EuroNCAP wil minder touchbediening in auto’s
De veiligheidstests waarbij auto’s een EuroNCAP-score krijgen zijn belangrijk voor constructeurs. Zij pakken dan graag uit met een score van 5/5, een interessant argument voor potentiële kopers. De veiligheidsinstantie kijkt nu richting touchbediening en wil er rekening mee houden in zijn beoordelingen van de veiligheid van een wagen.
“Zowat alle autofabrikanten hebben de belangrijkste bedieningselementen die met fysieke knoppen of hendels gebeurden verplaatst naar een centraal touchscreen”, reageerde Matthew Avery, directeur strategische ontwikkeling bij EuroNCAP aan de Britse krant The Times. “Daardoor moeten bestuurders hun ogen van de weg halen en zijn ze afgeleid. Het risico op ongevallen neemt dan toe”, klinkt het.
Heel wat consumenten klagen al langer over het overmatig installeren van touchbediening in auto’s. Constructeurs maken er gretig gebruik van omdat het veel goedkoper is dan fysieke (draai)knoppen en hendels.
Gevaar touchbediening aangetoond
In 2022 nam het Zweedse blad ‘Vi Bilägare’ de proef op de som. Het voerde een experiment uit waarbij een Volvo C70 uit 2005 het opnam tegen een Tesla Model 3, Volkswagen ID.3, Dacia Sandero, BMW iX en Huyndai Ioniq 5.
De proefpersonen werd gevraagd om aan een snelheid van 110 km per uur een aantal eenvoudige handelingen uit te voeren, zoals het aanzetten van de stoel- of achterruitverwarming of het aanpassen van de temperatuur in de wagen. Voor de tests hield het Zweedse medium rekening met de tijd die nodig was om de handeling uit te voeren en de afstand die de chauffeurs in die tijd aflegden. Uit het experiment bleek dat de chauffeur van de Volvo gemiddeld 10 seconden nodig had om de aanpassing te doen, terwijl de bestuurders van de modernere wagens er twee keer zo lang over deden.
Op welke manier EuroNCAP het gebruik van touchbediening zal opnemen in zijn evaluaties is niet duidelijk. Wel lijkt de maatregel in elk geval gebaseerd op de dagelijkse realiteit en zullen consumenten het graag zien gebeuren.
