Fietsbanden voor e-bikes: hier moet je op letten
Gezien e-bikes nu eenmaal sneller gaan dan reguliere fietsen, zijn sterkere banden geen overbodige luxe. Die hogere snelheid zorgt er onder meer voor dat banden sneller slijten. Bovendien wil je bij de hogere snelheden van elektrische fietsen voldoende grip behouden op het wegdek. Niettemin omdat tot stilstand komen vanaf 25km/u+ nu eenmaal meer vergt van een band dan lagere snelheden.
Wat vaak ook vergeten wordt is dat trapondersteuning de kans op slipgevaar met e-bikes vergroot. Bij nat wegdek kan een plotse aanvoer van kracht er bij banden met weinig grip toe leiden dat je de grip op het wegdek verliest, en mogelijk ten val komt. Banden voor elektrische fietsen pogen dit op te lossen met een breder loopvlak, extra diepe groeven en meer profiel.
Specifiek e-bike certificaat
Voor speedpedelecs werd intussen een specifiek certificaat in het leven geroepen. Daarmee kun je er zeker van zijn dat een band veilig is voor gebruik op fietsen met trapondersteuning tot 45km/u. Specifiek gaat het om het ECE-R75-certificaat.
Voor reguliere elektrische fietsen is dit type band niet vereist. Speedpedelecs moeten in Europa daarentegen wel steeds geleverd worden met banden die voldoen aan de ECE-R75-verordening. Concreet houdt die verordening in dat de banden veilig te gebruiken zijn bij snelheden tot 50km/u.
Andere banden zijn dus ook niet toegestaan op Europese wegen. Gebruik dus niet zomaar eender welke fietsband voor je speedpedelec. Dat het niet is toegestaan zou niet de enige reden moeten zijn om de juiste band te monteren: veiligheid speelt bij dat certificaat, zoals aangegeven, ook een belangrijke rol.
‘E-bike approved’
Banden van merken als Schwalbe, Continental en CST vermelden ook steeds of ze geschikt zijn voor elektrische fietsen. Dit herken je steeds aan het ‘E-bike approved’-label op de wang (wand) van een band. De genoemde merken noemen daar ook een snelheid bij: 25km/u of 50km/u. Welke je moet hebben, hangt dus af van de elektrische fiets die je in bezit hebt.
Biedt de fiets ondersteuning tot 25km/u, dan koop je best een band met ‘E-bike approved 25’ op de wang. Een band die geschikt is voor snelheden tot 50km/u is in dat geval ook prima. Echter komt dat wel met een forse meerprijs. Bepaal voor jezelf of die hogere prijs het waard is. Omgekeerd kan je op een speedpedelec geen ‘E-bike approved 25’ banden plaatsen, om redenen die we eerder in dit artikel behandelden.
Anti-lekbanden
Banden voor e-bikes bieden dus meer grip bij hogere snelheden. Net als banden voor auto’s kunnen ze daarvoor meer regen afvoeren. Daarnaast zie je vaak dat banden voor e-bike bescherming bieden tegen lekrijden. Zodoende is de kans kleiner dat de band lek raakt op hoge snelheden, en je plots ten val komt door verloren stabiliteit. Wel raden we je aan om het beschermingsniveau te controleren – zeker merken als CST willen nogal eens besparen op die bescherming.
Er zijn geen minima of certificaten voor zulke bescherming. Zorg er in elk geval voor dat de band een steentje of punaise kan overleven. Fabrikanten als Schwalbe vermelden bij elke band steeds de mate van anti-lek-bescherming. Betere bescherming komt wel aan een hoog prijskaartje, dus staar je daar zeker niet blind op als je budget niet oneindig is.
Sterke zijwanden
Lekrijden hoeft echter niet altijd te gebeuren door steentjes, punaises of ander gruis. Fietsenmakers spreken regelmatig over gevallen van ‘snakebites’. In zulke gevallen is de zijwand van je buitenband dermate beschadigd dat deze zijn kracht verliest en de binnenband naar buiten schiet. Fabrikanten hebben daar intussen wel een oplossing op gevonden, en bieden versterkte zijwanden. Volgens de fabrikanten verkleint dit de kans op snakebites door veroudering/scheuren van het rubber.
