Blade servers breken uit nichemarkt
Volgens IBM is de IBM Blade Server nu klaar om zowat iedere server te vervangen. En dat in scherp contrast, aldus de gigant, met grote concurrent HP, die nog steeds mikt op de traditionele blademarkt.
Dat IBM zoveel inzet op zijn blade servers is natuurlijk geen verrassing. Doug Balog, VP van IBM’s blade center development in Raleigh NC (US) beweert dat blade servers maar liefst 25% van alle inkomsten van Intel/AMD servers uitmaken. Die cijfers verbergen wel dat het marktaandeel ver onder de verwachtingen blijft, ondanks hoge winstmarges en een gestage groei.
Men betaalt al snel 15.000 euro voor een blade chassis, en de talrijke netwerk- en storagemodules drijven de aankoopprijs op tot het dubbele en meer, zelfs voor men één blade server in het chassis in gebruik neemt.
Dat beperkt de blade server tot een aantal nichemarkten ondanks de lagere elektriciteitskosten, de veel simpelere bekabeling en het fl exibelere management. Maar niet enkel de prijs is een probleem: ook het beperkte aanbod aan I/O modules zet een rem op de verkoop. Sommige bedrijven zijn nu eenmaal gestandaardiseerd op een bepaalde netwerkarchitectuur of een fabrikant (Cisco, bijvoorbeeld), of hebben behoeften aan heel specifi eke modules.
Blades lieten meestal niet toe dat men hardware van andere fabrikanten toevoegde. Ook wie zware 3D graphics nodig had, bleef in de kou staan. Die problemen zijn IBM niet ontgaan, en op een speciale persdag in het IBM hoofdkwartier in Raleigh ontvouwden de IBM strategen hun nieuwe bladestrategieën. Om de KMO-markt te kunnen bespelen zal er een soort minichassis komen, met een lagere prijs maar ook met minder blades per chassis. Meer wou IBM daar niet over kwijt.
Over de plannen voor de andere markten des te meer.
MARKTLEIDER
Met ongeveer 43% van de markt is IBM, samen met HP (37%) duidelijk de markleider in de blademarkt. IBM begreep al snel dat de meeste klanten zich niet lekker voelen in de typisch gesloten architectuur van blade servers. Daarom werd het initiatief ‘blade.org’ opgestart dat de specificaties van de IBM blade chassis publiek maakte.
De bedoeling was natuurlijk niet dat er andere dan IBM blade servers in een IBM blade chassis gebruikt konden worden. Maar Big Blue is er wel in geslaagd om heel wat grote namen in de I/O wereld te overtuigen compatibele I/O modules te maken voor hun blade.
Cisco/Nortel fiber en koper switchen, Brocade/Qlogic FC SAN switchen en Voltaire Infi niband modules: het is allemaal beschikbaar voor de IBM blade. Ook Mellanox (Inifi niband), Myricom (low latency networking) en Emulex (Storage) maken modules voor de IBM blade. Dat maakt die laatste natuurlijk veel aantrekkelijker, en is waarschijnlijk één van de redenen waarom IBM een deel van Sun’s en HP’s marktaandeel heeft afgesnoept.
HC10: 3D GRAPHICS BLADE
Ook de markt van financial trading en industrieel design wil IBM aanboren met een blade. De toepassingen in die markten vereisen veel CPU en ook 3D grafi sche kracht. IBM is van mening dat de zware werkstations die nu de dienst uitmaken eigenlijk niet geschikt zijn. Teveel onderhoudskosten, teveel warmteproductie en vooral niet veilig genoeg.
IBM heeft samen met Devon IT een oplossing uitgewerkt: een thin client die samenwerkt met een blade. Devon IT levert de ‘mobiele thin client’ en IBM levert de HC10 blade. De mobiele thin client is een 15 Watt portable zonder harde schijf die alle processen laat uitvoeren door de HC10 (160 tot 200 Watt). IBM is er alvast in geslaagd om de warmte van een typisch werkstation (300-500W) uit de werkruimte weg te halen en naar het datacentrum te verhuizen.
De HC10 comprimeert alle video output en zendt die naar de thin client, die dus weinig meer doet dan de decompressie en weergave. Dat kan zelfs in realtime gebeuren, over een afstand van een paar duizend kilometer. Een CAD-tekening kan dus gemanipuleerd worden, zonder dat de CAD-specialist merkt dat hij op een thin client werkt.
Een HC10 blade server bevat een Core 2 Duo op 2.66 GHz, maximaal 4 GB RAM en een niet gespecifi ceerde NVIDIA graf sche kaart. De verbinding tussen thin client en HC10 zou ongeveer 3Mbit vereisen per thin client.
De keuze om alle processing op de blade te doen, resulteert wel in het feit dat iedere werkplaats met thin client zijn eigen blade server nodig heeft. Leuk voor IBM, maar net het omgekeerde van wat de systeembeheerder wil bereiken.
De explosieve groei van het aantal servers is nu net wat leidde tot consolidatie en virtualisatie. Als iedere CADexpert of financial trader zijn eigen blade nodig heeft, zal dit al snel leiden tot een overvol en duur datacentrum.
Ook blijft het maar de vraag of de financial trader tevreden zal zijn met de beperkingen van de thin client: die kan maximaal twee monitors aansluiten op een vrij beperkte 1280×1024 resolutie. Blijft natuurlijk het enorme voordeel dat alle data steeds centraal wordt opgeslagen en dat het beheer vereenvoudigd wordt.
