25 september 2023 14:13

De evolutie van autoverlichting: van acetyleenlampen naar LED’s

Vandaag is het onze taak om te praten over autoverlichting en de ontwikkeling ervan. Het overgangsproces van prehistorische verlichting naar moderne koplampen heeft lang geduurd en verliep in fasen.

Hoe dan ook, zelfs moderne koplampen zijn soms niet zo hoogwaardig en handig als we zouden willen. Zoals ze zeggen, er is nog een lange weg te gaan naar perfectie. Het belang van de verbetering van verlichtingsapparatuur kan echter moeilijk worden overschat, omdat het bepalend is voor de zichtbaarheid op de weg ‘s nachts en bij slecht weer. Daarom maken we ons vandaag vertrouwd met de geschiedenis van de ontwikkeling van verlichtingsapparatuur en maken we kennis met moderne ontwikkelingen die de veiligheid tijdens het rijden vergroten.

Geschiedenis van de ontwikkeling van autoverlichting

De eerste auto’s die de “zelfrijdende koetsen” vervingen, gebruikten eenvoudige en betaalbare verlichting. Het waren paraffine- of olielampen. Dergelijke primitieve verlichtingsapparatuur werd vervangen door acetyleen lantaarns. En dat was al in 1896. Waarom sloeg acetyleen niet aan? In het kort: ze waren moeilijk te gebruiken. Alleen al om de lantaarn aan te steken moest je drie aparte handelingen verrichten, nog afgezien van het gieten van water en het gieten van kaliumcarbide in een apart compartiment. Er was nog een probleem: zulke koplampen schenen om zich heen, niet naar voren. Dit probleem werd pas in 1908 verholpen. Het werd echter tijd om de open vlammen van de lantaarns te vervangen, want dergelijke apparatuur was op zijn zachtst gezegd onveilig. Het was 1912. De mensheid besloot een elektrische gloeilamp te gebruiken in autolantaarns. Aan de ene kant plaatsten ze een gepolijste reflector, aan de andere kant een lens. Cadillac Model 30 en de legendarische Rolls-Royce Silver Ghost behoorden tot de eersten met elektrische koplampen als standaarduitrusting. Het aantal auto’s nam echter toe, mensen reisden graag in het donker en de verlichting was nog steeds niet perfect, wat voor veel problemen zorgde. Daarom stelde Cibie halverwege de jaren 50 voor om een asymmetrische lichtstraal te maken, zodat de koplampen aan de bestuurderskant dichterbij schenen dan aan de passagierskant. Deze oplossing was trouwens zo rationeel dat ze vandaag de dag nog steeds wordt gebruikt.

Hoe zagen de koplampen er toen uit? Nou… ze verschilden niet veel van de gewone lampen die in elk huis aanwezig waren. Dergelijke lampen verloren, net als gewone huishoudelijke lampen, geleidelijk aan helderheid doordat het wolfraam uit het haar verdampte en zich op de wanden van de gloeilamp afzette. Lampen van dit type hadden, naast de voor de hand liggende problemen, ook nuances vanuit puur esthetisch oogpunt: ze hadden altijd dezelfde vorm, waardoor ze niet individueel voor het automodel konden worden gemaakt. Het duurde meer dan 5 jaar voordat de wereld de eerste halogeenlamp voor auto’s zag. De lichtopbrengst van dergelijke lampen was meerdere malen hoger, de levensduur nam ook toe en de warmteafgifte werd juist lager. Bovendien waren dergelijke lampen niet lomp en volumineus, waardoor de vorm van de koplamp kon worden veranderd. Al in 1973 begonnen autofabrikanten dit soort lampen op grote schaal te gebruiken. Een andere doorbraak op dit gebied was de opkomst van computermodellen, waardoor het mogelijk werd gecombineerde reflectoren met een complexe vorm te maken: met een verdeling in segmenten, die elk de lichtbundel anders richten.

Dichterbij het jaar 2000 verschenen op grote schaal roterende koplampen, die gericht waren op de zijkanten van de lichtstraal, die de draai van het stuurwiel volgde. Tegelijkertijd gebruikten budgetauto’s mistlampen om de weg te verlichten tijdens het draaien.

Moderne auto’s zijn uitgerust met HID-lampen (High Intensity Discharge) en worden geleidelijk vervangen door LED’s.

LED en adaptieve koplampen: wat is het voordeel?

Laten we misschien beginnen met LED-koplampen. Wat is hun voordeel en waarom zijn ze de toekomst?

LED-verlichtingselementen zijn erg klein, waardoor auto-ontwerpers hun handen vrij hebben.
Deze lampen “vreten” heel weinig elektriciteit, waardoor je de generator veel minder belast en brandstof bespaart.
Meer licht en minder oververhitting.
Deze lampen gaan lang mee. Gemiddeld zo’n 5 jaar.
Snellere remlichten in vergelijking met halogeenlampen.
Geeft ontwikkelaars de mogelijkheid om koplampen te maken met automatische afstelling.
Dergelijke koplampen zijn zeer betrouwbaar.

En natuurlijk moet er speciale aandacht worden besteed aan adaptieve koplampen. Ze verschillen van de gebruikelijke koplampen doordat ze de lichtstralen richten op de richting waarin de wielen draaien. Dankzij “slimme” koplampen is de bocht volledig zichtbaar op het moment dat de bestuurder net begint met het draaien van het stuur.

Enkele conclusies

De oplettende lezer zou dus kunnen opmerken dat de moderne realiteit steeds meer nieuwe oplossingen vereist op het gebied van verlichtingsapparatuur. En ze slagen erin, wat meer veiligheid tijdens het rijden betekent. Innovaties op dit gebied in de gaten houden is erg belangrijk, niet alleen vanuit het oogpunt van persoonlijke veiligheid, maar ook vanuit milieuoverwegingen.