Zo bouw je je eigen retrogaming-console

De NES Classic betekende voor Nintendo-fans de kans om klassiekers als Super Mario Bros en The Legend of Zelda te herbeleven, zonder hun oude console van zolder te halen. Goed, blazen in de cartridges zat er niet meer bij aangezien de mini-NES werd uitgerust met dertig pre-geïnstalleerde games, maar het was een leuk idee. Tot de dingen in een paar dagen onvindbaar werden: wereldwijd uitverkocht.

Gelukkig kan je nu je geld besteden aan nog iets veel beter. Met de Raspberry Pi maak je een eigen retrogaming-console waarop je niet alleen NES-games, maar onder andere ook SNES, Atari en zelfs PlayStation-spellen kunt spelen. Dankzij het opensource besturingssysteem RetroPie is dat zelfs niet zo moeilijk. Het systeem biedt emulatoren van zo’n vijftig consoles, waarmee je digitale versie van de meeste retrogames kunt spelen. Met een halfuurtje werk en een kleine investering steek je zo een console in elkaar: handig als kerstcadeau of gewoon als een hobbyprojectje tussendoor.

Benodigdheden

Om te beginnen heb je natuurlijk de Raspberry Pi nodig. De minicomputer is klein maar ontzettend veelzijdig, en het ideale begin van heel veel doe-het-zelf-projecten. Ikzelf ging aan de slag met het nieuwste model – de Raspberry Pi 3. Met oudere versies moet het ook lukken, hoewel je het dan zonder geïntegreerde wifi- of bluetooth-functionaliteit moet stellen. Als je het jezelf echt gemakkelijk wilt maken, koop je meteen een kit met alle accessoires, zoals voeding, een behuizing en een microSD-kaart voor het besturingssysteem.

• Raspberry Pi 3
• voeding (2,5 A)
• behuizing (optioneel, maar aangeraden om je Raspberry stofvrij te houden)
• microSD-kaartje (min. 8 GB, klasse 10)

Naast de Raspberry Pi, heb je nog enkele spullen nodig om het systeem klaar te stomen tot console.

• HDMI-kabel
• usb-stick
• eventueel een microSD-lezer
• toetsenbord met usb-aansluiting
• favoriete controller met usb-aansluiting
• Windows-pc

De microSD-lezer en het toetsenbord gebruik je mogelijk enkel tijdens de voorbereiding. Besteed er dus niet te veel geld aan, tenzij je ze zelf nog kan gebruiken voor andere projecten. Bovendien heb je bepaalde benodigdheden, zoals een HDMI-kabel, vast nog wel ergens rondslingeren. Uiteindelijk zou je gesteld kunnen zijn met een investering van ongeveer 60 euro.

Fase 1: Het besturingssysteem op je Raspberry Pi zetten

De Raspberry is op dit moment een schone lei: voor we kunnen beginnen gamen, moeten we het juiste besturingssysteem erop krijgen. RetroPie is hier perfect voor. De gratis software is eigenlijk geen op zichzelf staand besturingssysteem, maar bouwt verder op het OS Raspbian, en is specifiek ontworpen om retrogames te spelen. Retropie gebruikt EmulationStation als de userinterface: makkelijk navigeerbare software met een heleboel emulatoren, wat het ons extra gemakkelijk maakt.

De eenvoudigste manier om RetroPie op je Raspberry te krijgen, is door een systeemimage op het microSD-kaartje te zetten. Dat gaat in drie stappen.

1. Download RetroPie. Klik op de link en kies de juiste versie voor jouw Raspberry: er is één versie voor de Raspberry Pi Zero en 1, en één versie voor de Pi 2 en 3. Als je, net zoals mij, werkt met een Raspberry Pi 3, kies je voor die laatste versie.

   

   Het downloaden kan enkele minuten duren; wanneer het klaar is, heb je normaal een zip-bestand op je computer staan met een titel als ‘retropie-4.1-rpi2_rpi3.img.gz’. Pak het bestand uit met behulp van een programma zoals 7-zip of Winrar, en zet het bestand ergens waar je ze snel kan terugvinden, bijvoorbeeld in een mapje op je bureaublad.

2. Steek het microSD-kaartje in je pc, eventueel met een kaartlezer zoals deze. Als alles goed gaat, zie je het kaartje daarna tussen je andere stations verschijnen: onthoud welke letter het kaartje wordt toegewezen (bijvoorbeeld E: of F:). Om je microSD-kaartje voor te bereiden op RetroPie, kan je het best eerst formatteren. Dat gaat met een apart programma, zoals SD-Card Formatter, of rechtstreeks vanuit Windows. In Windows rechterklik je op het juiste station, kies je ‘Formatteren…’ in het menu en bevestig je telkens in de volgende vensters.

3. Eens je je microSD-kaartje hebt gewist, kan je het RetroPie-image erop schrijven. Gebruik hiervoor Win32-Disk Imager (Apple Pi Baker voor Mac). Download het programma, installeer het en open het. Klik in het venster op het blauwe mapje en selecteer het uitgepakte bestand van RetroPie in het nieuwe venster dat verschijnt. Controleer daarna of onder ‘Device’ de juiste stationletter vermeld staat. Als alles naar wens is, klik je op ‘Write’. Bevestig bij de volgende meldingen, en er verschijnt een nieuw venster met een vooruitgangsbalk. Normaal krijg je binnen enkele minuten een melding wanneer de image succesvol op de microSD-kaart is geschreven.

