Review: Tera
[related_article id=”160734″] De gulden middenweg
In 2005 slaagde World of Warcraft er niet alleen in om tien miljoen spelers tot de aankoop van een game in dit genre te verleiden, maar ook nog eens maandelijks tien euro op te laten hoesten om het te mogen blijven spelen. Niet verwonderlijk dat er ondertussen al menig concurrent is opgestaan die een stuk van die lucratieve taart wil. Dat peloton varieert van gratuite imitaties tot door ambitieuze innovaties. Tera kiest voor een middenweg. Je krijgt een fantasy-setting, bevolkt met best aparte rassen en meer klassen, waar de westerse makers duidelijk de poort openzetten voor een Aziatisch publiek. Dat betekent brute, barbaarse krijgers, maar ook schattige of halfnaakte ultravrouwtjes met karige lichaamsbedekking en een hip kapsel.
Onder dit best verzorgde uiterlijk schuilt een typische Massively Multiplayer Online Role Playing Game. Alleen of samen met andere spelers volbreng je een eindeloze reeks geïnspireerde en routineuze queesten. Onderweg verzamel je ervaring, buit, upgrades en groeit je spelpersonage uit tot een alsmaar krachtigere en meer gespecialiseerde aanwezigheid. Tera waagt zich echter op het onbetreden pad met de frequente gevechten. Die laten zich, in tegenstelling tot het gros van deze games, niet met gortdroog muisgeklik en statistieken beslissen, maar met timing, precisie en reflexen. Een mechanisme dat deze dertien-in-een-dozijn game op de valreep opwaardeert tot een pittig alternatief voor de grote marktleider.