekomen. Bovendien kun je zo je twijfels hebben over de robuustheid van een klein camera-opzetje dat uitsteekt in de selfiemodus.

Klaptelefoon to the rescue

Zoals je kunt lezen zijn er de nodige problemen waar fabrikanten tegenaanlopen in de eeuwige strijd om de frontcamera te behouden. Ook waaghalzen als Asus lopen tegen de beperkingen op waarover huidige smartphones beschikken, maar het toont wel aan dat de frontcamera niet per se aanwezig hoeft te zijn om selfies te kunnen maken. Wellicht dat de nieuwe generatie smartphones het hoofdpijndossier van de frontcamera weet te elimineren.

Eind 2019 wist Motorola op de valreep de Motorola Razr 2019 te introduceren (opgevolgd door de Motorola Razr 2020). Deze vernieuwde klaptelefoon beschikt niet alleen over een hypermodern gebogen display, maar kan ook zomaar eens het frontcameraprobleem oplossen; er zit een tweede minischermpje aan het bovenste deel van de Razr, met daaromheen een enkele camera. Via dit minischermpje zie je alsnog wat de camera ‘ziet’, en kunnen selfieliefhebbers alsnog uit de voeten met één (superieure) camera-opzet. Er gloort dus hoop, al is het vooralsnog peperdure hoop.