4. Haal het microSD-kaartje uit je pc en steek het in de microSD-opening in je Raspberry Pi. Gelukt? Dan is het moeilijkste al achter de rug.

Fase 2: Controllers configureren in RetroPie

Nu we succesvol het besturingssysteem op je Raspberry Pi hebben gezet, wordt het eindelijk tijd om het ding tot leven te wekken.

1. Als je een behuizing hebt gekocht, kan je de Raspberry Pi nu in z’n hoesje plaatsen. Sluit de Raspberry Pi daarna aan met alle randapparatuur die je nodig hebt, maar houd de voeding als laatste:
   • De HDMI-kabel om beeld op je televisie te krijgen
   • Het toetsenbord om Retropie te configureren
   • Een controller met usb-aansluiting
   • De voeding
2. Zodra je de Raspberry van stroom voorziet, start het apparaat op. Wanneer het geboot is, word je gevraagd om een invoerapparaat te configureren. Houd een knop op je controller ingedrukt tot het apparaat wordt herkend. Op het onderstaande scherm ga je de lijst met functies af terwijl je telkens de juiste knop aan de functie toekent.

   

    

   Om te navigeren in de EmulationStation-interface heb je vooral de pijltjes, A, B en de start- en select-knop nodig, dus het is vooral belangrijk om deze te configureren. Andere functies zijn bedoeld voor specifieke gameplay-knoppen, zoals de analogsticks of de schouderknoppen; die functies kan je bij NES- en SNES-controllers gewoon overslaan door eender welke knop lang in te houden. Als je de onderkant van de lijst bereikt, kan je opslagen door ‘Ok’ te selecteren met de A-knop.

3. Configureer eventueel een andere controller of je toetsenbord. Duw op de knop die je de ‘start’-functie hebt toegekend, kies in het menu ‘Configure input’ en duw op de ‘A’-knop. Volg de instructies op het scherm en doe exact hetzelfde als voorheen: wijs de juiste knoppen toe aan de functies en druk op het einde op ‘Ok’ met de A-knop. Onthoud dat je in de front-end perfect kan navigeren met enkel een controller, maar dat je een toetsenbord nodig hebt om Retropie te configureren; dat gebeurt in de back-end, waar je controller nutteloos is.

Fase 3: ROM’s importeren naar je Raspberry

In het EmulationStation-menu zal je merken dat de lijst met emulatoren bitter kort is. Dat komt omdat de meeste niet verschijnen tenzij het systeem compatibele games detecteert. Je hebt dus games nodig in de vorm van ROM-bestanden. We doen hier niet uit de doeken hoe je die ROMs vindt, maar het volstaat om te zeggen dat je met Google wel verder geraakt. Eens je ROM’s op je computer hebt, is het natuurlijk de bedoeling om die op je Raspberry te krijgen. Dat kan via verschillende manieren doen, maar de meest foolproof methode is om het gewoon via een usb-stick te doen.

1. Steek je usb-stick in je pc, formatteer hem, en maak dan een mapje aan met de naam ‘retropie’. Ontkoppel de usb en trek hem uit. Verbind hem dan met de Raspberry. De Raspberry zal het ‘retropie’-mapje detecteren, en maakt automatisch submappen aan. Je krijgt geen melding wanneer dit gebeurd is, maar normaal duurt dit slechts een of twee minuten.
2. Trek de usb-stick uit, en verbind hem weer met je pc. In de ‘retropie’-map zouden nu twee submappen staan: ‘configs’ en ‘roms’. Is dat niet het geval, controleer dan of je de map correct ‘retropie’ hebt genoemd, en probeer het nog eens. Als alles goed is, kan je verderklikken op ‘roms’ en zal je zien dat daar vijftig nieuwe mappen aangemaakt zijn met de titels van alle mogelijke emulatoren, van de Amiga tot de ZX Spectrum. De ROM’s die je verzameld hebt, hoef je enkel in de juiste mappen te kopiëren.
3. Verwijder de usb-stick door te ontkoppelen en steek hem nogmaals in de Raspberry. De ROM’s die je op de usb-stick hebt gezet, zullen automatisch op het microSD-kaartje van de Raspberry worden gekopieerd. Afhankelijk van de omvang van de bestanden, kan dat wel een tijdje duren. Neem als maatstaf de tijd die je nodig had om de ROM’s naar de usb-stick te zetten: zo lang doet de Raspberry er ook minstens over om alle games te kopiëren.
4. Navigeer daarna naar het menu door op de start-knop te duwen. Kies ‘Quit’ en daarna ‘Restart EmulationStation’. Bevestig in het volgende scherm. Wanneer het systeem heropgestart is, zal je merken dat er enkele nieuwe emulatoren in de lijst zullen opduiken. Selecteer een console naar keuze, druk op A om de mogelijke spellen voor die emulator te zien. Druk nog eens op A om te beginnen spelen.

Proficiat! Je bent de trotse eigenaar van een persoonlijke retroconsole. Met je toetsenbord kan je nu RetroPie verder configureren. Het is bijvoorbeeld slim om met je wifi-netwerk te verbinden, zodat je je Raspberry kan updaten, maar je kan ook afbeeldingen en informatie toevoegen aan je games, of je eigen thema maken voor EmulationStation. Als je problemen zou ondervinden, check dan de FAQ van RetroPie of snuister door de hulpartikelen die online te vinden zijn.

Laat je die extra’s liever voor wat ze zijn, dan kan je natuurlijk ook meteen beginnen spelen. Aan jou de keuze.