Welk type band heb ik nodig?
Welk type band je koopt, hangt goeddeels af van het gebruiksdoel van de fiets. In principe kun je drie doelen en daarmee ook typen e-bike-banden van elkaar onderscheiden. We hebben ze voor je op een rij gezet.
- Stadsverkeer: vlak profiel met groeven voor de afvoer van regenwater. Als voorbeeld kun je de Marathon Racer-band van Schwalbe aanhouden. Zo’n band is ontwikkeld voor het fietsen op asfalt, en biedt weinig tot geen grip voor tripjes op bijvoorbeeld gravelpaden;
- Onverharde paden: profiel met extra noppen om grip te krijgen op los zand of steentjes. Zo’n band kan vaak nog meer water afvoeren dan een fietsband voor stadsverkeer. Nadeel is wel dat de band relatief veel rolweerstand biedt, en daarmee minder geschikt is voor ritten op asfalt. Een voorbeeld van zo’n band is bijvoorbeeld de Marathon Plus MBT;
- Gemixt onverhard en stadsverkeer: er zijn ook banden die het beste van beide proberen te combineren. Schwalbe komt daar wederom terug met zijn Marathon Tour Plus-banden, die geschikt zijn voor gemixt verhard en onverharde ondergronden. Voor mountainbikers raden wij wel aan een band met de maximale hoeveelheid grip te kiezen, en dus niet zomaar voor een ‘mix’ te gaan.
Dat geldt ook omgekeerd: ga dus niet voor een band voor onverharde paden als je eigenlijk altijd op asfalt rijdt. Zulke banden hebben namelijk een hogere rolweerstand, wat ten koste gaat van je range en maximale snelheid.
Juiste formaat banden?
In de basis raden we aan hetzelfde type band aan te schaffen dat al op de e-bike zat. Wil je toch een ander type band? Zorg er dan voor dat de maten vergelijkbaar zijn. Een te grote band kan immers je spatbord in de weg zitten, daar aanlopen en daarvoor vlot slijten en zelfs beschadigd raken.
Waar je die maat vindt? Altijd op de oude band. Dit staat vermeldt met een vijftal getallen in deze vorm: xx-xxx, bijvoorbeeld ‘40-622’. In die notatie staat 40 voor de breedte van de band en 622 voor de diameter van de velg (in mm). Een iets bredere band kan vaak wel. Let er dan zoals gezegd wel op dat deze niet te breed of hoog wordt. Mocht je twijfelen of het type band dat je moet aanschaffen? Even overleggen met een lokale fietsenmaker of de fabrikant van je fiets kan nooit kwaad.
Houd ze op spanning
Aan goede e-bike-banden heb je vrij weinig als je ze geen onderhoud geeft. Banden hoef je gelukkig enkel op de pompen. Hoeveel lucht er in een band moet, hangt af van het gekozen model. Daar valt hier dus niet direct iets over te zeggen. Banden geven wel steeds een range waarbinnen je de band moet oppompen. Die vind je op de zijwand van de band. Ga niet over de limiet, en blijf niet onder het minimum steken. Het wordt aangeraden om de band tot ergens in het midden op te pompen.
Gezien je een precies niveau (bar) probeert te behalen, ga je daar niet komen met een standaard fietspomp. Koop er daarom best een met een bar-meter, zodat je weet dat je voldoende lucht in de band steekt. Controleer dit ook met enige regelmaat, bij voorkeur eens in de vier tot zes weken.
Controleer het profiel
Vergeet ook niet om het profiel in de gaten te houden. Zeker als je al eens langere afstanden aflegt, wil het profiel vlot wegslijten. Daarmee gaat niet alleen grip verloren; ook de lekbestendigheid van een band neemt af naar mate de band slijt en deze ouder wordt.
Er geldt in de EU geen minimumprofiel voor fietsbanden. Je kan dus niet snel opmeten of de band nog voldoet. Wel kun je als graadmeter hanteren dat een band is afgeschreven zodra je de koordlaag ziet. Dat is de witte laag binnen de band. Meestal zie je die laag enkel als de band begint te scheuren. Dat is ook precies het moment dat de kans op een snakebite of klapband in zijn geheel toeneemt.
Lees meer over e-bikes
